Op de EGU general assembly 2023 in Wenen – geen idee wat dat voor een bijeenkomst is – werd deze foto van de planeet Mars met op de voorgrond het kleine maantje Deimos (diameter circa 12 km) getoond.
De foto is gemaakt door de Arabische Marsverkenner Hope. Zie hier voor meer over deze missie.
Mars heeft twee manen: Phobos en Deimos. Het zijn waarschijnlijk ingevangen planetoïden. Phobos is de grootste van de twee. Hij heeft een diameter van ongeveer 22 km, tien kilometer meer dan die van Deimos. Ter vergelijking, zie ze hieronder naast elkaar afgebeeld.
Links Phobos; rechts Deimos. De maantjes zijn ontdekt door de Amerikaanse astronoom Asaph Hall. Hij deed dat in augustus 1877. Op 12 augustus ontdekte hij Deimos. Zes dagen later Phobos. Enthousiast ging hij verder speuren maar de maantje bleken op te zijn.
Zoals je kan zien heeft Phobos enkele grote kraters. Op deze foto uit 1978 genomen door de ruimtesonde Viking 1 kan je de grote ‘Stickney’-krater zien die is ontstaan door een meteorietinslag.
En op deze foto uit 2007 zie je hem boven Mars zweven. Het is maar een klein dingetje.
Net zoals onze maan voor de zon kan staan, en dan kan zorgen voor een zonsverduistering op Aarde, gebeurt dat ook met de maantjes van Mars, alleen dan natuurlijk wel op Mars. Ze zijn echter wel een tikkeltje te klein om te zorgen voor een complete zonsverduistering.
Zie hierboven een ‘volledige’ zonsverduistering op Mars. Deze foto van Phobos, die de zon “verduistert”, is in 2013 genomen door de Curiosity Rover, één van de maanwagentjes van de NASA die op Mars rondrijden.
Overigens wie een zonsverduistering wil meemaken hoeft daarvoor niet helemaal naar Mars af te reizen. Je kan ook volgend jaar naar Mexico, Amerika of Canada gaan. Daar vindt op 8 april 2024 een totale (!) zonsverduistering plaats die op sommige plaatsen meer dan vier minuten duurt.
Twee maanden geleden schreef ik over mensen met een naam die een verband lijkt te hebben met hun beroep of een gebeurtenis Zie hier.
Van de week zag ik hier wel een heel speciaal voorbeeld van. In Doetichem liep er een wolf over straat die even later in de achtertuin van iemand ging liggen slapen. Hij werd even later daar door een dierenarts verdoofd en elders weer uitgezet. Zie hem hier verdoofd liggen.
Het meest opmerkelijk was echter dat dat de wolf dat deed in de tuin van mevr. Sylvia de Wolf-De Wolff.
Dat Sylvia de Wolff (met dubbele ‘f’) getrouwd is met meneer De Wolf (met één ‘f’) is al op zich heel opmerkelijk, maar dat uitgerekend in hun tuin een wolf gaat slapen, dat hou je toch niet voor mogelijk.
Amerika is één van onze favoriete vakantielanden. Je hebt er schitterende natuur. We wandelen er graag. Mijn vrouw Marianne heeft een site met de mooiste wandelingen in een groot aantal nationale parken in het westen van de Verenigde Staten. Dus als u op zoek bent naar mooie wandelingen, zie hier.
Ze heeft bij de wandelingen de lengte/duur, de moeilijkheidsgraad, het startpunt en rolstoeltoegankelijkheid aangegeven. Dus als u op zoek bent naar mooie wandelingen, zie hier voor haar site.
Arches NP
Death Valley NP
Grand Canyon NPGrand Teton NPSequoia NPYellowstone NPYosemite NP
Elders op deze site heb ik een pagina aangemaakt met een overzicht van verwijzingen per park naar haar site. Zie hier.
Zoals ik eerder in dit blog heb geschreven heb ik vorig jaar een keer een gesprek gehad met het tv-productiehuis Helder over een mogelijke betrokkenheid van mij als deskundige bij het programma ‘De Nieuwe Vermeer’, dit als ‘kenner’ van het schilderij ‘Het Tweede Straatje van Vermeer’. Zie hier. Ze besloten later echter met een andere deskundige in zee te gaan, die een andere theorie over het schilderij had met als resultaat dat het winnende schilderij totaal niet op het verdwenen Tweede Straat lijkt, althans dat denkt deze deskundige van dienst.
“Een deskundige is iemand die er op het laatste ogenblik wordt bijgehaald om een deel van de schuld te krijgen.” – Sam Ewing, Amerikaans honkbalspeler
Inmiddels is het programma op tv geweest en heerst er wat onvrede onder de deelnemers van de ‘vrije categorie’, die naar eigen inzicht een werk van Vermeer mochten maken. De onvrede lag er onder andere in dat ze wel in beeld kwamen maar dat hun achternaam niet werd genoemd.
NU.nl: “Ruim een miljoen mensen keek de afgelopen weken naar De Nieuwe Vermeer, een programma waarin zes vermiste werken van Johannes Vermeer tot leven worden gewekt. In elke aflevering maakten twee meesterschilders tegen betaling een precieze reconstructie. En er was een vrije categorie, waarvoor iedereen zich kon aanmelden met een eigen kunstwerk.
Professioneel kunstenaar Merel Jansen won die laatste categorie in de vijfde aflevering. Ze werd door de programmamakers gevraagd om mee te doen als meesterschilder, vertelt ze. Daar bedankte ze voor, waarna ze zich inschreef voor de vrije categorie.
