Categorie archief: Schrijven

Hard Gras 150

Er is weer een verhaal van mij in Hard Gras verschenen. Deze keer over de totstandkoming en de teloorgang van mijn boek ‘Een kleine geschiedenis van het voetballen’ uit 2009.

Het verhaal staat in nummer 150, het jubileumnummer. Ik ben dus natuurlijk super trots dat een verhaal van in het jubileumnummer staat. Het is dertiende keer dat een verhaal van mij in Hard Gras is opgenomen: twee keer als lezerspost en elf keer als “medewerkersverhaal”.

Hard gras 150

De Titanic: Een ooggetuigenverslag

In 2012 verscheen er een boek van mijn hand over de ondergang van de Titanic honderd jaar eerder. Zie hier elders op mijn site meer informatie over dit boek.

000 titanic

Het boek bevat niet alleen een verslag van de geschiedenis van de Titanic: van de bouw tot haar ondergang, maar het bevat ook een aantal portretten van mensen die aan boord waren tijdens het zinken van het schip, waaronder de ‘usual suspects’, zoals de kapitein, de stuurman, de reder, de uitkijk, the unsinkable Molly Brown, de marconist en de mensen van het scheepsorkest – and the band played on.

Maar ook bevat het boek portretten van een aantal opmerkelijke maar wat minder bekende mensen die zich aan boord van de Titanic bevonden, zoals de vrouw die twee keer met de Titanic zonk, de wacht op het achterdek die men vergat te waarschuwen, de man die de ramp had voorspeld maar desondanks aan boord ging, de man die na zijn dood briefkaarten bleef sturen, de Japanner die oneervol niet was verdronken en een ontvoerd kind dat zich aan boord van de Titanic bevond.

Wie hier meer over wil weten; het boek is nog steeds te koop, onder andere bij Bol.com en via de site van de uitgever.  Ook kan je sinds dit jaar het boek kopen als luisterboek. Hoef je niet eens het boek zelf te lezen maar wordt het boek je voorgelezen.  Wij van WC-Eend kunnen dit boek beslist aanraden!

Nu staat er in het boek uiteraard niet van iedereen die aan boord was van de Titanic een portret. Met 2223 mensen aan boord zou het anders een beetje dik boek zijn geworden.

Tot de mensen die geen plekje in het boek kregen, behoort ook Frank Winnold Prentice, een op dat moment 23-jarig bemanningslid, die  werkzaam was in het voorraadmagazijn van het schip.

000 Prentice titanic jong

Ik – de Titanic-expert  – had geen idee van zijn wederwaardigheden op de Titanic totdat ik van de week op twitter een interview met hem zag dat de BBC in 1979 met hem – hij was op dat moment 90 jaar oud  – had gehouden. Hij gaf daarin een fascinerend persoonlijk verslag van de ondergang van de Titanic.

Had ik op het moment van het schrijven van het boek dit interview gekend, dan had ik beslist een portret van hem met de tekst van zijn ooggetuigenverslag in het boek opgenomen. ‘Met de kennis van nu’ zou onze minister-president zeggen, had ik dat moeten doen. Daarom krijgt u het hier alsnog.

000 Prentice titanic 2

Ik heb het interview voor u uitgeschreven en zo goed mogelijk voor u vertaald. Zie hieronder: (het is grotendeels een monoloog). Als u het boek heeft gekocht, print het uit en stop het in het boek! Als u het boek niet heeft gekocht, koop het alsnog, print het interview vervolgens ook uit en stop het er in. Frank Prentice begint zijn verhaal met het moment van de botsing:

Er was geen impact als zodanig. Het was net alsof een auto remde en dat was het. Ze stopte. We hadden een patrijspoort open staan. Ik keek naar buiten en de lucht was helder, sterren schenen. De zee was doodstil en ik snapte het niet, kon het niet begrijpen. Dus ik liep de kajuit uit en dacht, laat ik naar voren gaan. Ik ging naar het kuildek aan stuurboordzijde en zag ijs op het kuildek.

Geen teken van een ijsberg, want die was ons natuurlijk al gepasseerd. De lichten van de patrijspoorten schenen op het water. Er was boven de waterlijn geen schade te zien. Wat er was gebeurd, was dat we over de ijsberg waren gegleden. En hoewel het schip met de dubbele bodem onzinkbaar zou zijn, had de ijsberg haar aan stuurboordzijde, van voren naar de machinekamer toe, stuk gesneden, dwars door haar twee wanden heen.

We kregen orders om de reddingsboten te laten zakken met natuurlijk de order, dezelfde oude order, vrouwen en kinderen eerst. We zwaaiden de reddingsboten uit en vulden ze geleidelijk. De eerste boten waren die aan bakboordzijde. De eerste boten hadden niet veel passagiers aan boord. De mensen waren bang om naar beneden te gaan. Er was een hoogteverschil van het dek ten opzichte van het water van zo’n 20 meter. En ze dachten niet dat het schip zou zinken. Een paar van de eerste boten aan bakboordzijde voeren maar half gevuld weg. Weet dat we 16 reddingsboten hadden en ze hadden elk plek voor 50 mensen. Als ze helemaal gevuld waren, hadden we er 800  kunnen redden, terwijl we er maar 500 hebben gered. Je kunt je dus voorstellen dat er veel zitplaatsen in de eerste reddingsboten niet bezet waren.

Daarna kreeg ik orders om met een aantal mannen naar de voorraadruimte te gaan en daar alle biscuitkoekjes te halen die we konden vinden. Toen we weer op het bootdek kwamen, konden we niet meer in de buurt van de reddingsboten komen. Sommige mannen probeerden om in de boten te klauteren. Ze werden teruggeduwd. Tegen die tijd helden we heel erg over naar bakboord en konden we de stuurboordboten niet naar beneden krijgen.

