31. Jean-Joseph Merlin, 1735 – 1803; Automatenbouwer

Jean-Joseph Merlin is vandaag de dag vooral bekend als de uitvinder van de rolschaats, een uitvinding die hij naar verluidt voor het eerst in 1760 demonstreert tijdens een gemaskerd bal in Londen. Hij doet dat met de nodige zwier, want terwijl hij door de balzaal rolschaatst, speelt hij tegelijkertijd viool. Helaas voor hem heeft hij het rolschaatsen nog niet geheel onder de knie, vooral het remmen, met als resultaat dat hij op volle snelheid tegen een grote wandspiegel aan rijdt. Het levert hem niet alleen de nodige verwondingen, een kapotte viool en een rekening van 500 pond voor de spiegel op, maar het gevolg is ook dat het vertrouwen van het publiek in de veiligheid van de rolschaats door deze gebeurtenis niet echt toe neemt.

30 merlin rollerskatesBeelden afkomstig uit een aflevering van ‘Horrible Histories’ van CBBC (Children’s BBC)  d.d. 31 mei 2011.

Het type rolschaats waarop Merlin reed, zouden we tegenwoordig inlineskates noemen: vier wieltjes onder een schoen in een rechte lijn achter elkaar geplaatst. Pas een eeuw later zou de Amerikaan James Plimpton op het idee komen om de vier wieltjes in twee paren van twee naast elkaar te zetten. Je kan daardoor veel steviger op de rolschaatsen staan en pas na deze wijziging neemt de populariteit van het rolschaatsen bij het grote publiek fors toe. Of Merlin inderdaad de uitvinder is van de rolschaats is niet zeker. Er zijn ook verhalen dat het idee van de rolschaats al eerder is bedacht, onder andere in Holland als de zomerse variant van de schaats.

Jean-Joseph Merlin is daarnaast bekend door de vele technische apparaten die hij bedenkt. Hij is een ware meester in de fijne bouwtechniek.

Wie is Jean-Joseph Merlin?

Merlin

Jean Joseph Merlin, omstreeks 1770 op 35-jarige leeftijd; Schilder: Thomas Gainsborough

 Jean-Joseph Merlin – of John Joseph Merlin zoals hij in Engeland wordt genoemd – wordt op 17 september 1735 geboren in Hoei, een Belgische stad in de provincie Luik. Hij heeft vijf broertjes en zusjes en later – als zijn vader hertrouwt na het overlijden van zijn moeder – ook nog een flink aantal halfbroers. Eén daarvan zal een weegschaal voor zware voorwerpen uitvinden. (Klinkt niet erg sexy maar ook die dingen moeten worden uitgevonden.)

Zijn grootvader van moederskant is smid en een meester-slotenmaker, zijn vader een instrumentenmaker. Ook de jonge Jean-Joseph kiest voor een technische richting. Hij is al snel een buitengewoon bedreven instrumentenmaker met als specialiteit klokken en horloges. Op achttienjarige leeftijd vertrekt hij naar Parijs waar hij naast zijn werkzaamheden als klokkenmaker wiskunde gaat studeren aan de Academie des Sciences. Hij houdt zich in Parijs ook bezig met het (technisch) verbeteren van muziekinstrumenten zoals de klavecimbel en verdient daarnaast nog een zakcentje met het stemmen van klavecimbels en orgels.

Op aanbeveling van de Academie des Sciences neemt de Spaanse graaf Fuentès, die erg geïnteresseerd is in de mechanica en een technisch geschoold iemand zoekt, hem in dienst. Als de graaf in mei 1760 benoemd wordt als de Spaanse ambassadeur in Londen volgt Merlin hem naar Engeland. Hij zal er de rest van zijn leven blijven wonen. Vanaf de tijd in Engeland hanteert Merlin alleen nog de voornaam Joseph en laat hij Jean-gedeelte vallen.

Aanvankelijk houdt Merlin zich in Londen voornamelijk bezig met het ontwerpen (en verbeteren) van muziekinstrumenten. Zo ontwerpt hij in 1763 voor prinses Augusta – de prinses van Wales en moeder van koning George III – een groot draaiorgel. Hij is op dat moment overigens niet meer in dienst van graaf Fuentès, maar deze heeft hem wel aanbevolen bij prinses Augusta. In de jaren daaropvolgend gaat Merlin in Londen aan de slag als technisch instrumentenmaker. Eerst in dienst van de goudsmid Sutton, later als ‘chief mechanic’, zeg maar ‘hoofdvoorman’, bij de bekende goud en zilversmid James Cox. Deze heeft honderden mensen in dienst en exporteert veel zilveren klokken en mechanische apparaten zoals muziekdozen naar China.

