Eindejaarsoverzicht

Het jaar zit er weer bijna op. Dit is mijn laatste blogpost van dit jaar. Ik heb in 2018, inclusief deze blogpost, 227 blogposts geplaatst, zeven verhalen toegevoegd aan mijn serie over de vijftig mensen achter de computer – dat schiet niet  erg op – en drie keer over een vermist schilderij van Vermeer geschreven (dat schiet helemaal niet op). Nu wordt deze site gehost bij Neostrada en die stellen een controlepanel ter beschikking waardoor ik kan zien hoe vaak deze site wordt bezocht en welke pagina’s het meest bekeken worden.

000000 grafiek per maand

Tijd dus voor een jaaroverzicht. Dit jaar had ik gemiddeld zo’n 2.600 unieke bezoekers per maand. Daar zitten echter heel veel “robots, worms, or replies with special HTTP status codes” tussen. Zo heb ik bijvoorbeeld heel veel bezoekers uit Rusland en China. Gezien het feit dat ik in het Nederlands schrijf, is dat tamelijk opmerkelijk.

000000 grafiek landen

Ik kan in mijn ‘statistics’ programma zien hoe lang bezoekers gemiddeld op mijn site blijven. Liefst  90% van mijn bezoekers (dat zullen vooral die robots zijn) is binnen 30 seconden al weer weg en nog eens 2% vertrekt binnen twee minuten.

Kijk ik alleen naar de bezoekers die langer dan twee minuten op mijn site blijven, dan had ik dit jaar gemiddeld zo’n 208 unieke bezoekers per maand. Dat is iets minder dan in 2017. Toen waren het er 221. (In 2016 had ik gemiddeld 82 unieke bezoekers per maand.) Gemiddeld bekeken de bezoekers twee pagina’s per bezoek.

De lichte daling van het aantal unieke bezoekers ten opzichte van 2017 komt vooral doordat ik vorig jaar één blogpost had, eentje over Mondriaan, die mede vanwege het Mondriaan-jaar toen heel veel bezoekers trok (5750 stuks). Dit jaar trok het meest gelezen item (een stuk over Archimedes) “slechts” 1368 bezoekers.

Grafisch ziet de ontwikkeling van het gecorrigeerde aantal unieke bezoekers per maand vanaf september 2015 tot heden er als volgt uit.

000000 grafiek

De meest gelezen items op mijn site in 2018 (met tussen haakjes hun plaats in de top 10 van vorig jaar) waren:

  1. (-) De Mensen achter de Computer: Archimedes: 1368 keer
  2. (-) Hyper realistische beelden (over een tentoonstelling in de Kunsthal): 1192 keer
  3. (4) De sequoia-bomen op YouTube: 1109 keer
  4. (9) Naar mijn mening (over een taalkundige kwestie): 911 keer
  5. (3) Waardoor kruipt het wasgoed bij het wassen in het dekbedovertrek?: 815 keer
  6. (-) Stayin Alive (over hoe je hartmassage moet geven): 593 keer
  7. (2) Over ouderdom (3) (over honderd-plussers): 590 keer;
  8. (-) De Mensen achter de Computer: Ada Lovelace: 540 keer
  9. (5) De Sequoia Gigantea: Hoofdstuk 9: over hoe je zelf een Sequoia kan kweken: 532 keer
  10. (-) De Mensen achter de Computer: John Napier: 352 keer

In  2017 was zoals gemeld een blogpost over ‘Mondriaan en De Stijl’ met 5750 stuks veruit het meest gelezen item. Dat 2017 het Mondriaan-jaar was, en er in Den Haag een grote Mondriaan-tentoonstelling was, zal daar mede de oorzaak van zijn. In 2018 werd deze blogpost nog maar 84 keer gelezen. ‘Het oor van Van Gogh (2)’, over welk oor hij nou afsneed, was in zowel in 2017 als in 2018 met een elfde plaats de runner-up.