Alle deelnemers moesten vervolgens een dichtgetimmerd contract tekenen, met de toezegging dat ze op ieder moment konden uitstappen. In dat contract, dat NU.nl in handen heeft, staat dat kunstenaars afzien van vergoedingen en dat ze zelf geen informatie over het verloop van de afleveringen naar buiten mogen brengen. Dat namen ze op de koop toe, want succes op de landelijke televisie zou goed kunnen zijn voor hun naamsbekendheid.
Maar met het contract deden alle kunstenaars ook afstand van het recht op naamsvermelding. En dus is De Nieuwe Vermeer niet verplicht hun volledige namen te noemen. “Ik ging ervan uit dat dat was omdat ze in de trailers van het programma niet alle makers kunnen vermelden”, vertelt de gevestigde kunstenaar Domenique Himmelsbach de Vries, die ook van tevoren door de programmamakers werd benaderd over de wedstrijd. Hij won in de vrije categorie van de eerste aflevering. “Maar in de uitzending verschenen alleen onze voornamen.”
Hanneke Holthuis, die met Pictoright opkomt voor de rechten van kunstenaars, is kritisch op het televisiecontract. “Naamsvermelding is een wettelijke norm die al meer dan honderd jaar geldt. Ik vind het kwalijk dat die wet niet wordt gerespecteerd. Vooral omdat er sprake is van iets wat naar uitbuiting neigt. Dat vind ik schokkend bij een publieke omroep.” Omroep MAX zegt dat deze wet wél is nageleefd en dat de kunstenaars ermee hebben ingestemd dat ze afstand zouden doen van het recht op naamsvermelding.”
1978 Prins Claus (zonder achternaam) feliciteert de Band Zonder Naam (BZN)
Omroep MAX moest een selectie maken uit honderden “creatievelingen” – een bewust gekozen term. “De vrije categorie is zo divers dat die niet makkelijk in één woord te vangen is”, zegt een woordvoerder van de omroep tegen NU.nl. “Er doen professionele kunstenaars, passievolle amateurs en beginnende makers mee. Soms zijn ze kort in beeld, soms wat langer, soms in een kader, soms vol. Ieders volledige naam in beeld brengen maakt het erg onrustig voor de kijker en kon soms praktisch niet omdat iemand maar heel kort te zien was. Vandaar deze keuze.”
Enfin, tot zover deze terugblik van uw bekende blogschrijver.
Schrijver zonder naam
Martin (achternaam bekend bij de makers van dit blog).
Maandag zijn Marianne en ik naar de Vermeer-tentoonstelling in het Rijksmuseum in Amsterdam geweest. Er hangen daar nu liefst 28 van de 37 schilderijen van Vermeer die vandaag de dag nog bestaan. (Naar schatting heeft Vermeer tijdens zijn leven tussen de 45 en 50 schilderijen gemaakt. Het was niet zo’n productief mannetje.)
In Amsterdam zijn de volgende schilderijen te zien met daarbij aangegeven waar ze normaal hangen.( Het lijstje is afkomstig van de site van het Rijksmuseum. Ze hebben het niet op tijdsvolgorde maar alfabetisch gesorteerd.)
Allegorie van het Katholieke geloof, ca. 1670–74. The Metropolitan Museum of Art, New York
Brieflezend meisje bij het venster, ca. 1657–58. Gemäldegalerie Alte Meister, Dresden
Brieflezende vrouw in blauw, ca. 1662–64. Rijksmuseum, Amsterdam
Christus in het huis van Maria en Martha, ca. 1654–55. National Galleries of Scotland, Edinburgh
Dame en dienstmeid, ca. 1665–67. The Frick Collection. New York
De geograaf, 1669. Städel Museum, Frankfurt am Main
De kantwerkster, ca. 1666–68. Musée du Louvre, Parijs
De koppelaarster, 1656. Gemäldegalerie Alte Meister, Dresden
De liefdesbrief, ca. 1669–70. Rijksmuseum, Amsterdam
De luitspeelster, ca. 1662–64. The Metropolitan Museum of Art, New York
De soldaat en het lachende meisje, ca. 1657–58. The Frick Collection, New York
Diana en haar nimfen, ca. 1655–56. Mauritshuis, Den Haag
Gezicht op Delft, ca. 1660– 61. Mauritshuis, Den Haag
Gezicht op huizen in Delft, bekend als ‘Het straatje’, 1658–59. Rijksmuseum, Amsterdam
Het glas wijn, ca. 1659–61. Staatliche Museen zu Berlin – Gemäldegalerie
Het melkmeisje, ca. 1658–59. Rijksmuseum, Amsterdam
Jonge vrouw aan het virginaal, ca. 1670–72. The Leiden Collection, New York
Meisje met de fluit, ca. 1664–67. National Gallery of Art, Washington
Meisje met de parel, ca. 1664–67. Mauritshuis, Den Haag
Meisje met de rode hoed, ca. 1664–67. National Gallery of Art, Washington
Onderbreking van de muziek, ca. 1659–61. The Frick Collection. New York
Schrijvende vrouw in het geel, ca. 1664–67. National Gallery of Art, Washington
Schrijvende vrouw met dienstbode, ca. 1670–72. National Gallery of Ireland, Dublin
Sint Praxedis, 1655. Kufu Company Inc., in bruikleen bij The National Museum of Western Art, Tokyo
Staande virginaalspeelster, ca. 1670–72. The National Gallery, London
Vrouw met parelsnoer, ca. 1662–64. Staatliche Museen zu Berlin – Gemäldegalerie
Vrouw met weegschaal, ca. 1662–64. National Gallery of Art, Washington
Zittende virginaalspeelster, ca. 1670–72. The National Gallery, London
Negen van deze schilderijen heb ik al eens eerder gezien: de vier die normaal in het Rijksmuseum hangen, de drie uit het Mauritshuis en twee schilderijen die we een keer tijdens een bezoek aan de Gemäldegalerie in Berlijn hebben we gezien.
