De kapper

Vandaag wil ik het hebben over de kapper. De kapper? Jazeker, over de kapper. Mijn oudste herinnering aan een kapper is de vogeltjeskapper uit mijn jeugd in Apeldoorn. Hij was de buurtkapper waar ik heen ging toen ik nog op de lagere school zat. De vogeltjeskapper werd zo genoemd, omdat hij een kooi met vogeltjes in zijn zaak had staan. Hij had beter de bloempotkapper genoemd kunnen worden, want dat was ongeveer het enige model dat hij kon knippen.

In het begin vergezelde mijn moeder mij nog, later niet meer. De allereerste keer dat ik van mijn moeder helemaal alleen naar de kapper mocht, vroeg de vogeltjeskapper hoe het geknipt moest worden. “Er hoeft niet al te veel af” zei ik. “Dat is vreemd” zei de kapper, “Toen je moeder straks belde, zei ze heel wat anders.”

In het begin van mijn middelbare schooltijd ging ik in Diepenveen naar de plaatselijke dorpskapper. De kapper had een leestafel. Daarop lagen allerlei tijdschriften uit een leesportefeuille waar de kapper een abonnement op had. In die leesmap zat ook ‘De Lach’, een blad waarin behalve verhalen en moppen ook ondeugende foto’s van deels ontklede dames stonden. Veel meer dan een blote borst zag je niet, maar voor een jongetje van een jaar of twaalf, dertien was dat natuurlijk reuze spannend.

de lach

De Lach van september 1967. Miss Scheveningen ‘67 zal nu ongeveer zeventig jaar oud zijn vermoed ik.

Het was niet de bedoeling dat jongens van mijn leeftijd ‘De Lach’ lazen. De kunst was daarom om tegelijkertijd de Panorama en De Lach van de leestafel te pakken en dan deze laatste vlug in de Panorama te stoppen. Vervolgens deed je dan net alsof je de Panorama las, maar bladerde je ondertussen in De Lach. Je moest er wel zorgen dat je niet door de kapper werd betrapt – ik had altijd het idee dat hij via de spiegel mij in de gaten zat te houden – want anders kreeg je een snauw en dreigde hij het tegen je vader te zeggen. Als het wel was gelukt, dan ging je later uitgebreid met je vriendjes bespreken wat je gezien had.

Tijdens mijn studententijd had ik redelijk lang haar. Net zoals nu zei ik toen altijd tegen de kapper: “Tot aan de rand van mijn oren”. Alleen bedoel ik er nu mee dat de oren helemaal vrij mogen blijven en toen dat de oren helemaal bedekt moesten blijven.

000000000 kapper

Ik in mijn studententijd. Links ben ik zo te zien net naar de kapper geweest; rechts was het tijd om naar de kapper te gaan..

 Ik had overigens geen voorkeur voor een bepaalde kapper. Dit in tegenstelling tot een jongen op onze studentenflat. Die was helemaal hotel de botel van een bepaalde kapster. Op een dag had hij al zijn moed verzameld en toen ze vroeg hoe hij het geknipt wilde hebben, zei hij: “Knip het maar zodanig dat je met me uit wilt.” Ze keek hem aan en zei toen: “Ik hou van kale mannen.” Dat werd dus helemaal niks.

Onlangs was ik weer bij de kapper. Nadat ik uitgelegd had hoe ik het wilde hebben, vroeg de kapster: “Hoe moet ik knippen?” Enigszins verbaasd antwoordde ik “Ik had gehoopt dat je dat al wist.” Maar ze bedoelde er mee of ze het haar achter met een schaar of met een tondeuse moest doen. Dat zijn altijd vragen waar ik nooit een antwoord op weet. Ik zei dat ze maar moest doen wat het beste resultaat gaf. Ze gebruikte zowel een schaar als een tondeuse. Toen ze het resultaat in een spiegel liet zien, zag ik dat er op mijn achterhoofd steeds minder te knippen valt. Ik word oud.