Twee apparaten waaraan Cox en Merlin samen werken zijn beroemd geworden. Allereerst is daar een klok die niet handmatig opgewonden hoeft te worden. Het opwindmechanisme werkt heel ingenieus op een verandering van de luchtdruk. Cox en Merlin presenteren de klok als een perpetuum mobile, maar dat is de klok uiteraard niet. Als de luchtdruk niet verandert, blijft de klok na verloop van tijd stil staan. De klok is nu in het bezit van het ‘Victoria and Albert Museum’ in Londen

27 merlin klok

De klok van Cox en Merlin; tekening J. Lodge, 1774.

De andere beroemde automaat van Cox en Merlin is de zilveren zwaan, een robot die Cox en Merlin in 1773 maken. De zilveren zwaan bevindt zich thans in het Bowes Museum in Barnard Castle in het noorden van Engeland. De ‘levensgrote’ zwaan – hij is 80 cm hoog – is een combinatie van zilverkunst, een automaat en een muziekdoos. Cox verzorgt de zilveren buitenkant; Merlin is verantwoordelijk voor de 2000 draaimechanismes in de zwaan, alleen in de zwanenhals zitten al 113 ringen die kunnen bewegen. Zie hier het beest en een deel van het mechaniek van de hals.

27 zilverzwaan muesum fotoDe zilveren zwaan in het Bowes Museum; foto: Andrew Curtis / Bowes Museum; CC BY-SA 2.0

De zilveren zwaan “zwemt” door zilveren bladeren die draaien op glazen buizen. Tussen de bladeren bewegen zilveren visjes. Als het mechaniek wordt opgewonden – de voorstelling duurt nog geen 35 seconden – begint er muziek te spelen en gaan de glazen buizen draaien. Dit geeft de illusie dat er water stroomt. De zwaan beweegt vervolgens op bijzonder elegante wijze zijn lange nek heen en weer en buigt daarna voorover om een visje te pakken. Dat zwanen vegetariërs zijn en dus geen vis eten beschouwen we als een onbelangrijk detail. Aanvankelijk bevond zich achter de zwaan nog een metershoog landschap met een lopende waterval en een opkomende bewegende zon, maar deze zijn is in de loop van de tijd op mysterieuze wijze verdwenen.

27 merlin zilveren zwaan 3x

De ’Silver Swan’ is voor het eerst in 1773 te zien in het Mechanical Museum van James Cox. Als omstreeks 1772 door een Chinees importverbod de export van goud- en zilverwerk naar China stil valt, besluit Cox om de vele (door zijn werknemers gemaakte) ontwerpen, waaronder een hoop speeldozen en zilveren klokken, veelal voorzien van bewegende figuren, te exposeren in een soort museum, het Cox Mechanical Museum. Het telt zo’n 56 zilveren automaten.

Cox vraagt een hoge entreeprijs voor zijn museum (10,5 shilling. ) Hij wil liever niet ‘de gewone man’ in zijn museum met dure apparaten hebben. Dat lukt prima – de gewone man komt niet, alleen de hogere kringen komen kijken – maar het effect is wel dat het museum veel te weinig bezoekers trekt en binnen een jaar op de fles gaat. Op de officiële faillissementlijst van de executeur met de te verkopen bezittingen van het museum staat ook de zilveren zwaan. In 1775 wordt er een loterij georganiseerd met de museumstukken als prijzen. Of de zwaan ook tot de prijzen behoort of dat hij onderhands verkocht is – er zit voor 13 kg aan zilver in het apparaat – is onduidelijk.

Bijna een eeuw later is de zwaan in bezit van de juwelier Harry Emanuel die hem in 1867 op stuurt naar de wereldtentoonstelling van Parijs. Tot de bezoekers behoort Mark Twain die enthousiaste het mechaniek beschrijft in zijn boek ‘Innocents Abroad’. “Ik keek enthousiast naar de Zilveren Zwaan, die een intelligentie blik in zijn ogen had en zich gracieus bewoog alsof hij leefde – zag hem comfortabel en onbezorgd rondzwemmen, alsof hij in een moeras was geboren in plaats van in een juwelierszaak – en zag hem een ​​zilveren vis uit het water pakken, zijn hoofd omhoog steken en vervolgens de gebruikelijke en ingewikkelde doorslikbewegingen maken.”, aldus Mark Twain.

Na het faillissement van Cox begint Merlin voor zijn eigen. Hij combineert de activiteiten van automatenmaker, pianostemmer en maker van muziekinstrumenten. Zo ontwerpt hij een muziekinstrument dat een soort combinatie is van een klavecimbel en een fortepiano. (Een fortepiano is een voorloper van de piano.) Eén van de eersten die composities voor de fortepiano schrijft, is de in Londen wonende (en met Merlin bevriende) Duitse componist Johann Christian Bach – niet te verwarren met zijn beroemde vader Johann Sebastian Bach.