Dit was dus de kans om in één keer 19 “nieuwe” Vermeers te zien. Zo’n kans laat ik als Vermeer-kenner – zie hier – natuurlijk niet lopen. Vorig jaar hadden we daarom al kaartjes voor de tentoonstelling gekocht. In februari, toen de expositie de deuren opende, waren alle beschikbare 450.000 kaarten voor de tentoonstelling verkocht. Omdat mensen die achter het net hadden gevist, massaal begonnen te klagen, besloot het Rijksmuseum extra kaartjes te verkopen.
“Een woordvoerder van het museum laat weten dat er de afgelopen dagen is gemonitord op welke momenten het rustig is. Op die tijden (vroeg in de ochtend en laat in de middag) komen nu meer tickets vrij”
Die extra verkoop was geen goed idee. De foto die bij het bericht in het Parool stond, was genomen tijdens de eerste dagen van de tentoonstelling op één van die rustige momenten. Nou ik kan u verzekeren dat er na het verkopen van die extra kaartjes op die “rustige momenten” er geen rustige momenten meer zijn. Dit was overduidelijk een verkeerde beslissing. Kijk maar eens naar onderstaande foto van de mensenmenigte voor het zelfde schilderij (Het meisje met de parel).
We zagen het al toen we binnen kwamen. In de eerste zaal hangen Het Straatje van Vermeer en Het gezicht op Delft. En dit is wat we zagen bij binnenkomst. HELP!
Een hoop grijsgehalte, maar dat kan je op maandagmorgen in een museum nu eenmaal verwachten. Omdat we deze schilderijen – ze hangen normaal respectievelijk in het Rijksmuseum en in het Mauritshuis – al kenden, hebben we deze zaal maar snel overgeslagen.
In de volgende zalen was het iets minder erg dan in de eerste zaal, maar was het ook veel te druk. Het Rijksmuseum had de afhandeling van de mensenstroom ook niet goed georganiseerd. Het was bijvoorbeeld beter geweest om de mensenstroom te reguleren, door de mensen in een rij langs de schilderijen te leiden, zoals mensen langs een baar lopen (en ook langs de kroonjuwelen in de Tower in Londen.) Nu stonden ze in groepen voor de schilderijen.
En wat ook wel een goede maatregel zou zijn geweest, was om bij deze tentoonstelling de mensen te verbieden om de schilderijen te fotograferen. Dat zorgt alleen maar voor extra oponthoud.
Als het nou onbekende werken waren, die je niet kent en waar je thuis nog iets over wilt opzoeken, dan zeg ik à la, maar dit zijn allemaal super bekende schilderijen, die je gedetailleerd overal op het internet kan bekijken. Ik zou zeggen: ga niet fotograferen maar ga kijken!
Slecht georganiseerd dus en ik heb de enquête die ik de volgende dag van het Rijksmuseum kreeg opgestuurd over hoe ik het bezoek had ervaren dan ook ‘kritisch edoch opbouwend’ ingevuld.
Dit is geen beeld van de Vermeer tentoonstelling maar van elders en op een ander tijdstip in het museum.
Voor wat betreft de tentoonstelling, de schilderijen kende ik uiteraard allemaal al – je bent kenner of niet – maar wat mij wel verraste, waren de afmetingen van sommige schilderijen. Een aantal waren groter dan ik had gedacht, maar er waren ook een paar die veel kleiner waren dan ik had gedacht.
Daarnaast viel ons het schilderij ‘Staande virginaalspeelster’ op, dat normaal gesproken in de National Gallery in Londen hangt. Ik kende het plaatje, maar nu we het in echt zagen, zagen deze kenners pas dat het eigenlijk gewoon een slechte compositie was.
Wat doet dat hoofd voor het schilderij van Cupido op de achtergrond? Of de dame had wat meer naar links gemoeten of die Cupido had kleiner gemoeten of helemaal weg, aldus uw kunstexperts.
Enfin, het aantal schilderijen van Vermeer dat we nu hebben gezien is één keer met 19 stuks toegenomen. Voor die anderen moeten we naar het buitenland. Zo hangen er twee Vermeers in het Metropolitan Museum of Art in New York. (Slapend meisje’ en ‘Meisjeskopje’) die New York niet uit mogen. De eigenaren die de werken aan het museum schonken, stelden namelijk als voorwaarde dat de schilderijen New York nooit mochten verlaten.
Ook zijn er een aantal schilderijen in te slechte staat om “te reizen” en ontbreken daarom ook. Daarnaast is er ‘Het Concert’. Dit schilderij is in 1990 gestolen uit het Isabella Stewart Gardner Museum in Boston en nog steeds zoek. Zie hiervoorelders op mijn site.
En dan is er natuurlijk ook nog het tweede straatje van Vermeer. Die staat ook op mijn lijstje van nog te bekijken schilderijen van Vermeer maar het kan nog wel even duren voordat ik die kan bekijken.
Mars heeft net zo als de Aarde ook een atmosfeer. Alleen is is de dichtheid van de atmosfeer van Mars maar een vijftigste van die van de Aarde. De dichtheid van de atmosfeer op de oppervlakte van Mars is ongeveer te vergelijken met de dichtheid van de Aarde-atmosfeer op zo’n 35 km hoogte.
