Euclides van Alexandrië

In mijn reeks over vijftig mensen achter de computer heb ik het tiende portret geschreven. Oeps, het tiende nog maar? Help, ik moet er dus nog veertig! En ook nog het tweede Straatje van Vermeer opsporen. Daar heb ik ook al een jaar niets meer aan gedaan. Zoveel te doen en zo weinig tijd.

Maar goed, het verhaal over Euclides van Alexandrië is klaar. “Euclides wie?” zult u misschien zeggen. Euclides van  Alexandrië dus. Hij leefde zo’n 2700 jaar geleden. Het verhaal over hem begint als volgt:

Euclides van Alexandrië, omstreeks 300 voor Christus; beschreef het eerste algoritme

Wie denkt dat de Bijbel het oudste boek ter wereld is dat nog telkens wordt ‘herdrukt’ heeft het mis. Hoogst waarschijnlijk zijn dat ‘de Ilias’ en ‘de Odyssee’, beide geschreven door Homerus. De ouderdom van deze boeken wordt op zo’n 2700 jaar geschat. Ook is er een meetkundeboek van zo’n 2300 jaar oud, getiteld ‘De Elementen’, geschreven door een zekere Euclides van Alexandrië, dat ook nog steeds wordt herdrukt. Wel is de Bijbel het boek dat in de westerse wereld het vaakst is herdrukt. Al zijn de duizend herdrukken van de Elementen ook niet niks.

Euclides fragment

Afbeelding: teruggevonden fragment uit één van de delen van de Elementen van Euclides van Alexandrië. Dit handgeschreven exemplaar stamt waarschijnlijk uit de eerste eeuw na Christus. Het fragment bevindt zicht in het Museum of Archaelogy and Anthropology van de University of Pennsylvania; foto Bill Casselman

 Waarschijnlijk heeft u nog nooit van ‘De Elementen’ gehoord, maar wellicht kent u wel de uitdrukking ‘Quod erat demonstrandum’ (Q.E.D.) of wel ‘Wat te bewijzen was’ (WTBW), waarmee vaak een bewijs van een wiskundige stelling wordt afgesloten. Deze zinsnede was voor het eerst te lezen – uiteraard niet in het Latijn maar in het oude Grieks – in de Elementen van Euclides. Dit is echter niet de reden dat Euclides is opgenomen in dit overzicht van mensen achter de computer. De reden daarvoor is een methode die hij in één van de delen van de Elementen beschrijft, namelijk de methode om de grootst gemene deler van twee getallen te vinden. De door hem beschreven systematiek kunnen we zien als het eerste beschreven voorbeeld van een algoritme, een reeks instructies die vanuit een gegeven begintoestand naar een beoogd doel leidt. Iets wat je in alle moderne softwareprogramma’s terugziet.

De rest van het verhaal kunt u hier lezen