Vogels tellen (3)

Dit weekend hebben we wederom meegedaan met de nationale tuinvogeltelling. Je telde gedurende een halfuurtje hoeveel verschillend soorten vogels je in je tuin zag. Per vogelsoort gaf je het hoogste aantal op dat je tegelijkertijd in je tuin zag.

Er deden meer dan 62.000 mensen mee. De vogel die landelijk het vaakst werd gezien was de huismus gevolgd door de koolmees.

0000 telling landelijk

In onze gemeente moest de huismus genoegen nemen met een bescheiden zesde plaats, welke positie hij ook nog eens moest delen met de halsbandparkiet, een exoot die hier eigenlijk helemaal niet thuis hoort. (Laat die rare vogel van de PVV dat maar niet zien)

0000 telling gemeente

In onze eigen top 10 stonden de koolmees en het roodborstje samen op een gedeelde eerste plaats. Van beide soorten zagen we één exemplaar, een bedroevend resultaat. Even waren we bang dat we het zelfs met alleen één koolmeesje moesten doen, maar op het laatste moment vloog er nog een roodborstje de tuin in, die ik er overigens sterk van verdacht dat hij zoveel mogelijk tuinen afvloog om maar overal geteld te worden.

Bij ons thuis is sprake van een zorgelijke dalende trend. In 2016 (zie hier) telden we nog 5 koolmezen, 5 Vlaamse gaaien, 1 ekster en 1 pimpelmees. In 2017  (zie hier) 2 koolmezen, 1 pimpelmeesje en 1 roodborstje, en nu (in 2018 dus) slechts 1 koolmeesje en 1 roodborstje.

Jammer was dat de vogeltelling niet op vrijdag werd gehouden. Toen zag ik opeens dit beest in onze boom zitten.

000 uil

Maar gisteren was de vogel gevlogen.