De samenstelling van de atmosferen van de Aarde en van Mars verschillen ook enorm. De dunne droge koude atmosfeer van Mars bestaat bijna volledig uit koolstofdioxide, terwijl de atmosfeer van de Aarde vooral rijk is aan stikstof en zuurstof. Vergelijk de samenstelling van beide atmosferen maar eens. Links die van Mars; rechts die van de Aarde.
Tabellen afkomstig van de Wikipedia-pagina’s over Mars en Aarde.
Op deze foto van Mars uit 1976, gemaakt met een roodfilter door de Viking 1, zie je bovenin een dun laagje. Dat is de atmosferische laag van Mars. Foto: NASA.
Op Mars komen net zoals op Aarde ook wolken voor.
31 maart 2021; Credits: NASA/JPL-Caltech
Voor hoe die wolken ontstaan, citeer ik even de Wikipedia (die legt het veel beter uit dan ik.)
‘De seizoenen op Mars, veroorzaakt door de scheve stand van de rotatie-as, brengen mee dat op de polen – bedekt met ijs dat voornamelijk uit koolstofdioxide bestaat en niet uit water zoals op Aarde het geval is – een half Marsjaar continu nacht heerst. De afkoeling van het oppervlak zorgt ervoor dat dikke lagen condenseren tot droogijs. Wanneer de lente aanbreekt en de pool weer verlicht wordt, sublimeert het droogijs weer. Het vrijkomende koolstofdioxide veroorzaakt harde winden vanaf de pool. Deze seizoensgebonden winden transporteren grote hoeveelheden stof en waterdamp en veroorzaken rijp aan het oppervlak en grote cirruswolken in de atmosfeer.”
Daarnaast heb je op Mars stofwolken. De zon warmt stof op, waardoor de stofdeeltjes opstijgen.
Vorige week presenteerde de NASA de eerste kleurenfoto’s van zonnestralen die door de wolken van Mars heen braken.
Credit: NASA/JPL-Caltech/MSSS
De foto’s zijn gemaakt door de het Mars-wagentje Curiosity. De meeste wolken op Mars bevinden zich niet hoger dan 60 km boven het Mars-oppervlak, maar de wolken op deze foto’s zouden zich volgens NASA hoger bevinden. De zon schijnt er net door heen.
Zoals elders op deze site te zien is, ben ik bezig met het opsporen van het tweede Straatje van Vermeer. Zie hier.
Hierbij een afbeelding van hoe het tweede Straatje van Vermeer er uit gezien zou kunnen hebben.
Deze afbeelding is niet gemaakt door Vermeer, maar door Rita Camphuijsen, Voor meer achtergrond zie daarvoor twee nieuwe verhalen uit mijn serie over de speurtocht naar het schilderij. De aanleiding tot het schrijven van deze twee verhalen was de uitzending van aflevering 2 van het tv-programma van Omroep Max ‘Op zoek naar de nieuwe Vermeer’. In deze op 19 februari 2023 uitgezonden aflevering ging het over het tweede Straatje.
In de eerste nieuwe bijdrage ga ik in op de winnende schilderijen uit de uitzending, maar die volgens mij zeker niet het tweede straatje weergeven. Zie hieronder.
Ik ben begonnen met het oprichten van een nieuw musem en wel het museum van interessante mensen.
In dit museum vindt u verhalen die gaan over mensen, waar ik de levensgeschiedenis of iets wat ze tijdens het leven hebben gedaan, dan wel meegemaakt hebben, interessant vindt. Dat kan van alles zijn. Er zit geen groot plan achter. Het is wie ik toevallig tegen het lijf wordt. Figuurlijk bekeken uiteraard, niet letterlijk.
De eerste persoon die ik in dit museum heb opgenomen is Harvey Ball, de uitvinder van de gele smiley.
Zeggen de namen Alois Alzheimer, André Ampère, William Boeing, Charles Boycott, Louis Braille, Anders Celsius, Rudolph Diessel, Gabriel Fahrenheit, William Frisbee, Joseph Guillotin, R.J. Guppy, Henry Heimlich, Charles Lynch, Maria Montessori, Samuel Morse, James Parkinson, Ivan Pavlov, Charles Richter, Adolphe Sax, the Earl of Sandwich, Paul Stroganoff, George Gilles De Tourette en Ferdinand Zeppelin u iets?
Het zijn allemaal mensen naar wie een ziekte, een eenheid, een product, een gebeurtenis, een gerecht, een dier of een begrip zijn vernoemd. Nu is het hun geval zo dat de naam er eerst was en het begrip daarna pas, vernoemd naar hun naam.
Maar het komt ook andersom voor. Dat je mensen ziet die een bepaald beroep hebben dat een verband lijkt te hebben met hun naam. Gisteren zagen we bij het tv-programma ‘Op zoek naar de nieuwe Vermeer’ hier weer een voorbeeldje van. Eén van de twee meesterschilders heette Nard Kwast.
De naam Nard Kwast is een voorbeeld van een aptoniem (afgeleid van het Latijnse ‘aptus’, “geschikt” en het Griekse ‘onoma’, “naam”). Hiermee wordt een naam aangeduid die aansluit bij hetgeen de drager van die naam in het dagelijks leven doet. Je ziet wel vaker mensen met dergelijke namen. Er zijn zelfs mensen die deze voorbeelden verzamelen. Ik heb er een paar van twitter geplukt. (Voor de bronnen: zie deze tweet en de reacties eronder.)