De nummer 1, 2 en 6 van de top 10  van de meest gelezen items in  2018 zijn dit jaar geplaatst, logisch dus dat niet in de top 10 van 2017 voorkomen. Het lijkt er op, mede gezien de nieuwe nummer 1, dat er dit jaar wat meer belangstelling is voor oude wetenschappers uit de serie ‘de mensen achter de computer‘.

Voor wat betreft de dag en het uur geldt dat mijn site het vaakst op een donderdag wordt bezocht. Qua tijdstip wordt mijn site het meest in de ochtend gelezen.

000000 grafiek per weekdag

000000 grafiek per uur

Tot slot: 73% van mijn bezoekers gebruikt Windows als operating system, 7% Linux, 6% Macintosch, 4% iOS en van de overige 10% bezoekers kon mijn meetsysteempje niet vertellen welk operating system ze gebruikten.

De meest gebruikte browser was Google Chrome (38%), gevolgd door MS Internet Explorer (19%), Firefox (17%), Mozilla en Safari (beide 7%) plus nog wat kleintjes.

Niet dat ik ook maar iets met al die informatie doe. Voor wat dat betreft loop ik nog op klompen.

000000 Zaanse Schans 2010

Maar goed, ik wens tot besluit in ieder geval alle bezoekers van deze site een mooi en gezond 2019 toe.

Slakkenseks

Een waarschuwing vooraf: deze blogpost bevat expliciete beschrijvingen van seksscènes.

000000 sex 000000 16

Er zijn in het leven een aantal zaken die je liever niet wilt zien. Je ouders die seks hebben, Donald Trump die zijn haar wast, dat soort beelden. Ik kan uit persoonlijke ervaring er nog eentje aan toevoegen: slakken die seks hebben.

000000 Lille 2010 -b

Bij het schonen van wat foto’s op de pc kwam ik opeens deze foto weer tegen. Ik had het beeld al bijna verdrongen, maar nu krijg ik het niet meer van mijn netvlies af: twee slakken die seks hebben. Ik zag het een keer toen we op een terrasje gezellig een kopje koffie zaten te drinken. Kijk je omlaag, zie je opeens twee slakken seks hebben. Jakkes.

Slakken zijn hermafrodieten, dat wil zeggen ze zijn tweeslachtig. Ze hebben zowel een vrouwelijk orgaan als een penis. Die laatste zit in  hun hoofd!

000000 Lille 2010

Stel je voor dat dit bij de mens ook zo zou zijn, een penis in je hoofd, daar moet je toch niet aan denken.  Je zal maar net in een volle treincoupé zitten en de man tegenover je denkt aan seks en dat je dan opeens een penis uit zijn hoofd ziet komen.

Overigens volgens een onderzoek van de Ohio State University uit 2011 denken mannen gemiddeld zo’n 19 keer per dag aan seks. Volgens datzelfde onderzoek – geen idee aan wie ze het hebben gevraagd –  denken mannen daarnaast ook 18 keer per dag aan eten. Mannen denken dus net iets vaker aan seks dan aan eten. Bij vrouwen is het andersom: die denken volgens dat onderzoek tien keer per dag aan seks en 15 keer per dag aan eten. Maar goed, het is maar aan wie je het vraagt. En hoe onderzoek je zoiets? “Waaraan denkt u nu? En nu? En nu? Aan irritante onderzoekers? Nee, die categorie staat niet op het formulier.”

Maar goed terug naar de slakkenseks. De twee seksende slakken laten allebei een geslachtsorgaan uit hun hoofd komen, verbinden deze en wisselen dan sperma uit, waarna ze allebei zwanger kunnen worden. Ze nemen hier wel de tijd voor. Het hele gedoe van voorspel tot bevruchting kan soms uren duren. Er schijnt zelfs groepsseks onder slakken voor te komen, maar dat heb ik gelukkig niet gezien. Dit stel seksende slakken was al erg genoeg.

Overigens, nog erger dan slakken met een huisje die seks hebben, schijnen naaktslakken te zijn die seks hebben.  Daar moet ik helemaal niet aan denken. Nul keer per dag! (Ok, vandaag dus wel, maar de rest van mijn leven beslist niet meer.)

 

 

Een kind dat (niet) slaapt.