Voordat ik mijn reddingsvest om deed, ontmoette ik een jong stel. Ik weet haar naam niet meer – BBC interviewer: “Clark” – “Ja, het was mevrouw Clark. Ze hadden hun huwelijksreis in Frankrijk doorgebracht en we hadden ze opgehaald in Cherbourg. Ze had een probleem met haar reddingsvest. Dus heb ik haar geholpen en zei dat ze in een reddingsboot moest stappen. Er was er nog één aan bakboordzijde. Maar ze zei: “Nee! Ik wil er niet naartoe, ik wil mijn man niet verlaten.” Dus zei ik: ‘Het is gewoon een voorzorgsmaatregel, je stapt in, je man volgt later.’ En ik bracht haar weg en dat was dat. Ik pakte daarna mijn eigen reddingsvest en deed die om.

Toen kwamen de derdeklasse-passagiers boven, 700 en ze zwermden over de dekken uit. De dekken raakten vol en ik dacht, ik heb alles gedaan wat ik kan doen. Ik heb geholpen voor zover ik kan, nu ga ik naar boven om uit het gedrang te komen. Ik ging naar het achterdek. Toen zakte het schip snel. Opeens verhief ze zich omhoog en hoorde je alles door haar heen knallen. Alles wat los zat, viel omlaag.

En toen ging ze omlaag en leek daarna weer omhoog te komen, dus ik dacht ‘nu ga ik weg’. Ik hing aan een reling, we hadden twee relingen, aan stuurboord en aan bakboord. We zeiden tegen elkaar ‘blijf uit de buurt van de schroefbladen’. Ik hing aan een van de relingen en ik kwam steeds hoger in de lucht en toen dacht ik ‘oke’, nu ga ik.’ En ik viel omlaag. Ik had een reddingsvest om en ik raakte het water met een geweldige klap, gelukkig raakte ik niets toen ik in het water terecht kwam. Overal lagen lichamen.

Toen keek ik omhoog naar de Titanic, de propellers waren helemaal uit het water, het roer was ook boven water en ik kon de bodem van het schip zien. Toen gleed ze geleidelijk omlaag en dat was het. Dat was het laatste van de Titanic.

Ik wilde niet dood, maar ik zag niet veel kans om te overleven. Ik raakte stilaan bevroren, maar bij de gratie Gods kwam er een reddingsboot en ze trokken me naar binnen. Er lag een brandweerman dood op de bodem. Er lag ongeveer 20 centimeter water in deze boot. Er was nog een andere man aan boord gehesen die, zo leek het leek er op, er weer uit probeerde te komen. Ik weet niet wat er met hem aan de hand was. Ze bonden hem vast. Aan boord zaten vrouwen en kinderen. Ik ging op een bankje zitten en ik bleek naast mevrouw Clark te zitten! De vrouw die ik in een reddingsboot had gestopt en het eerste wat ze zei was: ‘Heb je mijn man gezien?’ Ik zei toen: ‘Nee, dat heb ik niet, maar ik verwacht dat het goed komt met hem’. Hoe dan ook, ik was zoals je je kunt voorstellen er behoorlijk slecht aan toe, bijna bevroren. Ze wikkelde me in haar mantel. Ze had een soort deken of jas om. Hoe dan ook, ik denk dat ze daarmee waarschijnlijk mijn leven heeft gered, ik weet het niet. Ik heb het hare gered, althans ik denk dat ik dat heb gedaan, en zij redde het mijne. Bij het eerste licht verscheen de Carpathia. De Carpathia was ongeveer 7.000 ton. Ze was vol geladen op weg naar de Middellandse Zee. Ze namen ons allemaal aan boord en namen ons mee naar New York en dat was dat.

BBC-Interviewer: “Ik geloof dat je nog een horloge hebt dat je droeg op het moment dat je te water ging? ‘
Prentice: Ja, ja! Ik kon in die tijd niets beters betalen. Kijk, hier is het.

000 horloge titanic

BBC-Interviewer: “De wijzers staan op twintig over twee. Hoe laat was het toen je het water in ging denk je?

Prentice: “Ik denk twee uur. Het raakt bevroren, net zoals ik. Ik denk dat het nog ongeveer twintig minuten in het water heeft gelopen.

BBC-Interviewer: “Vind je het vervelend om zoals vandaag over het incident te praten?”

Prentice: “Erover praten? Ik zal er vanavond weer over dromen. Heb dan weer een nachtmerrie. Je zou denken dat ik daar nu te oud voor ben, maar wees niet verbaasd dat als ik in bed lig, alles weer voorbij komt.”

Op de prachtige site van de Encyclopedia Titanica – ik heb die site toen ik mijn boek schreef vaak geraadpleegd –  staan portretten van alle mensen aan boord van de Titanic, dus ook van Frank Prentice, zie hier.  Hij was één van de acht (mannelijke) bemanningsleden die door reddingsboot nr. 4 – deze boot lag het dichts bij de  plek waar de Titanic was gezonken – aan boord werden genomen. Twee van hen stierven in de reddingboot aan de gevolgen van de kou , een derde overleed later aan boord van de Carpathia. De overige vijf uit zee opgeviste personen, waaronder Frank Prentice overleefden de ramp.

Na het zinken van de Titanic keerde hij terug naar Engeland en ging weer voor de White Star Line varen, onder andere op de Olympic, het zusterschip van de Titanic.  Hij trouwde in 1919, kreeg drie kinderen en stierf uiteindelijk in 1982 op 93-jarige leeftijd.

De Mrs. Clark in het verhaal is Virginia Estelle Clark. Zij was ten tijde van de ramp 26 jaar oud.

000 clarke titanic

Ze was drie jaar eerder getrouwd met Walter Clark. Hun reis in 1912 naar Frankrijk was een uitgestelde huwelijksreis. Ze hadden ondertussen een op dat moment bijna -tweejarig jongetje dat niet mee was op de reis, maar dat in Amerika achter was gebleven bij de ouders van Walter Clark in Los Angeles. Walter Clark overleefde de ramp niet, zijn lichaam is nooit terug gevonden.