Bij dit laatste voorbeeld vraag je je af of het wel klopt. Ik heb er even op gegoogled en het klopt inderdaad niet helemaal . De burgemeester heet weliswaar zo, maar officieel was hij (van 2013 tot 2018) de burgemeester van Borgloon, waaronder de deelgemeente Kuttekoven valt. Iemand bij de tv kon het blijkbaar niet laten om er op te wijzen dat burgermeester Deneuker ook de burgermeester van deze deelgemeente was.
Enfin, je hebt er nog veel meer: Peter van der Vorst vooral bekend als royaltyverslaggever; Sabine Uitslag, voorzitter van de Nederlandse Vereniging van Huidtherapeuten en Mieke Zilverberg, expert munten uit de oudheid bij het televisieprogramma Tussen Kunst & Kitsch om er maar een paar te noemen
Ook in het buitenland zien we dit fenomeen opduiken.
Niet alleen op tv maar ook zie je het bij schrijvers van boeken.
Er is een theorie, getiteld ‘Nominative determinism’, die stelt dat mensen zich aangetrokken voelen tot banen die overeenkomen met hun naam. Zo zouden mensen met de naam Dennis of Denise in Amerik relatief vaker ‘Dentist’ (tandarts) worden dan mensen met andere voornamen. Een ander genoemd voorbeeld is dat er in Amerika relatief veel urologen zouden zijn met de achternamen Dick, Cox, Ball en Waterfall. Eerlijk gezegd klinkt het mij een beetje vergezocht, maar wie weet.
Maar ongetwijfeld zullen er op tv in de toekomst nog allerlei voorbeelden voorbij komen van mensen die een beroep hebben dat met hun naam te maken heeft. Maar dan moet de stagiair bij de redactie natuurlijk wel die naam invullen!
Maandag zijn Marianne en ik naar het Singer Museum in Laren geweest voor een tentoonstelling over Kees van Dongen.
Het Singer Museum is een mooi museum. Enig minpuntje is dat de doorgangen naar de zalen vrij klein zijn. Je moet er telkens door heen kruipen. Ik paste er maar net door. Zie hier hoe klein die doorgangen zijn.
Het bekendste werk van Van Dongen – ‘Le Coquelicot ‘ (ook bekend als ‘The Corn Poppy’) uit 1919 – hing er niet. Het hangt bij ons thuis aan de muur.
Oké, bij ons thuis hangt een kopie, het origineel hangt in een museum in Houston. Wel hingen er andere schilderijen van vrouwen met opvallende ogen zoals bijvoorbeeld.
Dit laatste schilderij had volgens de informatie naast het schilderij de titel ”Vinger aan de wang’, een treffende titel kan ik wel zeggen.
Er hingen niet alleen portretten van vrouwen, Van Dongen had ook gekozen om andere voorstellingen te schilderen zoals u hier kan zien.
Deze laatste foto beantwoordt ook gelijk de vraag wat voor een soort mensen hebben op maandagmorgen tijd om een museum te bezoeken. Nou wij dus en de andere oudjes.
Zelf bleek ik verrasenderwijs deels op één van de schilderijen afgebeeld te staan, ja echt waar, en wel op het portret dat Van Dongen maakte van Josephine Baker.
Als u goed kijkt, dan ziet u namelijk bovenaan het schilderij mijn schoenen en onderaan mijn handen. Na een kopje koffie hebben we buiten ook nog wat beelden in de tuin van het museum bekeken.
Tot zover dit verslag van uw kunstkenner. Wie de tentoonstelling ook wil zien, kan nog tot 7 mei terecht in het museum.
Op twitter zag ik onderstaande tweet geplaatst door een account met de naam ‘ Latest in space’. Het account heeft 771.000 volgers, waaronder de Nederlandse astronaut André Kuipers.
Er vielen mij twee zaken op bij deze aankondiging van C/2022 E3 (ZTF). Dat is de naam die deze uit ijs, stof en gesteente bestaande komeet, afkomstig uit de Oortwolk aan de rand van ons zonnestelsel, heeft gekregen). Allereerst de opvallende groene kleur van E3. Ik citeer hiervoor even Scientas:
“Wanneer de zon een komeet opwarmt, verdampt de organische stof op de ijzige kern en dat komt in de coma – dat is de nevelige wolk van gas om de kern van een komeet – terecht. Zonlicht breekt vervolgens deze grotere organische moleculen af, waardoor diatomische koolstof ontstaat. Naarmate de komeet vervolgens dichter bij de zon in de buurt komt, vernietigen extreme UV-stralen de onlangs aangemaakte diatomische koolstof-moleculen. Hierdoor wordt de groene coma helderder. Tegelijkertijd gaat dit afbraakproces zo snel, dat de moleculen al verdwenen zijn vóórdat de groene kleur de staart heeft bereikt.”
De ene komeet laat overigens meer groen zien dan de andere. Bij sommige kometen wordt de kop zelfs helemaal niet groen. Overigens heeft een kop meestal twee staarten: een plasmastaart (of gasstaart) en een stofstaart.
(Dit plaatje is afkomstig van de site Ikhebeen vraag waarin dit fenomeen wordt uitgelegd.) De plasmastaart wijst altijd van de zon weg. Een plasmastaart is een soort gas gevormd uit geladen deeltjes. Deze worden door de zonnewind (een stroom van geladen deeltjes) van de zon “weggeblazen”. Bij een komeet die de zon is gepasseerd en op de weg terug is zie je daardoor de ‘staart’ meestal voor de komeet uit. Dit laatste fenomeen geeft soms wat verwarring. Zie bijvoorbeeld deze correctie van de Guardian van 24 januari 2023.
“Dit artikel is op 24 januari 2023 gewijzigd om de vermelding van de stoffige staart van de komeet die zich “achter” de komeet uitstrekt, te verwijderen. Komeetstaarten wijzen weg van de zon.”