27 merlin pianoLinks een patenttekening van Joseph Merlins klavecimbel-pianoforte model uit 1774. Bron: The National Archives, UK, 210/15; Rechts een schilderij uit 1780 van Thomas Gainsborough (met wie Merlin bevriend is). Afgebeeld staat hier de Duitse componist Johann Christian Fischer, terwijl deze leunt op de klavecimbel-pianoforte van Merlin.

Ook bedenkt Merlin allerlei ingenieuze apparaten waarin vaak muzikale elementen de hoofdrol in spelen. Hij probeert ze aan de hogere kringen te verkopen. Daar is hij een welkome gast op bijeenkomsten, niet alleen op de in die tijd populaire gemaskerde ballen waar hij steevast in de meest wonderlijke kledij verschijnt, maar ook op soirees waar hij zijn publiek vermaakt met zijn amusante verhalen en uitvindingen. Hij spreekt er tot groot vermaak van de gasten het Engels altijd uit met een zwaar Frans accent – een beetje als inspecteur Clouseau in de Pink Panther. Vermoedelijk doet hij dit met opzet. Er zijn wel meer zaken, waarbij hij zich anders voor doet dan dat hij werkelijk is.

Zo presenteert hij zich zijn hele leven lang bij zijn bezoeken aan de bijeenkomsten met de adel uitdrukkelijk als een vrijgezel – waarschijnlijk om in het gevlei bij de dames uit de hogere kringen te komen. In werkelijkheid is hij in 1783 getrouwd met een zekere Ann Goulding. Samen krijgen ze twee kinderen, maar hij geeft er geen ruchtbaarheid aan. Sterker nog, in de openbaarheid doet hij nog steeds alsof hij niet is getrouwd. Zo begint een advertentie, die hij op 12 januari 1786 in de Daily Register plaatst en waarin hij op zoek is naar een huurder voor een huis van hem, als volgt: “Dhr. Merlin, Prince-street, Hannover-square, bekend om zijn mechanische uitvindingen, vrijgezel […] zou graag een enkele heer van karakter willen huisvesten…. “ (bron: Margaret Debenham (2014) Joseph Merlin in London, 1760–1803: the Man behind the Mask.)

Tot zijn uitvindingen – sommige ideeën zijn origineel, anderen verbeteringen van bestaande zaken; soms bouwt hij de apparaten zelf, anderen laat hij maken door onafhankelijke ambachtslieden – behoren, naast de rolschaats en de klavecimbel-pianoforte: een voorloper van de rolstoel die door een invalide handmatig kan worden voortbewogen, een automaat waarmee je een spelletje ‘even of oneven’ kan spelen, een weegschaal voor in de badkamer om je zelf te wegen, een whist-kaartspel voor blinden, een weegschaal om het percentage goud in munten te bepalen en een oven waarbij het vlees mechanisch wordt rondgedraaid. Een verscheidenheid van zaken dus.

27 merlin uitvindingenLinks; Het door hem verkregen patent voor zijn oven; bron: site stad Huy; rechts de ’badkamer-weegmachine’ van Merlin; afbeelding; Science Museum Group Londen.

Ook bedenkt hij een automaat om thee te schenken. Het is een ingenieus ding. Het bestaat uit een theetafel met daarop een theekan en twaalf kopjes. Door op een voetpedaal te drukken draait de tafel rond totdat er een kopje onder een tuit staat. Door op een tweede pedaal te drukken wordt de thee automatisch in het kopje geschonken. Oké, het is een beetje omslachtige – nou ja, laat dat ‘beetje’ maar weg – manier om de thee in te schenken. Het is een typisch voorbeeld van één van de vele automaten die Merlin bedenkt. Zijn publiek geniet er van. Regelmatig haalt hij ook de kranten met zijn nieuwe uitvindingen. Zo lezen we in 1781 (in de The Public Advertiser) over een nieuw muziekinstrument dat Merlin heeft bedacht.

