Of ik een tube tandpasta bij de Hema voor haar wilde kopen, vroeg Marianne. Vooruit, een spannend uitje is nooit weg. Als ik mijn jas al aan heb, wordt er gebeld. Ik neem de telefoon op. Ik hoor eerst alleen maar wat gekraak en gepiep. Ik roep mijn naam nog een keer en dan hoor ik opeens een dame met een zwaar Indiaas accent zeggen: “Hello, this is Microsoft calling”.
Ik ken de truc. Iemand belt zogenaamd namens Microsoft op om te zeggen dat er fout in de software zit – dat klinkt zeer geloofwaardig – en zegt dan dat Microsoft alle klanten opbelt om de fout te herstellen – dat doen ze nooit; dat opbellen bedoel ik. Als je er in trapt, sturen ze je een mailtje met een link om een “verbeterprogramma” te installeren. Als je die link volgt, dan krijg je een virus op je pc geïnstalleerd. Vervolgens vragen ze je voor de zekerheid te controleren of alles nog werkt. Of je daarom even een cent wilt overmaken. Als je dat doet, dan blijkt de overboeking te mislukken. Even later – ze hebben stiekem op afstand meegekeken en weten nu je bank- en je inloggegevens – wordt je bankrekening geplunderd. Het tv-programma Opgelicht besteedde er laatst een uitzending aan. Er zit een bende oplichters uit India achter. Trap er niet in.
De dame begint met haar verhaal. Ik onderbreek haar. “This is the Indian police speaking. What’s your phonenumber?” zeg ik met een net zo slecht Engels accent als zij. (Volgens Marianne aan wie ik dit verhaal later vertelde, moet dat slechte accent mij geen enkele moeite hebben gekost.) De dame is even verrast en zegt dan aarzelend “I am not allowed to give that sir”. “It is not necessary, I can see your number and your address. My Indian colleagues will be there in ten minutes time to arrest you and your colleagues. Stay on the line.” antwoord ik. Het is even stil aan de andere kant van de lijn. Dan wordt er opgehangen. Of er is nu een kantoor in India waaruit allerlei mensen weg vluchten of het volgende potentiele slachtoffer in Europa wordt gebeld.
Even later is deze crimefighter op weg naar de Hema. De tubes blijken 75 cent per stuk te kosten. Vraag niet hoe het kan, maar profiteer ervan. Ik doe royaal en pak er twee. Het kassameisje zegt dat ik er beter vier kan nemen. Het is drie betalen, één gratis. Als ik even later met mijn vier tubes de winkel uitloop, hoor ik haar gillen. “Mevrouw, mevrouw, uw hond!” Ik kijk om. Vlakbij de kassa staat een dame van middelbare leeftijd met een hond. Het beestje, het heeft bijna hetzelfde kapsel als zijn baasje, tilt net op dat moment zijn achterpootje op en bij het schap met de crèmestubes verschijnt een klein plasje. “Oh sorry” zegt de dame. Ze haalt wat tissues uit haar tas en begint de boel op te vegen.
Als ik naar huis fiets, word ik door een oude dame op een scootmobiel voorbij gereden. Ze rijdt zo hard dat Max Verstappen waarschijnlijk nog moeite zou hebben om haar in te halen. Ik ben wel gewend dat oude mensen met een elektrische fiets mij voorbij schieten (op weg naar het ziekenhuis denk ik dan altijd), maar dat ik voorbij word gereden door iemand op een scootmobiel is nieuw voor mij. Meestal rijden ze hinderlijk in de weg. Ik word oud.
Thuis gekomen leg ik de tubes tandpasta op de tafel. Taakje volbracht.