Een paar maanden na het zinken van de boot hertrouwde ze met een zekere John Tanner uit New York. Er ontstond  vervolgens een conflict met haar voormalige schoonouders die vonden dat zij emotioneel niet in staat was om te zorgen voor haar kind. Na een rechtszaak  kwamen de partijen over een om elk zes maanden per jaar voor het kind te zorgen. Het tweede huwelijk van Virginia hield niet stand. Omstreeks 1920 scheidde ze van Tanner om later, na een huwelijk met iemand anders, gevolgd door een scheiding,  opnieuw met hem te trouwen. In 1958 overleed ze op 73-jarige leeftijd. Voor haar portret op de site van de Encyclopedia Titanica, zie hier.

De boekenclub in Uithuizen

In 1980 speelde Toon Hermans in zijn onemanshow de voorzitter van de vereniging ‘Ons Genoegen’,  die aankondigt dat de vereniging ‘Ons Genoegen’ is uitgebreid met een enkele nieuwe leden. Vervolgens leest Toon Hermans de hele lijst een aantal keer voor. “Mevrouw Peper, mevrouw  Zwaarmakers, juffrouw van der Stang, mevrouw Perenboom, mevrouw Stofregen, mevrouw Opdebeeke, mevrouw Deegroller, mevrouw Stip, mevrouw Hak, mevrouw Loofhutjes, mevrouw Kistenmaker en mevrouw Schroothamer.”.

voorzitter(Op de afbeelding klikken om het filmpje op YouTune te zien.)

toon hermansToon Hermans in 1980; foto  Koen Suyk, Nationaal Archief.

Aan deze sketch moest ik denken toen ik in twee van de boeken van Jan de Hartog – zie de vorige blogpost – een lijstje zag zitten met namen van dames van een leesclubje  in Uithuizen. Zie hier de namen van het lijstje uit 1965:

Mevr.Jeltsema, mevr. Immenga, mevr, Meinardie, mevr. Witkop, mevr. Schillhorn, mevr. Spieker – mijn schoonmoeder – , mevr. Klaassen, mevr. Kiel, mevr. Jansen, mevr. Eelsing,  mevr. Moorslag, mevr. Meijborg, mevr. Westerdijk, mevr. van Ess, mevr. Klema, mej. Ritzema en mevr. Wolthuis.

leesclubje

Ze hadden allemaal een boek ingebracht. Om de drie weken werden de boeken doorgegeven. De eerste keer zou  op 16 oktober 1965 zijn en op 17 september 1966 had ieder dan weer zijn eigen boek terug. Ook in een ander boek van Jan de Harog zat zo’n lijstje, dat betrof het leesclubje van het jaar 1961-1962. Hoe schattig zulke leesclubjes.

 

Jan de Hartog signeert.

Jan de Hartog, geboren in 1914 en overleden in 2002, was een Nederlandse schrijver. Na zijn vlucht tijdens de Tweede Wereldoorlog naar Engeland in 1943 woonde en werkte hij het grootste gedeelte van zijn leven in Amerika.  Van zijn boeken  – hij schreef ze na de Tweede Wereldoorlog altijd eerst in het  Engels – zijn miljoenen exemplaren verkocht. Zijn bekendste boek is ‘Hollands Glorie’. Zie hieronder Jan de Hartog in 1984 en een kaft van Hollands Glorie van een editie uit 1942.

jan de hartog hollands glorie

Tot zijn vele fans behoorde ook mijn in 2008 overleden schoonvader Arie Jan Spieker. Althans, dat neem ik aan gezien het stapeltje boeken dat ik bij het opruimen op zolder aantrof.

In 1989 bezocht Jan de Hartog Harlingen, de woonplaats van mijn schoonouders, waar hij in de bibliotheek een lezing zou geven, georganiseerd door de plaatselijke boekhandel.

hartog lezing 1

Na afloop van de lezing was de wereldberoemde auteur bereid om vragen te beantwoorden en boeken te signeren.

hartog lezing 2

Uiteraard ging mijn schoonvader – ik vermoed dat mijn schoonmoeder (zij overleed in 2009)  ook mee was – naar dit buitenkansje om zijn favoriete auteur te ontmoeten.  Na afloop van de lezing meldde mijn schoonvader zich bij het tafeltje van Jan de Hartog om een boek te laten signeren.  Helaas voor de organiserende boekhandel was dit een exemplaar dat hij van huis had meegenomen.

Voor A.J. Spieker, met de beste wensen’ schreef de auteur er in, samen met zijn handtekening en de datum 7-8-89. Blijkbaar wilde mijn schoonvader de auteur niet vermoeien met het voluit laten schrijven van zijn naam en gaf hij alleen zijn voorletters door.

hartog 1

Hij was echter nog niet van mijn schoonvader af, want deze haalde uit vermoedelijk een boodschappentas  nog een boek ter signering. Deze keer schreef de auteur er in: ‘Voor A. J. Spieker’, gevolgd door zijn handtekening en de opmerking (de enige echte).

Gezien deze opmerking, vermoed ik dat mijn schoonvader of mijn schoonmoeder vlak hiervoor de opmerking heeft gemaakt dat het toch wel heel bijzonder was dat ze hier in Harlingen de beroemde Jan de Hartog uit het verre Amerika konden ontmoeten.

hartog 2

Mocht Jan de Hartog nu denken dat hij klaar was met mijn schoonouders, dan vergiste hij zich. Daar kwam het derde boek uit de tas. ‘Voor A.J. Spieker‘ gevolgd door zijn handtekening en de datum schreef  Jan de Hartog deze keer.

hartog 3

Ik kan me voorstellen dat de rij achter mijn schoonouders  wat onrustig werd toen mijn schoonvader een vierde boek uit de tas haalde. Drie jaar eerder had Jan de Hartog een prijs gekregen en een krantenberichtje daarover had mijn schoonvader in het boek geplakt.

