Zo’n anderhalf jaar geleden zaten er overdag een paar dagen lang een tweetal ransuilen in de boom in onze achtertuin (zie hier en hier). Ze kozen voor hun overnachting – lees hun verblijf overdag; het zijn nachtdieren – een paar dagen lang onze boom uit, totdat ze elders in de wijk een betere boom vonden.
Echter vorige week, toen het zo warm was, zagen we opeens in de schaduw van het gebladerte van de boom de uilen weer zitten – eerlijk gezegd was het de buurman die ze zag en ons waarschuwde. Ze zijn zo tussen de takken en de bladeren soms moeilijk te zien.
Het waren er deze keer zelfs vier. Ze zitten er overdag nu al een paar dagen. Als het donker wordt vliegen ze weg om ’s morgens vroeg weer terug te komen. Soms zijn ze met zijn vieren, soms zijn het er drie, dan weer twee stuks en de laatste twee dagen zie ik er maar eentje. Zie hier enkele foto’s toen er eentje op een tak ging zitten waar hij wat beter zichtbaar was.
Als je door de tuin loopt, dan houden ze je in de gaten. Je ziet dat ze je helemaal volgen. Dat gaat ze gemakkelijk af. Ze schijnen hun kop 270 graden te kunnen draaien.
Doe dit thuis niet na, je verrekt beslist allerlei spieren.
Dit weekend besloten ze om er helemaal hun gemak van te nemen. De boom was blijkbaar niet meer goed genoeg. Onze tuinstoelen op het terrasje was nu hun keuze.
Dit noemen we nou “een uiltje knappen”
Het vervelende effect van het inpikken van onze stoelen is dat wij er nu niet kunnen zitten, want het zijn beschermde dieren en artikel 3.1 lid 4 van ‘Wet Natuurbescherming verbiedt het opzettelijk storen van de vogels, dus kunnen we onze stoelen niet terug claimen.
Er is echter een kleine ontsnappingsmogelijkheid voor ons, want het verbod is niet van toepassing indien de storing niet van wezenlijke invloed is op de staat van instandhouding van de desbetreffende vogelsoort (artikel 3.1 lid 5).
Maar voorlopig laten we ze maar zitten. Vanochtend zat er weer eentje in de boom.