Van Bosch tot Bruegel

De  oudste dochter belt. Haar vriendje is aan het werk. Of ik soms met haar mee wil naar een tentoonstelling in Rotterdam. In het Museum Boijmans Van Beuningen is tot en met 17 janauri 2016 de tentoonstelling ‘Van Bosch tot Bruegel – De ontdekking van het dagelijks leven’ te zien. We spreken af om elkaar voor de deur van het museum te ontmoeten. Over de reis naar het museum in Rotterdam (tram, metro, nog een metro en stuk lopen) doe ik een uurtje. Als ik bij het museum ben, is er van de dochter – die hoeft in Rotterdam alleen maar vijf minuten te fietsen – geen spoor te bekennen. Na tien minuten wachten komt ze vrolijk zwaaiend aanfietsen. Dat had je met vergaderingen op kantoor ook altijd. Degenene die van ver moesten komen waren altijd op tijd. Degenen die niet hoefden te reizen kwamen te laat.

Op de tentoonstelling staat, zoals de site van Boijmans vermeldt, “het dagelijks leven uit de 16de eeuw centraal met bordelen, feestvierende boeren, kwakzalvers en ongelijke liefde”. Er hangen veel zwart-wit prenten uit de 15e en 16e eeuw en een aantal schilderijen in kleur uit die periode. Ook is er het drieluik ‘De hooiwagen’ van Jeroen Bosch te zien. Normaliter hangt dit in het Prado in Madrid, maar dit museum heeft het uitgeleend en voor het eerst in bijna 500 jaar is dit werk weer in Nederland te zien. Jeroen Bosch heeft er twee versies van gemaakt. Naast die van het Prado hangt er ook eentje in EL Escorial, niet zo ver van Madrid

bosch1

Het bovenstaand exemplaar is het exemplaar uit het Prado. Dit drieluik is nu in Rotterdam te zien. Hieronder staat het exemplaar uit El Escorial. Opdracht van de dag: Zoek de zeven verschillen.

bosch 2

Afgezien van de kleurverschillen, die in de loop der eeuwen zijn ontstaan, is het meest zichtbare verschil de plaats van de handtekening van ‘Jheronimus Bosch’. Bij het Prado-paneel staat deze op het middenpaneel, bij die uit El Escorial heeft hij hem op het linker paneel gezet. Verder zijn er nog een aantal kleine verschillen.

bosch3   bosch4

Zo draagt de staande vrouw in het witte kleed op het middenpaneel op de Prado-versie een baby in haar borstdoek, bij die op de Escorial-versie ontbreekt de baby. En op de Escorial-versie staat er ergens een kruik op tafel, die in de Prado versie ontbreekt. Daartegen hangt er op de Prado-versie een rozenkrans aan de stoel van de zittende vrouw. Die krans ontbreekt bij de Escorial versie.

In de loop van de tijd zijn er discussies geweest welk schilderij het eerst geschilderd is en welk schilderij de kopie is. De heersende opvatting is nu dat het exemplaar uit Madrid het eerst door Jeroen Bosch is geschilderd en dat hij daarna de El Escorial versie heeft gemaakt.

Na het bezoek aan deze tentoonstelling lopen we ook nog even door de overige zalen van het museum. Was het bij de tentoonstelling best wel druk, dit gold niet voor de rest. Zo liepen we vrijwel ongestoord door de zaal met impressionisten zoals Gaugain, Cézanne, Monet en Van Gogh. Ik heb het aantal schilderijen in deze zaal even geteld. Het zijn er zestien. Gezien de prijzen die tegenwoordig voor dit soort schilderijen wordt betaald, schatte ik dat daar minstens voor 500 miljoen euro hangt en misschien wel voor een miljard. Zware beveiliging zou je dus denken, maar nee, in de zaal liep niet één suppoost. Op een gegeven moment waren mijn dochter en ik zelfs de enige personen in de zaal, omgeven door het miljard aan de muur. We begonnen direct een plan te bedenken hoe we de schilderijen mee konden nemen. Leuk voor in de studentenkamer.

Terwijl we daarover aan het nadenken waren, liepen we verder en zagen we even verderop, in de zaal van de oude meesters, opeens een collega-inbreker aan het werk. Bij nader inzien bleek dit geen inbreker te zijn, maar een kunstwerk van Maurizio Cattelan, getiteld ‘Untitled’ uit 2001 te zijn. Het grappige is dat het een bruikleenwerk is. Ik ben benieuwd hoe je straks dat gat in de vloer teruggeeft aan de eigenaar. Het beeld is een zelfportret. De kunstenaar kijkt omhoog door het gat in de vloer.

Het beeld staat in de onderliggende personeelsgarderobe en dit bracht mij op het idee hoe ik onopgemerkt ’s nachts het museum kan beroven. Ik neem gewoon de plaats in van de pop. Die zet ik op een rustig moment ergens in een bezemkast en ga dan zelf op het trapje staan met mijn hoofd uit de vloer. Zo lang ik maar niet beweeg is de kans groot dat niemand de verwisseling opmerkt. ’s Nachts kom ik dan uit het gat en sla toe. Dus als u een keer dit beeld in het museum ziet, verraadt u mij dan niet.

gat in vloer 2