Deze keer had de auteur geen zin meer om ook ‘voor A.J. Spieker’ te schrijven en beperkte hij zich tot alleen zijn handtekening en de datum.

hartog 4

Groot moet de ontzetting van de auteur, de boekhandelaar en de rij zijn geweest toen er nog een vijfde boek uit de tas kwam, maar gezien de signering, waar een duidelijke opluchting uit blijkt, zal mijn schoonvader of schoonmoeder verteld hebben dat dit toch echt het laatste boek was: “Verzamelaarsters! In dankbaarheid’ schreef Jan de Hartog.

hartog 5

Ik kan niet anders dan constateren dat Jan de Hartog een geduldig iemand was en mijn schoonvader een groot fan. En oh ja, Jan de Hartog heeft zo’n veertig boeken geschreven. Geen idee hoeveel boeken van hem mijn schoonvader had, maar het zou best wel eens kunnen zijn dat Jan de Hartog die avond goed is weggekomen. Het had veel erger kunnen zijn.

 

 

Weer wat mensen achter de computer.

Er zitten weer wat mensen achter de computer. Zie ze hier bezig.

abacus klas

Oké, dit zijn ze niet echt.

Wat ik wilde zeggen is dat ik weer twee, geheel vernieuwde, verhalen uit de serie ‘de mensen achter de computer’ heb terug gezet op mijn site. Het eerste verhaal gaat over degene die de abacus heeft bedacht. Uit dat verhaal is bovenstaande afbeelding afkomstig.

Uit het andere verhaal is deze foto afkomstig. Enig idee wie dit is?

5 eisnetin 14

Deze foto komt uit het verhaal over Euclides, een oude Griek die zo’n 2300 jaar geleden leefde. U ziet hier uiteraard niet Euclides, maar een jonge Albert Einstein. Hij is hier 14 jaar oud op de foto.

Het verhaal over de abacus kunt u hier teruglezen,

Het verhaal over Euclides hier.

Positief en negatief schrijversnieuws

De goede lezers zal het misschien zijn opgevallen dat ik hier een paar maanden weg ben geweest. Komt omdat ik druk doende was met schrijversactiviteiten. Laten we beginnen met het positieve schrijversnieuws.  Ik sta weer met “een verhaal” in Hard Gras, in nummer 141 deze keer dat begin december is verschenen. Nou ja, verhaal, eigenlijk is het een soort fotorapportage.

00 hard gras 141

Ik heb namelijk op de site van het Nationaal Archief gezocht naar de meest  interessante foto’s van voetballers op Schiphol (en soms daarbuiten) en heb bij elk van die foto’s een korte toelichting geschreven. Een voorbeeld van zo’n foto genomen op Schiphol:

00 cruijff2

Ik neem aan dat ik niet hoef te zeggen wiens gezin hier in 1977 op Schiphol rondloopt. Nog een voorbeeldje, deze keer van een foto genomen in Groningen in 1959.

00 pele

We zien hier hoe op 3 juni 1959 de achttienjarige Pelé een spelletje kaart speelt in een hotel in Groningen. De plaatselijke jeugd staat met hun neuzen tegen het raam gedrukt om er maar niets van te missen.

Dat het kaft van Hard Gras gebaseerd is op mijn verhaal, maakt het natuurlijk extra leuk.  Eerder was dat ook het geval bij een verhaal van mij in Hard Gras nr. 87, dit verhaal verscheen in december 2012 over de strafzaak Johan Cruijff (hij was in november 1966, als eerste Nederlands international ooit, het veld uit gestuurd) en  ook het kaft van Hard Gras nr. 116,  verschenen in oktober 2017, was gebaseerd op een verhaal van mij (over een vrij onbekende voetballer die op de hoes van de Sergeant Pepper elpee van de Beatles stond.)

Hard Gras    hard gras 116

Er is nu in totaal elf keer een verhaal van mij in Hard Gras, een literair voetbaltijdschrift van Henk Spaan, Matthijs van Nieuwkerk en Hugo Borst, opgenomen: twee keer als lezerspost en negen keer als “medewerkersverhaal”.

Maar nu het minder goede schrijversnieuws, wellicht was het u opgevallen dat de verhalen van mijn serie over de mensen achter de computer van mijn site waren verdwenen. Dat had twee redenen. De eerste reden was dat ik ze wilde herschrijven. Ze moesten wat anders vond ik, wat minder “wetenschappelijk”, wat meer human interest-achtig. De tweede reden was dat het mij een goed idee leek om  de nog ontbrekende verhalen eindelijk ook eens te schrijven en dan van al die verhalen samen een mooi boek te maken. Ik stuurde mijn uitgeverij, waarvan ik niet zal zeggen welke dat is, omdat het Atlas-Contact is, een voorstel hiertoe.

Die uitgever van mij, die boft maar met mij, dacht ik nog,  maar ik echter niet met hen, want na drie maanden kreeg ik dit mailtje terug van Atlas: ” Eindelijk een antwoord, maar geen positief antwoord ben ik bang. We hebben naar je manuscript gekeken, en hoewel we de insteek leuk vinden, hebben we toch het gevoel dat het commercieel voor ons helaas niet haalbaar is“.

Wat? Niet commercieel haalbaar? Wat is dat voor een onzin. Sinds wanneer is dat een reden om wel of niet een boek uit te geven. Maar enfin,  voor u is dit eigenlijk allemaal goed nieuws, want ik heb besloten om de herschreven stukken en al die nieuw geschreven stukken op mijn site te zetten, waar u ze dus gratis en voor niets – oké, dat is dubbelop – kan lezen. Vraag niet hoe het kan, maar profiteer er van.

De komende tijd zal ik ze er op zetten. De eerste twee staan er inmiddels al.