Maar wat ik minstens net zo interessant aan het bericht vind, is de mededeling dat deze specifieke komeet maar eens in de 50.000 jaar langs komt. De volgende keer is dus pas omstreeks het jaar 52,000. Dat van die 50,000 jaar moet gebaseerd zijn op een berekening, want zover ik weet zijn er geen waarnemingen uit het stenen tijdperk van deze komeet gemaakt door Neanderthalers.
Geen komeet hier te zien op deze foto van Raveesh Vyas van rotstekeningen in India.
Nu zijn Marianne en ik ervaren kometenkijkers. Zie hiereen verslag van de keer in juli 2020 toen wij de komeet Neowise bekeken.
Zo’n foto als deze hadden we toen niet, maar met een verrekijker konden we Neowise bij die gelegenheid wel goed zien. De groene E3 komeet bekijken lukte echter niet, Het was compleet bewolkt. Enfin, over 50.000 jaar heb ik een nieuwe kans.
Zoals elders te lezen is (bijvoorbeeld in de samenvatting) zijn we op zoek naar een schilderij van een huis dat aan de volgende kenmerken zou moeten voldoen:
Een huis dat loodrecht (dwars) op een straat staat (eventueel is voor de straat een gracht zichtbaar maar dit hoeft niet).
Het huis is 4,40 meter breed. Er is in ieder geval een deur en een raampartij te zien; wellicht twee raampartijen. Vermoedelijk zal er in ieder geval aan de rechterkant van het huis een raampartij te zien zijn.
Het huis heeft aan de voorkant een trapgevel.
Het huis is vermoedelijk opgebouwd uit rode bakstenen, die wellicht wit zijn gepleisterd.
Op diverse plaatsen zullen op de voorgevel beschadigingen aan het metselwerk te zien zijn.
Aan de gevel van het huis is een gevelsteen te zien met daarop drie vogels (valken).
Het huis heeft naar achteren toe een puntdak (zadeldak)
Aan de rechterkant van het dak is een hoge schoorsteen zichtbaar. De schoorsteen staat vrij ver naar voren.
Schuin rechtsachter het huis is op de achtergrond het dak te zien van een hoog huis.
Er zullen vermoedelijk geen kinderen op het schilderij te zien zijn.
Uitgewerkt zou dat een afbeelding als onderstaand kunnen opleveren.
Deze afbeelding heb ik uiteraard niet zelf gemaak – ik zou dat beslist niet kunnen – maar het is gemaakt door Klaas van den Hurk. Hij was één van de mensen die zich als deelnemer had opgegeven voor het programma De nieuwe Vermeer van omroep Max .
Voor het hele verhaal hierover zie hierop mijn site.
Ik heb hier een tijdje niet meer geschreven over mijn voornemen om ooit de oudste persoon ter wereld te worden. De laatste keer was in 2017. Toen was de Japanse Nabi Tajima de oudste ter persoon. Zij was op dat moment 117 jaar en 44 dagen oud. Uiteindelijk is ze 117 jaar en 260 dagen geworden.
Sindsdien zijn er drie nieuwe wereldrecordhouders geweest die inmiddels ook allemaal overleden zijn: twee Japanse vrouwen en een Franse zuster. Die laatste, Lucille Randon, overleed gisteren. Ze was op twintig dagen na 119 jaar oud. Ze had, naast dat ze de oudste persoon ter wereld was, nog een wereldrecord op haar naam staan. In december 2021, ze was toen bijna 117 jaar, kreeg ze corona maar overleefde dit en werd daarmee de oudste persoon ter wereld die deze ziekte overleefde.
Echt gezond was ze niet meer. Sinds 2010 zat ze in een rolstoel en ook was ze inmiddels blind. Zie haar hier in betere tijden:
De kinderfoto stamt ergens uit de periode 1907-1910, de andere foto is omstreeks 1920 genomen. Op het laatst van haar leven zag ze er zo uit.
Deze foto stamt uit 2019.
Uiteraard is er direct weer een nieuwe oudste levende persoon ter wereld. Het is de Spaanse – het zijn altijd vrouwen – María Branyas Morera. Ze is geboren op 4 maart 1907 en is nu 115 jaar en 320 dagen oud. Dat is overigens een behoorlijke stap terug ten opzichte van de 118 jaar en 340 dagen van de Franse zuster. Zie deze site voor foto’s van haar, van haar jeugd tot heden. Ze heeft het Covid-record – de oudste persoon ter wereld die corona overleefde – ook een tijdje in handen gehad. Ze kreeg corona in april 2020 toen ze 113 jaar oud was, maar in 2021 pakte de Franse zuster haar dit record met 116 jaar af.
De oudste man die momenteel leeft is Juan Vicente Pérez Mora uit Venezuela. Hij is geboren op 27 mei 1909 en is momenteel 113 jaar en 236 dagen oud.
Overigens, voor wat betreft mijn voornemen om de oudste persoon ter wereld te worden, ik wil het wel worden, maar niet zijn. Ze gaan namelijk vaak snel dood als ze eenmaal die titel hebben.
Zoals ik in de vorige bijdrage al schreef, kreeg ik in april een mailtje van een tv-productiehuis met de titel: ” ONDER EMBARGO Nieuw televisieprogramma Johannes Vermeer.”
“Beste Martin van Neck, Mijn naam is Joanie en ik ben werkzaam als redacteur bij productiehuis Helder in Amsterdam, de makers van het televisieprogramma Project Rembrandt. Momenteel zijn we druk bezig met een nieuw televisieprogramma over de schilder Johannes Vermeer.