In 1960 lag ik een aantal maanden in het St. Antonius ziekenhuis in Utrecht. Bij mijn geboorte had iemand een ruisje bij mijn hart gehoord en in mijn dossier geschreven ‘”Ruisje? Controleren.” Pas toen ik ruim vier jaar oud was, liet een huisarts dit onderzoeken. Ik bleek een aangeboren hartafwijking te hebben, een hartklep sloot niet goed, en ik moest geopereerd worden.

In Nederland kon je in die tijd daarvoor maar in twee ziekenhuizen terecht: het Academisch Ziekenhuis in Leiden en het St Antoniusziekenhuis in Utrecht. Mijn ouders kozen voor dat laatste ziekenhuis. Toen ze mij daar kwamen brengen, mopperde een arts tegen mijn moeder dat ze mij al direct na de geboorte had moeten brengen. Ik had al dood kunnen zijn zei hij. Het maakte mijn moeder bang en boos tegelijkertijd. Er was nooit iemand geweest die tegen haar gezegd dat ik een ruisje had. (Voor informatie over hartruisjes bij baby’s, kinderen en volwassenen: zie deze pagina van de Nederlandse Hartstichting.)

Over een aantal belevenissen van mij in het ziekenhuis heb ik een keer eerder (in juni 2016, in de blogpost Miss Tennessee en de groenteboer’) geschreven, maar niet over die twee keer dat ik sliep, terwijl ik niet sliep.

De eerste keer betrof het een afscheid van een jongetje dat tegenover mij op de kinderziekenzaal lag. Mijn ouders woonden in 1960 in Apeldoorn. Mijn vader werkte overdag. Mijn moeder had de zorg over het huishouden, mijn twee oudere broertjes en mijn pasgeboren zusje. Van Apeldoorn naar het ziekenhuis in Utrecht was in die tijd voor mijn moeder een hele reis: bus, trein, bus. Daarom bezocht mijn moeder mij door de week om de dag. In het weekend kwamen mijn vader en moeder samen op bezoek.

000000 ziekenhuis 0Het St Antonius Ziekenhuis in 1913; foto Utrechts Archief

Het jongetje tegenover mij op zaal had ook iets met zijn hart, alleen erger dan ik. Hij zou daarom ook eerder dan ik geopereerd worden. Zijn ouders kwamen elke dag op bezoek en op de doordeweekse dagen dat mijn moeder er niet was, kwamen ze altijd ook even bij mij langs. Soms kreeg ik een cadeautje van hen, een kleurboekje of een dropveter (“Veel gezonder dan een sinaasappel!” zei zijn moeder dan).

Op een dag werd hij van zaal gehaald. De dag er na mocht ik met een zuster mee om even door een raam van een kamertje naar hem te kijken. Hij lag er helemaal in zijn eentje. Hij zou de volgende dag geopereerd worden. Ik zwaaide naar hem en hij zwaaide terug. Toen ik later die week aan de zuster vroeg of ik weer bij hem op bezoek mocht, zei ze dat hij al naar huis was. “Maar hij heeft helemaal geen dag gezegd” stamelde ik. Hij was met zijn ouders nog wel langs geweest maar ik sliep nog, zei ze. Pas jaren later vertelde mijn moeder mij dat hij tijdens de operatie was overleden. De zusters hadden echter afgesproken om dat niet tegen mij te  zeggen.

De andere keer dat ik sliep maar toch niet sliep, was die keer dat ik heel kwaad op mijn moeder was. Het zal ergens in december geweest zijn. Ik weet niet meer of het in de buurt van Sinterklaas of kerstmis was, maar het was in ieder geval een bijzondere dag, want er was ’s morgens een extra bezoekuur. Normaal mocht het bezoek alleen ’s middags komen.

Het betrof een van die doordeweekse dagen waarop mijn moeder zou komen, dus verwachtingsvol keek ik ’s morgens naar de deur van de zaal. Maar elke keer als hij open ging was het iemand anders, niet mijn moeder. Op het laatst had ieder kind op zaal bezoek, alleen ik niet.