Dit instrument is […] een combinatie van een klavecimbel, pianoforte, hautboy – dat is een soort fluit –, trompet en keteltrommel; het is een instrument met toetsen en het moet worden bespeeld als een klavecimbel. De heer Bach – de zoon van – wordt de eerste publieke artiest op het instrument, en in zijn concerten zal het worden geïntroduceerd.” (bron Margaret Debenham)

In 1783 heeft hij zoveel automaten en robots bedacht en gemaakt, dat hij in Londen een eigen museum begint, het Merlin Mechanisch Museum, waar niet alleen de hogere standen maar ook het gewone publiek zijn automaten kan bewonderen. Een eerdere poging een paar jaar eerder om iets soortgelijks op te zetten mislukt. Hij slaagde er toen niet in om voldoende financiers te vinden. De beloning die hij deze in het vooruitzicht stelde – ze mochten twee jaar lang één keer per week gratis zijn museum bezoeken – was financieel blijkbaar niet aantrekkelijk genoeg. Deze keer lukt het wel om de boel gefinancierd te krijgen. Wijs geworden door het faillissement van het mechanische museum van Cox mikt Merlin met zijn museum op “het gewone volk”. De toegangsprijs is dan ook een stuk lager dan die 10,5 shilling die Cox vroeg. Overdag betaal je in het museum van Merlin twee shilling en een sixpence, ’s avonds drie shilling. Het is een groot succes en het museum wordt druk bezocht.

In het weekend maakt Merlin af en toe reclame voor zijn museum door met een speciale koets door Hyde Park te rijden. De koets wordt voorgetrokken door een paard, maar op de bok zit geen koetsier. De teugels worden bediend vanuit het afgesloten koetsgedeelte. Ook het zweepje om het paard aan te sporen wordt niet met de hand bediend. Het is een automaat die ook vanuit het koetsgedeelte wordt bediend. Het lijkt net of de koetsier van de koets is afgevallen en of het zweepje uit zichzelf beweegt. Opvallend zijn ook de deuren. Aanvankelijk stonden er afbeeldingen van Merlijn, de tovenaar uit de tijd van Koning Arthur op, maar later staat er reclame op voor zijn mechanisch museum, waarmee Merlin ook verantwoordelijk is voor het eerste rondrijdende voertuig met reclame op de zijkant. Wie bijvoorbeeld vandaag de dag taxi’s met reclame op de zijkanten ziet rondrijden, weet dan dat Merlin de eerste is die dit heeft bedacht.

30 Merlin koetsDe koets van Merlin zonder koetsier (en in dit geval ook zonder paard ervoor, maar die liep er normaliter wel voor) Uitgave R.S. Kirby, 1820. Tekening: George Harding; Department of Special Collections, Memorial Library, University of Wisconsin-Madison, Madison

Naast zijn bezigheden voor zijn museum blijft Merlin fortepiano’s, harpen en orgels maken en verkopen. Hij is daar tamelijk succesvol in.

In 1793 sterft onverwachts zijn vrouw. Een paar jaar later gaat zijn eigen gezondheid achteruit. In die jaren bemoeit hij zich steeds minder met het museum. Af en toe verschijnt er nog een advertentie van het museum waarin Merlin aankondigt dat hij een nieuw apparaat aan de collectie heeft toegevoegd. Eén van de jongste bezoekers van het museum is Charles Babbage, de latere uitvinder van de eerste computer. Tijdens zijn kindertijd nemen zijn ouders hem mee naar het automatenmuseum van Merlin. De jonge Babbage is razend enthousiast als hij de machines ziet.

In januari 1803 verschijnt Joseph Merlin voor het laatst in het openbaar als hij op een zondagmiddag nog een keertje met zijn koets zonder koetsier door Hyde Park rijdt. In februari kondigt hij aan dat hij vanwege zijn slechte gezondheid heeft besloten om terug te keren naar het continent en dat hij daarom voornemens is om zijn collectie automaten te verkopen. Het zal echter niet zo ver komen. Drie maanden later overlijdt hij op 67-jarige leeftijd. Bij zijn overlijden omschrijft een Londense krant hem als ‘één van de belangrijkste technici in ons land.’ Het museum van Merlin blijft na zijn dood nog een paar jaar open. Ergens tussen 1805 en 1808 gaat het dicht. In 1809 worden al zijn spullen verkocht. In de jaren erna raakt Joseph Merlin in de vergetelheid.

Wie echter wel in hem en zijn technische ideeën geïnteresseerd blijft, is Charles Babbage. Hij is een groot bewonderaar van zijn werk en koopt in 1835 op een veiling voor 35 pond één van zijn automaten (‘The Silver Ladies’; twee dansende dames). Hij schroeft het apparaat open om te kijken hoe het technisch allemaal in elkaar zit en zet het daarna weer voorzichtig in elkaar. Hoogstwaarschijnlijk gebruikt hij sommige praktische technische ideeën van Merlin in zijn ontwerp voor de allereerste computer ter wereld.

Naar het volgende verhaal uit deze serie.

Naar het vorige verhaal uit deze serie

 

My WordPress Blog