Hiervoor zijn we op zoek naar kunstschilders die in de huid van zijn 17e-eeuwe penseelstreek willen kruipen en 1 van de vermiste werken (6) van Vermeer gaan schilderen. Elk schilderij bevat uiteraard een eigen titel ofwel thema. 1 van de titels zal gaan over het mogelijke 2e straatje van Vermeer.
Ik zou heel erg graag met u hierover in contact willen komen om meer over dit onderwerp te weten te komen. Daarbij ook de mogelijkheid verkennen om u wellicht als expert bij deze aflevering te betrekken?
Ik zie uw reactie graag tegemoet.
Veel groeten, Joanie “
Het mailtje van Joanie – in haar mail vermeldt ze keurig haar achternaam maar die heb ik hier vanwege privacy-aspecten wegelaten – was door Hotmail als spam aangemerkt en daardoor automatisch in mijn spammap beland. Daar zag ik het een paar weken later toevallig en na wat mailtjes heen en weer maakten we begin juni een afspraak in hun kantoor aan de Herengracht in Amsterdam.
Ik werd er door Joanie samen met nog twee dames ontvangen, een collega en haar baas. Ze vertelden dat ze vorig jaar het Project Rembrandt voor Omroep Max hadden gemaakt – ik kende het niet. Het bleek dat het programma op hetzelfde tijdstip uitgezonden was als NCIS en tja, daar keken mijn vrouw en ik liever naar. Dat vonden de dames jammer, maar goed volgend jaar wilde Omroep Max een tv-programma uitzenden rondom de grote Vermeer tentoonstelling in het Rijksmuseum.
In de eindejaarsuitzending van Omroep Max werd er over dit programma gesproken,
Voor elk vermist schilderij, zo vertelden de drie dames mij, waren er een tweetal kunstenaars (de zogeheten ‘meesterschilders’) gevraagd om in de huid van Vermeer te kruipen om de verdwenen schilderijen zo exact mogelijk te herschilderen zoals Vermeer het zelf gedaan zou kunnen hebben. Een jury van deskundigen uit het Rijksmuseum en het Mauritshuis in Den Haag beoordeelde vervolgens telkens wie van de twee dit het beste had gedaan .
Daarnaast was er een ‘vrije categorie’. Hierbij mochten “amateurskunstenaars” (in hun eigen ‘atelier’) een persoonlijke invulling aan één van de verdwenen schilderijen van Vermeer geven, aan de hand van een vastomlijnde omschrijving (de zogenaamde ‘opdracht’). Alles mocht, elk materiaal was toegestaan, de enige voorwaarde was dat je naast het insturen van een foto van het resultaat ook het hele maakproces werd gefilmd en gefotografeerd zodat heel Nederland mee het maakproces kon zien.
Eén van de zes verdwenen schilderijen betrof het Tweede Straatje van Vermeer. Op internet waren ze mijn ideeën tegen gekomen over hoe het schilderij er uit gezien zou kunnen hebben en vandaar dat ze mij hadden uitgenodigd. Wellicht kon ik als een soort expert aan het programma mee werken. Oké, een rol als expert, gelukkig, ik was even bang dat ik zelf moest gaan schilderen.
Op hun verzoek vertelde ik vervolgens waarom ik dacht dat het schilderij er uitzag zoals ik denk dat het er uit ziet – deze zin moet u misschien nog een keer overlezen maar hij klopt wel (denk ik). De dames waren enthousiast. Vervolgens kwam er een discussie over hoe deze ideeën op tv in beeld konden brengen “This is TV man”. De beschrijving van het schilderij voorlezen van een papiertje was het natuurlijk niet, waarop ik het idee opperde voor een wandeling, samen met een echte kunstexpert, langs plaatsen in Delft zoals het geboortehuis van Vermeer, zijn woonhuis en de straat waar het eerste en tweede Straatje gestaan zouden kunnen hebben. (Ik moet eigenlijk geld vragen voor dit soort ideeën.)
Aan het einde van het gesprek vroeg ik welke andere verdwenen schilderijen in het programma te zien zouden zijn. Het waren er naast het Tweede Straatje nog vier die op de zogeheten Dissiuslijst stonden – voor deze lijst zie hier. Het zesde schilderij betrof ‘Het Concert’, het schilderij van Vermeer dat in 1990 uit het Isabelle Gardner Museum in Boston is gestolen. Sindsdien is het spoorloos. (Elders op deze site kunt u een groot verhaal van mij over deze diefstal lezen dat ik 2018 heb geschreven; zie hier). “Nou, die expertschilders van dat schilderij hebben het makkelijk, het is precies bekend hoe dat er uit ziet’ merkte ik op, maar dat moest ik niet te makkelijk zien.
Overigens staan er op de Dissius-lijst zes schilderijen die thans verdwenen zijn en niet vijf. Zie hier een uitgebreide analyse op de prachtige zeer informatieve site EssentialVermeer over verdwenen Vermeer. Eentje doet dus blijkbaar niet mee. Het zou kunnen dat er naast de zes vermiste schilderijen van de Dissiuslijst er nog twee of meer schilderijen van Vermeer zijn, die in de loop van de tijd zijn verdwenen. Zie daarvoor ook de analyse op de site van Essential Vermeer.Enfin, ze zouden over alles nadenken en ik zou over de verdere invulling van mijn rol nog horen.
In juli kreeg ik weer een mailtje van Joanie.