000000 ziekenhuis 0bb

Een kinderzaal van het St. Antonius Ziekenhuis  ergens tussen 1920 en 1930: foto Utrechts Archief

Ik lag met tranen in mijn ogen in mijn bed, toen een zuster kwam vragen wat er was. Ik snikte dat mijn moeder er niet was, waarop de zuster zei dat ze ongetwijfeld ’s middags zou komen. Ik vond dat ik een stomme moeder had en was heel boos op haar.

’s Middags kwam mijn moeder, zoals de zuster al had voorspeld, op bezoek. Ik was nog steeds boos op haar en besloot om haar te straffen. Zo gauw ik mijn moeder de zaal binnen zag komen, deed ik mijn ogen dicht en deed ik net alsnog ik sliep. Even later hoorde ik hoe ze bij mijn bed ging zitten. Iemand zei tegen haar “Hij slaapt.”. De stem had iets bekends, maar van welke zuster de stem was, wist ik niet. “Ik maak hem wel wakker.” zei mijn moeder, maar de andere vrouw antwoordde dat ik er zo lief bij lag – ik was juist boos – en dat ze mij moest laten slapen. Terwijl ik mij de hele tijd slapende hield, spraken mijn moeder en de onbekende zuster zachtjes met elkaar. Pas toen ze na een tijdje opstapten en de zaal uitliepen, deed ik mijn ogen weer open en keek ik naar de deur. Ik zag nog net hoe mijn moeder de zaal uit liep.

Even later kwam er een zuster langs. “Zo slaapkopje, ben je weer wakker. Je hebt je oma gemist.” zei ze, terwijl ze mij een cadeautje van mijn oma gaf. Het bleek dat degene waar mijn moeder mee zat te praten niet een zuster was maar mijn oma uit Haarlem. Ze was met de trein naar Utrecht gekomen. Waarom hadden ze mij nou niet “wakker” gemaakt?

Toen de zuster daarna ook nog eens vertelde dat mijn moeder niet had geweten dat er ’s morgens een extra bezoekuur was en dat dat de reden was waarom ze er niet was, kwamen de waterlanders massaal tevoorschijn. Goh, wat had ik een spijt dat ik mij slapende had gehouden.

The Sound of Music

Rondom kerst zie je heel vaak de Sound of Music voorbij komen. Vanavond zijn bij voorbeeld de belevenissen van de familie Von Trapp te zien op Net 5. In de tijd dat ik nog het nutteloze kennisparadijs voor de Volkskrant schreef, heb ik ook een aantal keer over deze zingende familie geschreven.

In de column getiteld ‘Ballonvaart met grote gevolgen’, een column vol met nutteloze kennis, komt kapitein Von Trapp aan het einde van de column ook even opdraven.

“In 1873 zagen de verbaasde bemanningsleden van de Engelse visserboot Grand Charge hoe vlak voor de kust van Noorwegen een luchtballon in zee plonsde. Aan boord bevonden zich Jules Duruof en zijn vrouw Caroline. Drie dagen eerder waren deze vanuit Calais opgestegen in een poging om per luchtballon het Kanaal vanuit Frankrijk naar Engeland over te steken. Boven zee bleek de wind anders te staan dan gedacht en drie dagen lang waaiden ze over de Noordzee richting Noorwegen.

De Duruof’s werden gered en terug in Frankrijk kregen ze een heldenontvangst. Duruof was populair. Drie jaar eerder was hij bekend geworden als ‘De Aëronaut van Parijs’. In 1870 brak de Frans – Duitse oorlog uit. In september was Parijs helemaal omsingeld door de Duitsers. Niemand kon de stad in of uit. Omdat de stad helemaal was afgesloten kon ook de post niet op een normale manier Parijs verlaten. Wel met een bijzonder transportmiddel: de luchtballon.

Julus Duruof was de eerste aëronaut die het luchtruim koos. Samen met 125 kg post steeg hij in de vroege ochtend van 23 september 1870 op vanaf Montmartre. De slaperige Duitsers zagen tot hun verbazing een ballon over hun linies heen vliegen, te hoog voor hun geschut. Boven het vijandelijke kamp strooide Duruof kwistig met zijn visitekaartje. Honderd kilometer verderop zette hij de ballon veilig aan de grond. De post werd via de normale weg verder bezorgd.