  • Voor de algemene toelichting: zie hier.
  • Voor de Inleiding: zie hier

 

 

Komma’s

Ik ben even druk bezig met van alles en nog wat en daarom niet zo actief hier. Maar om het contact met mijn zeer gewaardeerde lezers niet te verliezen, hierbij even een tweet die ik op Twitter zag.

0 komma

Ik moest hier heel hard om lachen.

Nieuws over de Titanic

In 2012  verscheen er een boek van mij over de Titanic. Dat was toevallig 100 jaar na het zinken van die boot, nou ja toevallig was dat natuurlijk niet.

1 atlas 000

Sindsdien geld ik in medialand, na het overlijden in 2011 van Edward P. de Groot, de vorige deskundige op het gebied van de Titanic,  als dè deskundige op het gebied van de Titanic in Nederland. Moet je een expert hebben voor duiding van nieuws overde Titanic, bel Martin van Neck! Zo heb ik al eens mijn deskundige mening op de radio gegeven over een menukaart van de Titanic, althans over de veiling van een exemplaar daarvan.

Ook ben ik een keer gevraagd om iets te vertellen over een Japans project om een Titanic 2 te bouwen. Het was BNR die dat laatste vroeg en dat heb ik dus mooi niet gedaan.  Lees hier voor de achtergrond van die weigering.

Oké, ik ben dus de expert op het gebied van de Titanic in Nederland, maar soms word zelfs ik verrast door nieuws over de boot. Zo las ik namelijk  van de week dat de ijsberg van de Titanic voor nog drie extra slachtoffers heeft gezorgd, 109 jaar nadat de boot de ijsberg raakte! Geen idee hoe dat kon, dus ik heb er even op gegoogled.

Het bleek echter niet om de originele ijsberg van de Titanic te gaan maar om een nep-ijsberg in een Titanic-museum in Pigeon Forge, Tennessee, Amerika . Daar brak een deel van de ijsmuur af en verwondde drie mensen.

0 titanic

Zie hieronder een nieuwsrapportage op YouTube over het gebeuren.

0 titanic 2(Op de afbeelding klikken om naar het filmpje op YouTube te gaan.)

Tot zover uw Titanic-expert voor wie dit natuurlijk geen nieuws was, je bent expert of niet.

Een boek zoeken

Op de site van libris.nl kan je online zoeken of een bepaald boek ergens in Nederland in een boekhandel op voorraad is (of dat je het bij een boekhandel kan bestellen). Ik heb het weer eens uitgeprobeerd met mijn boeken. Allereerst met ‘de Titanic’.

0000000000 00000000 boek ti

(Als u denkt, dit plaatje heb ik al eens eerder op dit blog gezien, dat klopt, herhaling is de kracht van de reclame.)

Zie hier het zoekresultaat van mijn boek over de Titanic.

0000000000 00000000 boek

Oké, misschien iets te ver uitgezoomd. Wat meer inzoomen levert dit op.

0000000000 00000000 de titanic

Alleen maar oranje. Nergens op voorraad dus, maar wel is het bij elke boekhandel bestelbaar. Dat is op zich ook wel logisch, want het is ‘print on demand’, dat wil zeggen als u het bij een boekhandel bestelt, dan wordt het daarna speciaal voor u bij het Centrale Boekenhuis gedrukt. U heeft daarmee gelijk ook een unieke druk met een oplage van N = 1, dus vraag niet hoe het kan maar profiteer er van.

Mijn ander boeken zijn op ‘Heel het land is van Streek’ na, dat nog steeds als Ebook (met watermerk) te downloaden is, niet meer ‘nieuw’ verkrijgbaar. Zie hier de EBook-versie van ‘Heel het land is van streek’, misschien is het een idee voor vaderdag (oh, was dat gisteren?)

0000000000 00000000 boek marti

Volgens de site zit op het Ebook ‘een watermerk’. Als u, net zoals ik, geen idee heeft wat dat watermerk inhoudt, citeer ik even de site van Libris:  “Een EPUB of PDF met watermerk is een verzameling onopvallende kenmerken die aan een ebook toegevoegd worden. Dit voorkomt kopiëren voor eigen gebruik niet, maar in het geval van grootschalige verspreiding is het altijd mogelijk om de bron te traceren.’  Ik vermoed dat ik niet zo bang hoef te zijn voor een ‘grootschalige verspreiding’. 

Mijn andere boeken zijn al lang uit de handel en nergens meer verkrijgbaar. Hoewel, dat is niet waar. Eén boekhandel, het Colofon in Arnhem heeft nog steeds een exemplaar van ‘Een kleine geschiedenis van het voetballen’ op voorraad.

0000000000 00000000 de voetbal

Ziet u het groene vlaggetje in Arnhem?  Het boek is al tien jaar uit de handel, maar nog steeds houdt ‘het Colofon’ als enige deze winkeldochter op voorraad. Oké, het is wel een tweedehands exemplaar maar de conditie van het boek is  ‘goed’. Dat is alvast beter dan mijn eigen conditie.

 

Nationale gedichtendag

Het is vandaag nationale gedichtendag. Nou denkt u, daar doet zo’n cultuurbarbaar natuurlijk niet aan mee, maar dan hebt u dat mooi mis. Sterker nog, gisteren plaatste ik op twitter al een klein gedichtje. Ik was mijn tijd weer ver vooruit, oké één dagje maar.

00000000 aaaa00003

Dit gedicht was uiteraard geïnspireerd op het gedicht ‘Heninnering aan Holland van Hendrik Marsman.

00000000 aaaa0000

Over Marsman heb ik hier wel eens uitgebreid geschreven (over de dichter; niet over een marsman uit mijn serie over de planeet Mars. )

Maar goed,  in het kader van nationale gedichtendag hier nog een gedicht. Deze is van M. Vaselis en stamt uit 1940. Hij (het gedicht; de dichter is een zij) gaat over een bustocht over de Afsluitdijk. Ik vind het wel een mooi gedicht.

