Ik liep vanochtend vroeg buiten in mijn pyjama naar de brievenbus – probeert u zich dat beeld vooral niet te visualiseren – om de krant te pakken. Het was niet alleen koud, het voelde ook nog eens extra koud aan. Dat kwam door de gevoelstemperatuur. Was de werkelijke temperatuur op dat moment plus 4 graden, door de harde wind lag de gevoelstemperatuur volgens de weerman van Radio West op min 1 graad.
Gevoelstemperatuur, ook wel ‘windchill’ genoemd, is het verschijnsel dat ontstaat doordat het in de wind een stuk kouder aanvoelt dan uit de wind. Doordat de wind als het ware een laagje warme lucht op je huid weg blaast, ervaart de mens meer warmteverlies. Dit wordt uitgedrukt in de gevoelswaarde van de temperatuur. De gevoelswaarde kan je uiteraard niet exact meten. Je kan geen thermometer in je gevoel stoppen. Wel heeft men onder meer op grond van experimenten formules bedacht om de gevoels-temperatuur bij verschillende windkrachten en temperaturen te ‘berekenen’. Zo is er een methode die zich baseert op de hoeveelheid kleding die nodig is om mensen bij een bepaalde windkracht te beschermen tegen de kou.
De KNMI hanteert een wat meer wetenschappelijke methode (de ‘Joint Action Group on Weather Indices’) die zich baseert op het warmtetransport van het lichaam naar de huid. Op de site van de KNMI staat de volgende tabel vermeld.
In de blauwe linkerkolommen staat de windsnelheid en de windkracht aangegeven. In de horizontale blauwe rij de echte temperatuur. De cijfers in het witte en oranje vak zijn de gevoelstemperaturen bij een bepaalde combinatie van wind en werkelijke temperatuur.
‘De vermelde gevoelstemperatuur geldt voor een gezond, volwassen en wandelend persoon van gemiddelde lengte. De gevoels-temperatuur wordt berekend uit een combinatie van de luchttemperatuur en de gemiddelde windsnelheid. De zon speelt geen rol in de berekeningsmethode. Maar bij zonnig weer voelt het minder koud aan dan de berekende gevoelstemperatuur doet vermoeden. Ook wanneer je met de wind in de rug wandelt, voelt het minder koud aan. Bij een gevoelstemperatuur onder min 10 graden kunnen na enkele uren verschijnselen van onderkoeling optreden. Gevoelstemperaturen onder de min 15 graden kunnen na een uur koudeletsel opleveren. Een temperatuur onder de min 20 graden geeft na een half uur, ook bij goed afdichtende winterkleding, al een kleine kans op bevriezingsverschijnselen’, aldus de KNMI.
Gemiddeld is er in Nederland volgens het KNMI om het jaar een dag met een gevoelstemperatuur van onder de min 20 graden:
“Extreme doordringende kou met in De Bilt gedurende minstens een uur gevoelstemperaturen onder de -25 graden komt eens in de 33 jaar voor. Dit is gebaseerd op een halve eeuw gegevens. Eens in de twee jaar zakt de gevoelstemperatuur onder de -20 graden. Gemiddeld telt een jaar drie dagen met gevoelstemperaturen onder de -15 graden. Op tien dagen per jaar komt de gevoelstemperatuur onder -10 graden. Een hele dag onder -10 graden met een laagste gevoelstemperatuur onder -20 graden komt eens in de drie jaar voor.”
Wat ik me opeens afvroeg, was of ook planten een gevoels-temperatuur kennen. Of wel, moet je bij flinke wind planten die niet goed tegen vorst kunnen binnen zetten, ook al is de temperatuur nog een paar graden boven nul? De site van de KNMI geeft hierover geen uitsluitsel. Dieren – hoe weten ze dat – en dingen kennen volgens de site van de KNMI geen gevoelstemperatuur.
“Het begrip gevoelstemperatuur is niet van toepassing op levenloze objecten zoals machines, gewassen, het antivries in de auto of kwik. […] Het geldt ook niet voor dieren. Wel heeft de wind invloed op de snelheid waarmee afkoeling optreedt. Daarom bevriezen waterleidingen en verwarmingselementen sneller als het bij vorst ook hard waait.”
Maar over planten vermeldt de site niets. Uit ervaring weet ik dat planten en bomen reageren op dalende lage temperaturen. Zoals elders op de site te lezen valt, ben ik een expert op het gebied van de sequoia gigantea. Toen ik dat echter nog niet was – en voor het eerst een jonge sequoiaboom had opgekweekt – zag ik in de eerste beste winter dat het jonge boompje opeens zijn takken liet zakken. Help, dat gaat niet goed, dacht ik.
Boompje met de takken omhoog en met takken omlaag.
Enig onderzoek op internet, en een mailtje van Joe Welker, een professionele sequoiaboomkweker uit Amerika, leerde mij dat ze dit deden omdat de bomen – hun natuurlijke habitat is de Sierra Nevada in Amerika – bij lage temperatuur veel sneeuw verwachten. Om te voorkomen dat de omhoog staande takken onder het gewicht van sneeuw breken, laten ze daarom hun takken hangen, waardoor de sneeuw er van af kan glijden.
Het zijn dus slimme boompjes met gevoel voor temperatuur.
p.s. Buitenradar heeft een site waar je de gevoelstemperatuur op elke plek in Nederland kan zien.