Nadat op deze wijze drie succesvolle ballonvluchten vanuit Parijs waren gemaakt, ging met de vierde vlucht de Franse minister van binnenlandse zaken, Leon Gambetta, mee, Hij wou zich bij de rest van de Franse regering voegen die zich in Tours bevond. De ballon vloog echter te laag, binnen het bereik van de Duitse geweren. Eén kogel schampte de hand van Gambetta maar uiteindelijk passeerde ook hij veilig en wel de Duitse linies. Na een moeizame landing, de mand belandde in een grote boom, voegde hij zich bij de rest van de Franse regering en nam het voortouw in de strijd tegen de Duitsers. Nadat de oorlog was afgelopen stond Gambetta aan de wieg van de Derde Franse Republiek.

Vanwege deze verdiensten werd na zijn overlijden een Frans oorlogsschip naar hem genoemd. Deze Gambetta, een kruiser, voer niet onder een gelukkig gesternte. Tijdens de Eerste Wereldoorlog werd ze op 27 april 1915 in de Middellandse Zee door een torpedo getroffen. Die was afgevuurd door de Oostenrijkse onderzeeboot U5. Binnen tien minuten zonk de Gambetta, 684 bemanningsleden kwamen om het leven.

De kapitein van de Oostenrijkse onderzeeër was een zekere Georg von Trapp. Deze had in dienst van de Oostenrijkse marine al veel gevaar doorstaan, zoals een typhoon in de Straat van Formosa en de Boksersopstand in China van 1900. Het tot zinken brengen van de Gambetta werd in Oostenrijk luid bejubeld. Georg von Trapp werd een oorlogsheld. Hij kreeg de baronstitel en in Oostenrijk kon men ansichtkaarten met zijn foto en de U5 erop kopen.

Georg von Trapp was in 1911 getrouwd met de Engelse Agathe Whitehead, kleindochter van Robert Whitehead, de uitvinder van de torpedo. Samen kregen ze zeven kinderen. In 1922 overleed zij op 32-jarige leeftijd aan de gevolgen van roodvonk. Later zou Georg von Trapp bekend worden als de zingende kapitein (‘a captain with seven children’) uit de legendarische film ’The Sound of Music’.

00000 1945 Von TrappDe man staande op deze onderzeeboot is de werkelijk kapitein von Trapp.

Ook in een column over filmfoutjes komt de Sound of Music voor. Zie hieronder deze column met aan het begin en aan het einde filmfoutjes uit de Sound of Music.

“De film ‘The Sound of Music’ uit 1965 is gebaseerd op de levensgeschiedenis van de familie Von Trapp. De film eindigt met de scène waarin de hoofdpersonen, de kapitein, Maria en de zeven kinderen van de kapitein uit zijn eerste huwelijk, lopend over een berg, Oostenrijk ontvluchten voor de Duitsers. Dat een film ‘based on a true story’ is, wil nog niet zeggen dat elke scène exact de werkelijkheid weergeeft. Op het moment van hun vlucht hadden de kapitein en Maria (in het echt heette zij Gustl) namelijk samen ook nog twee kinderen en was zij zwanger van haar derde. Dit gegeven paste echter niet in het verhaal en deze kinderen komen in de film niet voor.”

00000 1945 Von Trapp 2 00000 1945 Von Trapp 3

De werkelijke kapitein Von Trapp en de werkelijke Maria von Trapp

Onjuistheden in films die gebaseerd zijn op waar gebeurde verhalen of een historische gebeurtenis komen vaker voor. Soms gebeurt het per ongeluk. In de film ‘Troy’ is voor de oplettende kijker bij één van de scènes heel even, in een hoekje van het beeld, een verkeersvliegtuig te zien dat hoog over vliegt. Geen wonder dat de Trojanen schrokken en het paard naar binnen haalden.