00000000 aaaa00001

Ik heb het overigens even voor u nagezocht. De Afsluitdijk zelf is gedicht (door een graafmachine; niet door een dichter) in 1932. Om precies te zijn: op 28 mei 1932 werd om twee minuten over één ‘s middags het laatste gat van de Afsluitdijk gedicht.

00000000 aaaa00002

 

Hard Gras

In de komende ‘Hard Gras, voetbaltijdschrift voor lezers’, staat een verhaal van mij. Het is voor de elfde keer dat er een verhaal van mij in Hard Gras is opgenomen. Ik vind dat een hele eer. Het elftal is nu compleet. De eerste twee keer (in 2000 en in 2002) was dat in de rubriek ‘Lezerspost, vanaf 2010 als ‘echte schrijver’.

000000 0 hard gras

Nu is het zo dat in elke Hard Gras van alle schrijvers – ‘Aan dit nummer werkten mee’ – een kort portret staat. Deze portretjes worden geschreven door Henk Spaan, die samen met Hugo Borst en Matthijs van Nieuwkerk de redactie van Hard Gras vormt. Ze zijn ook de oprichters van het tijdschrift.

In het begin kreeg ik daarvoor nog een mailtje van Henk Spaan, waarin hij vroeg of er nog iets interessants te melden viel over mijn voetbal- of schrijverscarrière. Ik schreef dan bijvoorbeeld terug dat ik er nog niet in geslaagd was om mijn persoonlijk record balletje hooghouden van 372 keer te verbeteren of iets over Go Ahead waar ik een fan van ben en met wat voor schrijversactiviteiten ik me bezig hield.  Maar de laatste paar keer krijg ik deze vraag niet meer. Henk heeft blijkbaar aan een blik op mijn ‘sociale media’ al genoeg om een miniportretje te schrijven.  Zie hier een overzicht van de miniportretten vanaf 2011. Ze zijn wel confronterend voor mij, want ik zie mij telkens ouder worden.

2010: Hard Gras 76; een verhaal over het koffertje van Béla Guttman.

Martin van Neck (55): verzamelt zinloze feiten, bijvoorbeeld dat zich op de Titanic tijdens het zinken geen Nederlandse voetbalinternationals bevonden. Kweekt momenteel een boom van enorme afmetingen die eeuwenlang oud moet worden: de sequoia gigantea. Schrijft voor uitgeverij Atlas een boek over de eerste vier jaar van de boom.’

2012: Hard Gras 87; een verhaal over de strafzaak Cruijff.

‘Martin van Neck (57); als iemand Martin van Neck ooit nog ‘goeroe van zinloze feiten’ noemt, gaan we gillen. Nog één zinloos feitje dan: Bill Shankly, de manager van Liverpool in de jaren zestig, weigerde eens de Beatles kaarten voor de Cupfinal te geven. ‘Normaliter zie ik jullie nooit op De Kop. En ga eens naar de kapper man, je lijkt wel een meisje zo,’ tegen Ringo Starr.

2014: Hard Gras 99; een boekbespreking van het boek 75 jaar KNVB uit 1964.

Martin van Neck (59); was ooit voorzitter van de Vereniging voor Interessante edoch Nutteloze onderzoeken (VIENO). De vereniging telde twee leden: de voorzitter en zijn vrouw, hoewel zij dat niet wist. Martin is als inwoner van Leidschendam nog altijd supporter van het Go Ahead van zijn jeugd. Ooit werd hij op de jongenstribune bijna geraakt door een mislukt schot van Johan Cruijff, Dat bepaalt een leven.’

2015; Hard Gras 104; Een verhaal over Barry Hughes, mijn vader en het jeugdhuis van Go Ahead.

Martin van Neck (60): voor wie het was vergeten, Martin van Neck is die man die een boek over de Titanic heeft geschreven. Spoiler Alert! De Titanic was een film over een schip dat verging. Martin werkte lang voor de PTT, zoals Nico Dijkshoorn lang in een bibliotheek heeft gewerkt.’

2016; Hard Gras 110; Een verhaal over een speler van Go Ahead die in 1927 op het veld tijdens een wedstrijd werd gearresteerd.

Martin van Neck (61): bekend van het legendarische boek over de ondergang van de Titanic waarbij meer mensen omkwamen dan er exemplaren van het boek zijn verkocht. Al zijn volgende boekplannen worden dan ook consequent afgewezen. Zo liepen we een boek mis over het kweken van de sequoia gigantea, de boom die tweeduizend jaar oud wordt. Wie geïnteresseerd is in nutteloze feiten verwijzen we graag naar zijn website: www.martinvanneck.nl’

2017: Hard Gras112; Een verhaal over het voetballen in het Vaticaan.

Martin van Neck (61): Martin beschikt sinds kort over een Twitter-account. Zijn tweets verstuurt hij in het Engels omdat je anders nooit aan de één miljoen volgers komt. Hij is een maand geleden met zes volgers begonnen. Nu heeft hij er nog vier. Hoe dat komt weet hij niet. ‘Aan mijn tweets kan het niet liggen.’ Intussen probeert hij bij wijze van troost zijn in 1967 gevestigde record balletje hooghouden (372) te verbeteren.’

2017: Hard Gras 116;  Een verhaal over Alfred Stubbins, de enige voetballer die op de hoes van de Beatles-LP ‘Sgt. Pepper’s Lonely Hearts Club Band ‘staat afgebeeld.

Marin van Neck (62): Martin acht de kans dat hij ooit zijn jeugddroom zal vervullen en in het eerste van Go Ahead komt te spelen steeds groter. Niet omdat hij beter gaat voetballen maar omdat Go Ahead steeds slechter wordt. Hij hoeft alleen maar zijn conditie op peil te houden want vandaag of morgen komt onherroepelijk dat telefoontje van Leon Vlemmings. ‘Als hij voor die tijd niet ontslagen wordt ten minste’. 

