Tijdens een interviewreeks met de Franse filmmaker François Truffaut vertelde Alfred Hitchcock een keer het verhaal van een scenarioschrijver die regelmatig midden in de nacht wakker werd met in zijn hoofd een idee voor een fantastische scenario. Het probleem was echter dat hij zich de volgende ochtend die droomverhalen niet meer kon herinneren.
De man legde daarom een schrijfblokje met een pen naast zijn bed met het idee dat, als hij weer eens een keertje midden in de nacht wakker werd met zo’n briljant droomscenario in zijn hoofd, dat hij het verhaal dan direct kon opschrijven. Zo gezegd zo gedaan. Op een ochtend werd de man wakker met het gevoel dat hij ’s nachts weer iets briljants had bedacht. Snel pakte hij zijn schrijfblokje. Hij had er inderdaad iets opgeschreven. ‘Boy meets girl’ stond er.
‘Don’t spoil a good dream’. Uit een kalender met reclame voor een malarianet.
Tja, dromen. De meeste dromen zijn bij het wakker worden vervlogen. Heel soms weet ik de volgende ochtend nog wat ik ’s nacht heb gedroomd – zie hier – maar meestal niet. Toch zijn er twee dromen van lang geleden die ik mij vandaag de dag nog altijd zo voor de geest kan halen, eentje van toen ik slechts vijf jaar oud was en eentje uit mijn studententijd.
Allereerst die droom van toen ik vijf jaar oud was. Oké, het klinkt heel ongeloofwaardig dat ik bijna zestig jaar later nog steeds weet wat ik toen droomde, maar het is echt zo. Maar alvorens ik die droom vertel, moet ik eerst mijn alleroudste jeugdherinnering die ik mij nog kan herinneren beschrijven, want die speelt een rol in die droom.
Ik moet een jaar of drie, vier geweest toen ik een keer samen met een meisje – ik speelde wel eens vaker met haar – en haar ouders ging wandelen op de bloeiende Asselse heide tussen Hoog Soeren en Assel vlakbij Apeldoorn. We liepen op een breed zandpad bovenop een talud dat langs het spoor van de spoorlijn Apeldoorn – Amersfoort ligt.
Het talud bij de Asselse heide. (Het beeld is niet afkomstig uit mijn droom maar vanaf internet.)
Nu heb ik vandaag de dag nauwelijks herinneringen meer aan die wandeling met haar ouders en het meisje – geen idee bijvoorbeeld hoe ze heette – alleen weet ik nog dat ze die dag een geel jurkje droeg en dat we die dag heel veel vlinders zagen. Ik had in mijn nog jonge leventje nog nooit zoveel vlinders gezien als die dag. Dat is het, mijn oudste jeugdherinnering.
Nu de droom dus. Toen ik vijf jaar oud was, werd ik in het St Antoniusziekenhuis in Utrecht aan mijn hart geopereerd. Er was iets met mijn hartkleppen die niet altijd goed sloten. Ik heb over die periode in het ziekenhuis best nog veel herinneringen (zie hier en hier). Het zal wel veel indruk hebben gemaakt op de kleine Martin. En ook – en dat is het rare – weet ik nog precies wat ik droomde op de dag van mijn operatie. Geen idee of ik het droomde op het moment dat ik onder narcose werd gebracht, tijdens de operatie of na de operatie, maar ik droomde in ieder geval dat ik op de hei liep bij de plek waar ik en het meisje de vlinders hadden gezien.
Ik liep boven op het talud. Opeens viel ik op de grond en begon ik van het talud af te rollen, ik rolde en rolde telkens sneller omlaag. Er kwam een trein aan, maar ik kon niet stoppen met rollen. Ik bleef maar rollen. Vlak voordat ik voor de aanstormende trein op de rails zou rollen, werd opeens alles zwart – en nee, ik zag geen tunnel met aan het einde daarvan een wit licht – en toen eindigde mijn droom.
Volgens mijn moeder was het eerste wat ik zei, toen ik na de operatie weer wakker werd, dat ik heel raar had gedroomd en vertelde ik haar deze droom. Nou, maar goed dat dit niet echt gebeurd is, zei mijn moeder.
Enfin, nu bijna zestig jaar later weet ik nog steeds wat ik toen droomde, althans ik denk dat ik het weet. Misschien heb ik dit toen helemaal niet gedroomd en is het een valse droomherinnering die in mijn hersens zit opgeslagen.
Anyway, ik neem aan dat u nu ongetwijfeld in slaap bent gevallen. Ik vertel het verhaal over die andere droom, die uit mijn studententijd daarom morgen wel. Heeft u nog een dagje de tijd om na te denken waar ik als student over droomde. Was dat – spoiler alert – dit?
Of was het – spoiler alert – dit?
Slaapt u er maar een nachtje over. Leg in ieder geval een schrijfblokje naast u bed, dit voor het geval u wat slims droomt.