Soms gebeurt het uit slordigheid. Zowel in ‘Ben Hur’ als in de ‘Tien Geboden’ komt de klassieke fout voor dat één van de acteurs een horloge draagt. In de film ‘Gladiator’ zijn per ongeluk in een paardenstalscène de benen te zien van een filmmedewerker. Dat zou niet zo erg zijn ware het niet hij een spijkerbroek draagt.

In de film ’Alexander’ uit 2004 liet regisseur Oliver Stone de destijds 77-jarige Christopher Plummer – de kapitein uit the Sound of Music – de rol van Aristoteles spelen. Hele generaties scholieren zullen nu in hun op deze film gebaseerde werkstukken schrijven dat Alexander de Grote werd bijgestaan door de wijze oude Aristoteles. Wijs was hij wel maar niet oud. In werkelijkheid was Aristoteles veertig toen hij zich met de opvoeding van Alexander ging bemoeien.

Soms ontstaan filmfouten doordat de scènes niet in dezelfde volgorde worden opgenomen als waarin ze in de film te zien zijn. Zo komt er in de film ‘Spider-Man’ een scène voor waarin de held twee schurken door een raam gooit, vervolgens het gevecht aan gaat met nog twee schurken en als ook dat gewonnen is, komt het raam weer eventjes in beeld. Helemaal heel.

Ook vergist de scenarioschrijver zich wel eens in de datum van een bepaalde gebeurtenis. De film ‘Titanic’ (over de scheepsramp uit 1912) zit vol met dat soort foutjes. Zo dreigt hoofdpersoon Rose (Kate Winslet) in het begin van de film in het water te springen. Om haar te kalmeren vertelt de andere hoofdpersoon Jack (Leonardo DiCaprio) over het koude water van Lake Wissota. Dat is opmerkelijk want het meer ontstond pas in 1918 dankzij een stuwdam in de Chippewa River.

Verderop in de film vertelt Rose over theorieën, die Sigmund Freud pas in 1920 zou publiceren en worden er in de film filtersigaretten gerookt. Die bestonden in 1912 nog niet. Het digitale horloge dat een van de passagiers in de reddingsboten draagt evenmin. Aan het einde van de film ziet Rose het verlichte Vrijheidsbeeld, met een goudkleurige fakkel. Het Vrijheidsbeeld was in 1912 niet verlicht en de fakkel was toen grijs. Pas in 1986 werd de vlam goudkleurig geschilderd.

Nog even over de slotscène van de Sound of Music, in de film loopt de familie Von Trapp over de bergen bij Salzburg om zo de Duitsers te ontvluchten. Dat zou niet verstandig geweest zijn. De enige begaanbare bergpas vanuit Salzburg komt namelijk in Duitsland uit. In werkelijkheid nam het gezin dan ook de trein naar Italië.”

Kijk, krijgt u zomaar twee columns voor de prijs van één. U moet maar denken, het is bijna kerstmis.  Het is de kerstgedachte om iets extra’s voor anderen te doen.

 

 

 

Waar is de zon?

Op de site van de NASA kwam ik deze opvallende foto tegen.

00000 maan

De foto is op 16 december 1992 genomen door Galileo. Dat is een ruimtevaartuig dat naar Jupiter werd gezonden en daar duizenden foto’s heeft gemaakt voordat het in 2003 uiteindelijk op de planeet te pletter sloeg. Uit de Wikipedia:

In 2003 kwam er een einde aan Galileo: door jarenlange blootstelling aan de enorme ioniserende straling raakten de diodes in de bandrecorder van de sonde beschadigd. Bovendien raakte de brandstof op, waardoor op termijn de baan van Galileo niet meer gecontroleerd kon worden. Om zelfs de zeer kleine kans uit te sluiten dat de ruimtesonde bij een botsing met een van de manen van Jupiter het daar mogelijk aanwezige leven zou besmetten, werd besloten Galileo te pletter te laten storten op de planeet. Op 21 september om 21.49 uur Nederlandse tijd daalde Galileo als laatste onderdeel van zijn missie de dampkring van de gasplaneet Jupiter in. Daar werd het toestel door de enorme druk verpletterd.”

Maar goed, de vraag van de dag is: waar bevindt de zon zich op de foto? Links, rechts, boven of onder?