2019: Hard Gras 128: Een verhaal over Ken Aston, de man die de gele en rode kaarten bedacht.

Martin van Neck (64): reist graag met zijn vrouw door de VS. Hij noemt dat een hobby. Een andere hobby is zijn speurtocht naar een schilderij dat Martin het ‘Tweede Straatje van Vermeer’ noemt. Het is al zoek sinds 1696 toen Vermeer het verkocht voor 200 gulden. In welke fase van het onderzoek zitten we nu? ‘In de eerste fase’ zegt Martin.’ 

En nu dus 2021: Hard Gras 136: Een verhaal over de wedstrijden die Puskás in Nederland speelde.

00000000 hard gras0000

65 al!” whatsappte mijn jongste dochter toen ik haar dit tekstplaatje toestuurde.

 

 

 

 

 

Het vakblad Bomen

De KPB – wie kent ze niet – is de Kring voor Praktiserende Boomverzorgers.

De KPB is een kennisvereniging en ontmoetingsplaats én de grootste vereniging voor iedereen die -al dan niet professioneel- bezig is met het onderwerp bomen. Dit kan vanuit interesse, studie of werk zijn. De Kring Praktiserende Boomverzorgers (KPB) is opgericht in 1982 en vierde in 2017 alweer haar 35 jarig bestaan. De teller voor de ledenaantallen staat momenteel op ruim 900. Het voornaamste doel van de KPB is het bevorderen en uitwisselen van praktische en theoretische kennis.”, aldus hun site.

Ik ben er geen lid van maar iemand van de vereniging had op mijn site gezien dat ik een “deskundige”  – zelf vind ik dat wel een erg groot woord  – ben op het gebied van de sequoia gigantea en had mij gevraagd of ik voor hun vakblad een artikel wilde schrijven over de boomsoort.

Nu draag ik de natuur een goed hart toe en dat heb ik dan ook met plezier gedaan. Het is een tamelijk groot artikel geworden, maar ja, het zijn dan ook grote bomen.

Zie hier hun blad.

Bomen voorpagina nummer 53

En zie hier de eerste pagina van het verhaal. (Uw auteur staat hier in al zijn nietigheid naast een aantal van de bomen.)

Bomen pag 1

Wie het hele verhaal wil lezen, zie deze pagina van mijn site.

Verkeerd geciteerd

Simeon Strunsky, een Amerikaans journalist van de New York Times, 1879-1948, zei ooit eens: “Beroemde gezegden worden zeer zelden juist geciteerd.” (Hij heeft dit echt gezegd; zoek het maar op.) Een voorbeeldje daarvan was gisteren te zien in Buitenhof, het praatprogramma dat op zondag tussen de middag wordt uitgezonden.

Te gast was onder andere Neelie Kroes die tijdens het interview Albert Einstein citeerde: “als je een probleem probeert op te lossen met hetzelfde denken, dat slaagt niet.” sprak zeDaarop antwoordde Twan Huys: “Hij zei het nog iets preciezer, hij Einstein zei, als ik u mag corrigeren. Je kunt een probleem niet oplossen met de mensen die het veroorzaakt hebben.”

0000 buitenhofHet fragment is hier te zien vanaf minuut 11.03

Dat is heel wat anders, maar helaas voor Twan Huys, hij zat fout. Neelie Kroes had gelijk. De quote van Albert Einstein zoals die het vaakst opduikt luidt: “We cannot solve our problems with the same thinking we used when we created them.”.

0000 einstein

Nu zijn er twijfels of Einstein dit daadwerkelijk zo heeft gezegd. Citaten op internet kloppen namelijk lang niet altijd. Abraham Lincoln waarschuwde hier al in 1861 voor.

0000 lincoln

Waarschijnlijk heeft Einstein zijn ‘probleem’- citaat nooit zo gezegd. De Amerikaanse Alice Calaprice, die in 2005 een boek samenstelde met citaten van Einstein, kon er namelijk nergens een bron voor vinden. Volgens haar is het citaat een parafase van iets dat Einstein zei in een interview met de New York Times, zoals dat op 25 mei 1946 in de krant verscheen en dat ging over de gevaren van de atoombom. Hierin zei Einstein: “A new type of thinking is essential if mankind is to survive and move toward higher levels.”

In een artikel van 23 juni 1946 kwam Einstein terug op die uitspraak. Hij zei toen: “Many persons have inquired concerning a recent message of mine that “a new type of thinking is essential if mankind is to survive and move to higher levels.” […] Today the atomic bomb has altered profoundly the nature of the world as we knew it, and the human race consequently finds itself in a new habitat to which it must adapt its thinking. [… ] Past thinking and methods did not prevent world wars. Future thinking must prevent wars.”.)

Deze laatste uitspraak zou ‘vertaald’ zijn in: “We cannot solve our problems with the same thinking we used when we created them.”.

Enfin, los van de vraag of Einstein het nu wel of niet heeft gezegd, Neelie Kroes zat goed en Twan Huys fout. Nu heeft Twan Huys er een handje van om citaten onjuist te citeren.

Er zijn woorden die onjuist lijken en toch juist zijn, en er zijn woorden die juist lijken en toch onjuist zijn.” – Lü Poe Wei; Chinees handelaar en politicus ;-291- -235

Ik heb even voor u een aantal fout geciteerde citaten van Twan Huys op een rijtje gezet. Zie hier telkens het origineel en wat Twan er van maakte.

