Hij die het niet verdient om hier genoemd te worden.

Ik moet iets bekennen. Ik heb me vroeger een keer schuldig gemaakt aan seksueel grensoverschrijdend gedrag. Het spijt me. Ik heb ooit iets geroepen naar een vrouw wat ik niet had moeten doen. Hoewel vrouw, het was nog maar een meisje van een jaar of veertien. Ik weet het, zo klinkt het nog erger. Ter verdediging, ik was zelf nog maar dertien jaar oud.

Het was in de zomer van 1968, een warme augustusdag. De scholen waren na de zomervakantie net weer open. Ik fietste met ‘hij die het niet verdient om hier genoemd te worden.’ – waarom hij zo heet wordt straks duidelijk –  door de stad, hoewel stad, het was Deventer. Zo’n vijftig meter voor ons uit fietsten een meisje van een jaar of veertien en een oudere vrouw, vermoedelijk haar moeder.

Opeens zei ‘hij die het niet verdient om hier genoemd te worden’: “Durf jij ‘dag schatje’ naar dat meisje te roepen?” Ik keek hem verbaasd aan.

Dat durf je niet hè” zei ‘hij die het niet verdient om hier genoemd te worden’. “Tuurlijk wel”  antwoordde ik. “maar waarom zou ik dat doen?”.Nou gewoon daarom, volgens mij durf je dat niet”

“Durf jij het wel?” Ik kaatste de bal terug. “ Ik wel hoor”, antwoordde ‘hij die het niet verdient om hier genoemd te worden’. ”Oké”, zei ik “maar dan wel samen”.  “Is goed, als we er naast fietsten, dan roepen we het allebei tegelijkertijd” zei ‘hij die het niet verdient om hier genoemd te worden’.

We verhoogden ons tempo, haalden ze in en toen we naast de moeder en dochter kwamen – ‘hij die het niet verdient om hier genoemd te worden’ aan de buitenkant; het verst weg; ik aan de binnenkant –  piepte ik met een hoog stemmetje: “Dag schatje”. ‘Hij die het niet verdient om hier genoemd te worden’ hield echter zijn mond, ging op de pedalen staan en fietste keihard door.

Het meisje en de moeder keken opzij. “Hoi Martin” zei het meisje. Het was Gisela. Ze was nieuw in onze klas. Ze was een zittenblijver en was bij ons in de klas geplaatst. Ik had haar niet herkend. “Hoi” mompelde ik met een rode kop. Ik wist niet goed wat ik zeggen moest. Ik was verbaasd dat ze mijn naam al wist. Zachtjes mompelde ik: “Tot ziens op school’ en fietste er toen snel vandoor.

00000 0 hbs voorzije2bOnze oude Rijks-H.B.S. in Deventer. Het gebouw werd in 1980 gesloopt.

Lafaard“ riep ik toen ik ‘hij die het niet verdient om hier genoemd te worden’ had ingehaald. ‘Hij die het niet verdient om hier genoemd te worden’ grijnsde slechts.