Antwoord: grote kans dat u zegt, ‘rechts natuurlijk’, maar het is een strikvraag. Het juiste antwoord is namelijk ‘nergens’. De zon is helemaal niet op de foto te zien.

De reden dat ik op de site van de NASA zocht naar een foto waarop tegelijkertijd de aarde en de maan te zien waren, is dat ik van de week op tv een item zag over de beroemde ‘Earthrise’ foto die astronaut William Anders bijna 50 jaar geleden (op 24 december 1968) maakte toen hij aan boord van de Apollo 8 een rondje om de maan vloog.

00000 maan 2

Als je op de maan staat, dan kan je de aarde zien opkomen.

 

Een vervelend mannetje

Fons Jansen zei ooit eens: “Er is een milieuvriendelijk ontbladerings-middel gevonden: de herfst.“. Toch werkt ook dat middel niet altijd. Kijk maar eens naar deze bomen die Marianne diep in de herfst in landgoed  Oosterbeek in Den Haag fotografeerde. (Dat landgoed ligt naast het veel bekendere Clingendael). De blaadjes zijn weliswaar verkleurd, maar ze zitten nog volop aan de bomen.

0000 bomen

Ok, ik moet wat opbiechten. De blaadjes zijn wel degelijk al omlaag gevallen. Ze liggen alleen niet op de grond maar drijven op het stilstaande  water van een grote sloot en als je dan zo’n idioot hebt als ik die de foto omdraait, dan krijg je het bovenstaande beeld. Het origineel van de foto ziet er als volg uit.

0000 bomen 2

Omdat het volkomen windstil was, kon je mooie weerspiegelings-foto’s maken. Tenminste, dat zou je kunnen doen, als er niet zo’n vervelend mannetje naast je staat die het leuk vindt om opeens een steentje in het water te gooien. (“Bij elk getrouwd paar is ten minste één dwaas“. – Henry Fielding, Engels schrijver 1707-1754)

0000 bomen 3

 Als je troebel water met rust laat, wordt het vanzelf helder“. zou Lao-Tse, Chinees filosoof +/- 600 v.C.  zeggen.

Hij is ook de man van: “Je kunt beter niets doen, dan druk te zijn met niets.” en van  “Als je goed naar de staart van de kikker kijkt, dan zie je dat hij er geen heeft”. Die laatste uitspraak lijkt me wel een mooi einde voor deze blogpost.

 

Een mobieltje in de schouwburg

Gisterenmiddag waren we naar de zondagmiddag-voorstelling ‘Achter de Duinen’ van Harrie Jekkers in de Koninklijke Schouwburg in Den Haag. We hadden één van de laatste kaartjes en zaten boven, op het derde balkon rechts aan de zijkant. We zaten daar niet naast elkaar maar achter elkaar, alsof je in de tram zit. Hoewel we aan de zijkant zaten, konden we het goed zien en horen. We hoefden dus niet naar beneden te roepen: “Meneer Jekkers, wilt u wel een beetje in het midden van het toneel blijven, want anders kunnen we u niet goed zien.” Dat voelt altijd een beetje gênant .

We waren wat te vroeg. Ik ben iemand die altijd twijfelt tussen te vroeg komen en veel te vroeg komen. Deze keer zaten we hier tussen in. Dat gaf wel de gelegenheid om eens de mensen in de zaal te bekijken. Wat opviel was hoeveel mensen vlak voor de voorstelling nog even op hun mobieltje zitten te kijken.

0000 telefoon

Op deze foto komt het door het licht van de schijnwerpers die gericht staan op de gitaren op het toneel niet zo goed uit, maar in werkelijkheid zag je overal in de zaal de lichtjes van de mobieltjes. Bij deze foto zijn er 14 mobieltjes actief. Ik heb ze even voor u omcirkeld.

0000 telefoon 2

Voor het geval u zo’n type bent, die gaat natellen en nu roept: “Ik zie maar dertien mobieltjes in een cirkeltje, waar is die veertiende?”, dan zeg ik: “Waarmee denkt u dat deze foto genomen is?”