Twijfel is het begin van wijsheid – Aristoteles
Twijfel is het einde van wijsheid – Twan Huys

Dat wat mij niet doodt, maakt mij sterker. – Friedrich Nietzsche
Dat wat mij doodt, maakt mij niet sterker. – Twan Huys

Hoe wilt u de dood begrijpen? U begrijpt het leven nog niet eens. – Confucius
Hoe wilt u het leven begrijpen? U begrijpt de dood nog niet eens. – Twan Huys

Argumenten moet men wegen, niet tellen. – Cicero
Argumenten moet men tellen, niet wegen. – Twan Huys

Elk nadeel heb z’n voordeel. – Johan Cruijff
Elk doelpunt heb z’n voorzet. – Twan Huys

De zon heeft nooit één schaduw gezien. – Leonardo da Vinci
De zon werpt zijn schaduw vooruit. – Twan Huys

Veni, vidi, vici – Julius Caesar
V&D, weg, foetsie – Twan Huys

Want tussen droom en daad staan wetten in de weg en praktische bezwaren – Willem Elsschot
Want tussen droom en daad staan wekkers in de weg en praktische bezwaren – Twan Huys

Logica brengt je van A naar B. Verbeelding brengt je overal. – Albert Einstein
Logica brengt je van A naar B. De NS brengt je overal. – Twan Huys

Tot slot, dat Twan Huys gezegd zou hebben dat Martin van Neck waardeloze onware blogposts schrijft, is beslist niet waar. Dat heeft Twan Huys nooit gezegd. Echt waar.

 

Kwaliteit zeer goed.

Heel af en toe kijk ik op Google om te zien hoe het met me gaat. Althans, ik google dan even op mijn eigen naam om te kijken of er nog iets over één van mijn schrijfsels is geschreven. Soms gebeurt het echter wel eens dat mijn naam op duikt op een plaats die ik niet verwacht. Wist u bijvoorbeeld dat ik in de IMDb voorkom. De IMDb staat voor de Internet Movie Data Base.

De Internet Movie Database (of kortweg IMDb) is een online databank met films, televisieseries, acteurs en videogames. De website biedt uitgebreide informatie over films, zoals de bijbehorende cast en crew’, aldus de Wikipedia. Zie hier wat de IMDb over mij weet te vermelden:

imbd

Volgen de IMBd ben ik bekend van Pauw & Witteman en speelde ik in 2012 in die tv-serie mijzelf als auteur van De Titanic. Klopt als een bus. Had u niet gedacht hè, dat ik voorkom in een Movie Data Base. Heel erg goed gaat het overigens zo te zien niet met mijn carrière, want ze houden blijkbaar ook een soort ranking (gebaseerd op aantal optredens?) bij. Helaas, ik ben deze week op hun STARmeter liefst 2,5 miljoen plaatsen gezakt. Ai, dat is niet best!

Vandaag zag ik mijn naam terug komen op een veel logischer plek , namelijk op een boekensite en wel op de site van Sportboek.nl. Ze hadden opeens mijn allereerste boek uit 2004 ‘De Oranje  Rapporten in de aanbieding. Hoewel, toch niet echt, het was uitverkocht.

1 de ornaje rappoeten

Dat was wel te verwachten. Het boek is al 15 jaar niet meer verkrijgbaar. Van de eerste (en enige druk) zijn er zo’n 1250 exemplaren verkocht. De overige niet verkochte exemplaren (dat waren er ook zo’n 1250) belandden in 2005 bij de Slegte in de ramsj. Ooit zag ik bij de Slegte in Den Haag een tweedehands-exemplaar te koop staan, waarvoor De Slegte meer vroeg dan voor de nieuwe exemplaren die elders in de zaak lagen. Blijkbaar vond de Slegte een gelezen exemplaar een zeldzaamheid en dus waardevoller dan een ongelezen exemplaar.

Enfin, wat ik niet wist, was dat Sportboek. nl de boeken ook inhoudelijk recenseert. Mijn boek vonden ze kwalitatief gezien ‘zeer goed.’

1 de ornaje rappoeten 2

Ook al was de recensie kort, toch leuk om een positieve recensie te lezen.

De Lira

De Stichting Literaire Rechten Auteur – afgekort Lira –  is de auteursrechtenorganisatie voor schrijvers. ‘We zijn er voor schrijvers in de breedste zin van het woord: boekenschrijvers en dichters, vertalers, journalisten, scenarioschrijvers, ondertitelaars, recensenten en nog veel meer…‘, adus de Lira op hun site.

Ik denk dat ik bij de LIRA wordt meegeteld in de cateforie ‘schrijver’ – al is het wel zo dat mijn laatste boek (De Titanic) al weer uit 2012 stamt. Dit boek is samen mijn andere non-fictie boeken de reden dat ik elk jaar een mailtje van de Lira krijg. De Lira int namelijk voor de auteurs de leenrechten voor de boeken die bibliotheken uitlenen. Elke keer als u een boek van mij uit de bibliotheek leent, ontvang ik ongeveer 13 cent. Dit als compensatie voor gemiste verkopen – ik heb heel veel gemiste verkopen – , immers doordat u mijn boek leent, koopt u het waarschijnlijk niet meer.

Dit  jaar bleek mijn leenopbrengst met zo’n  20% gedaald te zijn. Maakte de Lira in 2019 nog  zo’n 12 euro over, dit jaar bleef ik steken op iets meer dan een tientje. Het zijn zware tijden. Dat tientje had ik te danken aan de Titanic.

titanic boek

Werd vorig jaar het boek nog 102 keer uitgeleend, dit jaar maar 78 keer. Dat wil zeggen 1,5 keer per week – één heel exemplaar en een half exemplaar dus.  Daarnaast was ‘Het Nutteloze Kennisparadijs’ in 2020, net zoals in 2019 in totaal wel geteld één keer uitgeleend. (Trump zou een hertelling eisen, maar ik heb alle vertrouwen in de Lira.)

nutteloze boek

Ik vermoed dat er in Nederland nog ergens één bibliotheek is die het Het Nutteloze Kennisparadijs’ op de plank heeft staan en dat daar een boekenliefhebber werkt, die alle “weesboeken’ die niet uitgeleend worden één keer per jaar zelf leent.

Ik ben benieuwd of het boek volgend jaar weer één keer wordt uitgeleend. In ieder geval, zodra het geld van de Lira binnenkomt, nemen we het er van.