Zaterdagmiddag was er in het raadhuis van onze gemeente het ‘Festival Samen Duurzaam’. De gemeente had een heel programma georganiseerd met allerlei workshops, onder andere over ecologisch tuinieren, zonnepanelen, woning verduurzamen, recyclen en het maken van een insectenhotel. Die laatste workshop was een workshop voor kinderen. Daarnaast waren er allerlei stands en kraampjes.
De fietsersbond – Marianne is hier lid van en ze zit ook in het bestuur van de plaatselijke afdeling – had ook een kraam. Marianne had toegezegd om een paar uurtjes in het kraampje te staan en daarom besloot ik om na de lunch even bij haar langs te gaan.
Mijn binnenkomst zorgde direct voor enige opwinding in het raadhuis. Enkele vrouwen die achter een kraampje stonden, keken me hoopvol aan. (Ik wil hier het woordje ‘smachtend’ niet gebruiken, want Marianne leest dit blog ook.)
Nu heb ik die uitwerking op vrouwen wel vaker, maar in dit geval kwam het omdat er nauwelijks bezoekers waren voor het festival. Er liepen voornamelijk mensen van de gemeente, en familie en kennissen van de deelnemers rond. Wellicht hoopten de dames van de kraampjes op een nieuwe (schaarse) bezoeker. Helaas voor hen viel ik ook in categorie ‘familie en kennissen’ en nadat ik kort met Marianne had gesproken ging ik er weer vandoor.
Buiten stonden overigens best veel mensen voor het raadhuis, maar die kwamen niet voor het duurzaamheidsfestival maar voor een trouwerij. Ze waren zo te zien in afwachting van het bruidspaar dat nog niet gearriveerd was. Overigens eindigt tegenwoordig 39% van alle huwelijken in een echtscheiding; niet elk huwelijk is dus duurzaam.
Na mijn bezoek aan het raadhuis fietste ik naar de plaatselijke kringloopwinkel. Mijn zwager was twee weken geleden bij ons door een tuinstoel gezakt en dat had hij niet overleefd – de stoel bedoel ik uiteraard, niet mijn zwager. Ik besloot om even bij de kringloopwinkel te kijken of ze daar soms een soortgelijke stoel hadden, heel duurzaam dus.
Op weg naar de kringloopwinkel wilde ik door onze plaatselijk dorpsstraat fietsen maar dat ging niet. Er was daar een manifestatie aan de gang met oude auto’s en ik moet zeggen dat dit festival veel meer bezoekers trok dan het ‘samen duurzaam festival’ van de gemeente dat tegelijkertijd werd gehouden.
Bij de kringloopwinkel hadden ze vier blauwe stoelen – die pasten niet zo bij onze witte tafel – en één witte stoel. Die was echter weer net iets anders dan onze overgebleven stoelen, dus dat vraagt om een beleidsbeslissing. Dat wil zeggen, daar moet Marianne ook maar even naar kijken.
Tot slot, in de etalage van de kringsloopwinkel zag ik een opvallend kledingstuk, namelijk een trouwjurk.
Het zou toch niet zo zijn dat de bruid van het stel waar de mensen bij het raadhuis op stonden te wachten zich op het allerlaatste moment bedacht had? Maar mocht dat wel zo zijn, dat was het wel heel duurzaam dat ze haar jurk aan de kringloopwinkel had geschonken.