“ Beste Martin, Alles wel?Even een update en nog een aanvullende vraag vanuit ons aangaande het programma. We zijn momenteel druk aan het puzzelen om te kijken hoe we de doektochten in de afleveringen kunnen invullen. Ook zijn we nog steeds erg enthousiast over jouw verhalen en aannames rondom het 2e straatje. Wetende dat het op onderzoek berust en geen harde feiten zijn, zijn we toch benieuw naar het volgende. Is het mogelijk om de punten http://www.martinvanneck.nl/het-tweede-straatje-van-vermeer/11-het-tweede-straatje-van-vermeer-1656-1696/ voor ons ietwat meer te duiden of hoe je bij deze aannames bent gekomen? Het is voor het programma van belang dat deze wel op onderzoek berusten. Ik hoor het graag, ook als erg nog vragen en opmerkingen zijn.”
A ha! Het moest wel op onderzoek berusten. Heel goed, maar zoals Albert Einstein ooit eens zei: ‘Als we wisten wat we deden, heette het geen onderzoek.” Desondanks stuurde ik een uitgebreide mail waarin ik – uitgaande van de beredeneerde veronderstelling dat Vermeer het huis van zijn zuster als Tweede Straatje had geschilderd – telkens voor elk van mijn veronderstellingen aangaf of het gebaseerd was op onderzoek of dat het een aanname betrof, zoals deze veronderstelling over de afmetingen van het huis.
“Het huis is 4,40 meter breed. Er is in ieder geval een deur en een raampartij te zien; wellicht twee raampartijen. Vermoedelijk zal er in ieder geval aan de rechterkant van het huis een raampartij te zien zijn.” De breedte van het huis weten we exact dankzij het eerder vermelde belastingdocument waar voor elk huis aan een gracht de afmetingen in stond. Onderzoek dus. Dat er aan de rechterkant van het huis een raam zal zijn is een aanname gebaseerd op de aanwezigheid van een schoorsteen aan de rechterkant op het dak, dat doet vermoeden dat er beneden aan de rechterkant van het huis een openhaard zal zijn geweest die zich in de woonkamer zal hebben bevonden. Deze kamers hebben meestal ramen. Het huis is niet al te breed, maar er is voldoende ruimte aan de linkerkant van de deur voor nog een raam. Het eerste raam is dus vooral gebaseerd op onderzoek, het tweede raam is een aanname.
Vervolgens duurde het tot september voordat ik weer iets hoorde. Wel kreeg ik in de zomer een aantal mailtjes met vragen over het Tweede Straatje van kandidaten (“de amateurs”) die aan het programma mee wilden doen en die ook mijn site hadden ontdekt . Ik antwoordde telkens dat ik in contact was met de productiemaatschappij die voor Omroep Max het programma ging maken en dat het me daarom niet fair tegenover de andere deelnemers leek om ze uitgebreid van advies te voorzien.
Eén van deze deelnemers merkte op: “Er wordt erg weinig van uw bevindingen gebruikt. Er is zelfs een ander formaat van het doek gekozen ( 44×54 cm; landscape; terwijl de meeste doeken van Vermeer in portrait-mode zijn geschilderd) […] Men geeft aan dat er enkele huizen op het doek moeten staan; dat er personages op moeten voorkomen i.v.m. de menselijke maat en de verhouding naar de huizen; de huizen en de locatie moeten van enige betekenis zijn; het moet een sfeerbeleving voorstellen in een logisch samenhangend geheel. Dat alles in de stijl van Vermeer waarbij het licht functioneel wordt ingezet waardoor het oog van de kijker wordt geleid naar de kern van de voorstelling.”
Hij had gelijk. Zo’n 90% van de schilderijen van Vermeer zijn geschilderd in portraitvorm en niet in landscape. Zeker voor een schilderij van een huis – meestal hoger dan breed – lijkt een schilderij in portraitvorm de meest logische keuze. Dus waarom de productiemaatschappij met de aanwijzing kwam dat het een werk in landscape moest zijn, geen idee. Wellicht had dat te maken met het feit dat tv’s allemaal een breedbeeldformaat hebben? Ik verzin ook maar wat.
Eind augustus fietsten mijn vrouw en ik twee weken lang door Nederland – geen E-bike, het echte werk dus. In de bossen bij Anrhem kreeg ik opeens telefoontje van Joanie. Ze hadden contact gehad met iemand van het Rijksmuseum en die was het niet eens met mijn ideeën over hoe het schilderij er uitzag. Nou moe! Dat kan zei ik, zolang het schilderij niet terug gevonden is, is elke theorie mogelijk. Maar het kwam er geloof ik op neer – ze zei het niet expliciet – dat ze meer waarde hechtten aan de mening van de Rijksmuseum-deskundige dan aan mijn ideeën over het schilderij. Oké, dat kan. “En toch draait ze” zou Gallilei zeggen. Wel zou ze de twee experts wijzen op mijn site zodat ze zelf konden beslissen hoe het schilderij er uit zou kunnen zien. Ik werd vriendelijk bedankt voor mijn inzet voor het programma. Ik wenste haar veel succes en dat was het dan.
Een week later was ik weer thuis en stuurde ik haar nog een mail dat los van hoe de voorstelling er uit zag, ik wel hoopte dat de expert-schilders het schilderij in ieder geval in portrait-vorm zouden schilderen in plaats van de landscape-vorm die de amateurschilders kregen voorgeschoteld, maar een antwoord op die mail kreeg ik niet.
Enfin, tot zover mijn rol als expert, Omroep Max zendt vanaf 12 februari het programma ‘De nieuwe Vermeer’ uit waarin de verdwenen schilderijen van Johannes Vermeer centraal staan inclusief het Tweede Straatje. Ik denk dat ik wel ga kijken, in ieder geval de aflevering over het Tweede Straatje.