Ronde getallen

Dit is de vijftigste blogpost.

50

Vijftig is een rond getal. Net zoals honderd of nul (al vinden sommige mensen dat laatste getal helemaal niets). Mensen hebben iets met ronde getallen, winkeliers – ok, dat zijn ook mensen – niet. Iets kost nooit 2 euro maar altijd 1,99 euro. Ook bij grote bedragen zie je dat: een auto kost 9.990 euro in plaats van 10.000 euro. Alsof dat tientje zou uitmaken. Maar het is de psychologische grens, een tientje meer en het artikel lijkt opeens veel duurder. Bij heel luxe statusobjecten zie je het echter wel eens andersom. Dan ligt de verkoopprijs juist net boven zo’n grens. Een Ferrari kost dan 301.000 euro en geen 299.000 euro.

De psychologie van de ronde getallen speelt vooral in de beurswereld een grote rol. “Ook vandaag kon de AEX-index de grens van 500 punten niet doorbreken”. Blijkbaar tellen 499 en 501 niet als grens. Ronde getallen vormen ook vaak een soort “weerstandspunt” voor indices en aandelenkoersen. De koers van het aandeel “heeft dan moeite” om boven dat getal uit te komen. Maar is het eenmaal gelukt, dan geldt het andersom. Het ronde getal geldt dan opeens als een ‘steunpunt’ voor de koers. “Het aandeel Floppie zakte even door de grens van 100 euro maar sloot daar weer net boven”.

Dat dit psychologisch effect van ronde getallen in de effectenwereld inderdaad bestaat, viel goed te zien toen in januari 1999, vooruitlopend op de invoering van de euro twee jaar later, de koersen van aandelen alvast ook in euro’s werden weergegeven. Het effect – met dit woord wordt hier het woord ’gevolg’ bedoeld; niet het aandeel zelf – was dat er ”nieuwe ronde aandelenkoersen” ontstonden. Was eerst 100 gulden een weerstandspunt na de invoering van de euro werd dat 50 euro. Een koers van 45,39 euro (het oude 100 gulden bedrag) was van de ene op de andere dag geen psychologische drempel meer.

Een ander psychologisch effect van ronde getallen is dat mensen een rond getal als uitkomst van een berekening of een telling wantrouwen. Zo verklaarde bij de laatste verkiezingen in Afghanistan een kandidaat van de oppositie dat er beslist was gefraudeerd. In zijn regio had de kandidaat van de regering exact 1000 stemmen. Dat moest fraude zijn vond hij. Zo’n rond getal kon niet. Ongetwijfeld was er fraude geweest, maar een uitkomst van precies 1000 kan nu eenmaal gebeuren.

Hoewel, ik kan wel met hem meevoelen. Ik heb het zelf ook een keer gehad. Ik moest voor mijn werk een kostprijs van een bepaald product uitrekenen en toevallig kwam er exact 1000 euro uit, geen euro meer en geen euro minder. Dat kan natuurlijk, waarom zou het niet precies 1000 euro zijn? Toch vond ik deze uitkomst niet fijn. Mensen zouden kunnen denken dat ik maar wat gokte en de kostprijs niet goed kon onderbouwen. Ik veranderde daarom één variabele een heel klein beetje en toen had ik een kostprijs van 1002 euro. Mooi, zo’n uitkomst kon ik veel beter ‘verkopen’.

Ai! Ik zie opeens dat dit niet de vijftigste blogpost is maar de negenenveertigste.

50,1

Oeps, verkeerd geteld, maar aan de andere kant gelukkig maar. Geen mens zou geloven dat het toeval is dat uitgerekend de vijftigste blogpost over ronde getallen gaat. Maar dit is dus de negenenveertigste en dat die toevallig over ronde getallen gaat, tja dat kan gebeuren.