Aleppo, vind ik leuk

Begin september werd aan Gary Johnson, de kandidaat van de Libertijnse partij voor het Amerikaanse presidentschap, de vraag gesteld “What would you do if you were elected about Aleppo?”. Hij antwoordde: “What is Aleppo?” Laten we het zo zeggen, dit antwoord verhoogde niet zijn kansen op het presidentschap.

Aleppo, de stad ligt in het noordwesten van Syrië niet zo ver van de Turkse grens, is één van de bakermaten van de beschaving. Dat klinkt nu een beetje raar, maar al 5000 jaar voor Christus woonden hier al mensen. Voordat de burgeroorlog in Syrië uitbrak telde de stad ruim 2,1 miljoen inwoners. Het was daarmee de grootste stad van Syrië – Damascus, de hoofdstad, telde op dat moment zo’n 1,7 miljoen inwoners.

00-alepp0-2De oude binnenstad van Aleppo op 19 november 2011; acht maanden later bereikte de burgeroorlog ook Aleppo; foto Craig Jenkins; Flickr

Momenteel wonen er in het westelijke, door de regering gecontroleerde, gedeelte nog iets minder dan 1 miljoen mensen, in het oostelijke deel dat wordt beheerst door de opstandelingen wonen nog zo’n 250.000 mensen, waarvan naar schatting 100.000 kinderen. De rest is de stad en veelal ook het land ontvlucht of gedood. Het precieze aantal doden in Aleppo is niet bekend maar moet inmiddels in de tienduizenden lopen, veelal burgers. Vooral sinds het najaar van 2015 toen Rusland begon met het bombarderen van Aleppo is het aantal slachtoffers flink opgelopen, waaronder veel kinderen – wat niet zo verwonderlijk is omdat 40% van de bewoners kind is. Alle ziekenhuizen in oost-Aleppo zijn al één of meerdere keren gebombardeerd met steeds zwaardere bommen.

Je vraagt wel eens af hoe overleef je in al dit geweld? In de Washington Post van 21 oktober 2016 vertelt een zekere Omair Shaaban daarover.  (In de Metro van 22 oktober kan je een Nederlandse versie van het verhaal vinden.)

Als ik beelden van de puinhopen van het oostelijke gedeelte van de stad zie, dan ben ik altijd verbaasd dat er nog nieuws uit de stad komt. Je zou zeggen dat het internet en het mobiele netwerk er al lang uit liggen, maar er zijn nog altijd mensen die vanuit het oostelijk gedeelte van de stad via Twitter of Facebook verslag doen van de gruwelijkheden. Eén van hen was een zekere Ziad Jammoul die op Facebook via het collectief ‘Instant Reporting Team’ verslag deed. Afgelopen weekend kwam hij echter volgens een artikel in het NRC om het leven.

Ziads zwager was gewond geraakt bij een bombardement”, zegt een vriend in het Turkse Gaziantep […] Ziad was samen met zijn moeder op weg om te helpen toen ze beiden gedood werden door een tweede luchtaanval

Volgens het artikel was Ziad Jammoul vorig jaar getrouwd en was hij onlangs vader geworden. “Zijn vrienden omschrijven Jammoul als een van de vreedzame activisten die in 2011 betrokken waren bij de eerste betogingen tegen president Assad. […] „Ziad was iemand die geloofde in een vrij Syrië en dat alle Syrische levens van belang zijn. Hij zei altijd: ‘Dit is niet voor ons maar voor onze kinderen en voor alle Syriërs’. Hij rapporteerde de luchtaanvallen van Assad maar hij was ook kritisch over de oppositiegroepen en hun misstappen.

Zijn op een na laatste bericht op Facebook luidde: “U bent het nieuws uit Aleppo beu? Ik kan het u niet kwalijk nemen. Wij zijn het ook beu. We zijn uw gebrek aan menselijkheid beu.” 

Ik heb eens rond gekeken op zijn Facebook-pagina.

00-alepp0-3

Je ziet foto’s van hem, onder andere op een motor, ongetwijfeld van vroeger. Ook zie je  een foto van Cristiano Ronaldo op zijn pagina. Waarschijnlijk was hij fan van hem. Zijn berichten gaan veelal over de oorlog, vaak vergezeld van foto’s van slachtoffers van de bombardementen. Volgens zijn Facebook-pagina kan je hem nog steeds een vriendschapsverzoek sturen. Hij zal het echter niet meer beantwoorden. Negenentwintig jaar oud is hij geworden.

Tot slot dit: als iemand een berichtje op Facebook plaats, dan kan je door middel van de knop “leuk’  aangeven of je het plaatsen van het bericht waardeert. Vroeger kon je alleen maar een vrolijke smiley onder het bericht plaatsen maar tegenwoordig ook een verblufte, verdrietige, blije of boze smiley.

De meest gebruikte smiley is echter nog steeds het duimpje omhoog  ‘Vind ik leuk’. Dat zie je dus dan ook 89 keer bij zijn bericht met de foto van het bebloede kindje (zie de afbeelding boven; het bericht was zijn allerlaatste bericht op Facebook;) 39 keer werd gekozen voor een ‘verdrietige’ smiley  en twee keer voor een ‘boze’ smiley. Dat  twee op de drie mensen bij de foto van het bebloede meisje toch kiezen voor de smiley met het duimpje omhoog (‘leuk’)  laat zien dat het gebruik van de andere smileys nog niet helemaal is ingeburgerd.