De zwarte eiber

Vrijdag fietste ik een rondje om de Vogelplas Starrevaart. Het is een door zandwinning tot stand gekomen waterplas gelegen tussen Leidschendam en Voorschoten. De vogelplas werd in 1987 en 1995 in fasen aangelegd als compensatie voor het weggraven van het natuurgebied Meeslouwerpolder, dat moest verdwijnen voor de aanleg van het recreatiegebied Vlietlanden. De Starrevaart bestaat uit een waterplas met ondiepe delen, slikranden en rietmoeras langs de oevers. In het gebied zijn sinds het ontstaan al meer dan 250 vogelsoorten waargenomen. Die vogels kan je wel zien maar je hoort ze meestal niet. Dat komt door de A4.

starrenplas

Vogelplas de Starrevaart op een koude vrijdag in januari om 16.15 uur (foto gemaakt met mijn mobieltje)

Het gebied wordt aan de ene kant begrensd door de Vliet, een kanaal dat loopt van Leiden via Leidschendam en Voorburg naar Delft waar het uitmondt in de rivier de Schie. Aan de andere kant van de plas ligt op nog geen 100 meter afstand de rijksweg A4. Dat is een drukke zesbaanssnelweg.

starrevaart a4

De plattegrond van de Vogelplas met aan de bovenkant de Vliet en aan de onderkant de A4; rechts de A4 ter hoogte van de Starrevaart – de plas ligt op nog geen100 meter rechts van de snelweg. (foto A4: Wikipedia / Vincent van Zeijst)

Zelfs als de wind goed staat hoor je nog overduidelijk de geluiden van deze weg maar als – zoals gisteren – de wind verkeerd staat, dan is het helemaal een kakofonie van geluiden bij de plas. Omdat het zo lawaaiig was, heb ik even een nutteloos onderzoekje gedaan – ik ben erg goed in het doen van nutteloze onderzoeken. Gedurende vijf minuten heb ik geteld hoeveel auto’s er langs reden.

Het was een vrijdagmiddag en het verkeer reed goed door. Tussen vier uur en vijf over vier telde ik 511 voertuigen (auto’s, vrachtauto’s en motors samen) die van Den Haag richting Amsterdam reden. Nu zal het niet zo zijn dat er daardoor een tekort aan auto’s in Den Haag ontstaat en een overschot in Amsterdam, want tussen vijf over vier en tien over vier reden alweer 505 van die voertuigen terug van Amsterdam naar Den Haag. Ok, dat zullen niet dezelfde auto’s zijn. Maar goed, in vijf minuten tijd passeren dus op minder dan 100 meter afstand van de vogelplas bij elkaar zo’n 1000 voertuigen; 500 wagens de ene kant op, 500 wagens de ander kant op, dat moet efficiënter kunnen.

Dat ondanks de lawaaioverlast van al die auto’s de vogels graag in de plas bivakkeren, lijkt dan ook wonderlijk, maar dat komt waarschijnlijk doordat de vogels voornamelijk ontvankelijk zijn voor geluiden die dezelfde toonhoogte hebben als hun eigen geluiden en ze de auto’s daardoor niet echt horen, tenzij die geluiden net toevallig in hun eigen frequentie zitten. Ik citeer even een stukje van de site van de Vogelbescherming:

Hoe goed kunnen vogels horen?

Gehoorbereik: Het gehoorbereik van vogels verschilt per soort. Bij sommige zangvogels is het bereik ongeveer gelijk aan het menselijke oor: 20-20.000 hertz. Bij de meeste vogels is dit bereik echter geringer: vogels zijn voornamelijk ontvankelijk voor geluiden die dezelfde toonhoogte hebben als hun eigen geluiden.

 Gehoorscherpte: Vogels hebben wel een grotere gehoorscherpte dan mensen waardoor ze beter details kunnen onderscheiden. Veel uilensoorten kunnen bijvoorbeeld in volledige duisternis prooidieren ontdekken en lokaliseren dankzij hun gehoor. Een uil kan de richting waaruit een geluid komt zeer nauwkeurig bepalen, zowel aan de hand van verschillen in tijd, als in intensiteit waarmee het geluid van een prooidier met het linker- en rechteroor wordt opgevangen. Jonge uilen, die het tijdsverschil tussen het linker- en rechteroor nog moeten leren interpreteren, draaien en bewegen hun kop vaak om te oefenen. Ze vergelijken het geluid dat ze horen bij de verschillende posities van de kop.

 Terwijl ik met mijn mobieltje een foto van de plas stond te maken (voor de foto zie helemaal boven) kwam een echtpaar aanfietsen. Ze stopten en de vrouw vroeg: “Is de zwarte ieber er weer?”, althans dat verstond ik. “Sorry, u zei?” antwoordde ik. Ze herhaalde haar vraag en deze keer meende ik iets te verstaan als “Is de zwarte eiber er weer?” Aha, een eiber, daar had ik wel eens van gehoord. Dat is een ooievaar (veel gebruikt in kruiswoordpuzzels: een ooievaar van vijf letters). Ook heb je een korfbalclub die Ons Eibernest heette. Het waren zo te horen vogelaars en ze zagen in mij blijkbaar een collega. Nu kan ik nauwelijks een eend van een waterhoen onderscheiden, en ik wist zelfs helemaal niet dat er ook zwarte ooievaars bestonden, maar desondanks zette ik mijn meest deskundige gezicht op en zei: “Nee, niet dat ik weet. Ik heb nog geen zwarte eiber gezien”. De vrouw lachte vriendelijk naar mij, maar de man keek me aan met een blik van: ‘jij hebt hem wel degelijk gezien vadertje, maar je wilt deze waarneming voor je houden, daar trap ik niet in!’ Toen ik even later verder fietste en achterom keek, zag ik hoe ze met verrekijkers over de plas tuurden.

Thuis heb ik even gegoogled om te zien hoe een zwarte eiber er uit ziet – als een zwarte ooievaar gokte ik – maar hij blijkt helemaal niet te bestaan. Wel bestaat er een zwarte ibis en deze vrij zeldzame vogel is de laatste dagen een aantal keren door vogelaars waargenomen bij de Starrevaart, zoals blijkt uit een overzicht op de site van Vogelwerkgroep Vlietland met de meest recente waarnemingen bij de Starrevaart. (Ik zie trouwens ook dat er een nonnetje bij de vogelplas is gezien; dat zal dan behalve een mens ook wel een vogelsoort zijn)

vogeltelling

Op de site van waarnemingen.nl staat een foto van enkele zwarte ibissen die op 11 januari zijn gezien bij de Starrevaart. Dus voor wie net als ik de zwarte eiber niet kan onderscheiden van de zwarte ibis, zo ziet de zwarte ibis er uit.

Zwarte Ibis

11 januari fotograaf Rob Floor; Foto genomen bij de Starrevaart.