Categorie archief: Uncategorized

Risisicogroepen

Volgens de jongste dochter zit ik drievoudig in een risicogroep. (>60; COPD en ooit een hartoperatie gehad toen ik 5 was). Stuurt ze er nog een berichtje overheen dat zwaarlijvigheid ook een risico vormt.

Ik ben helemaal niet dik!!! Dat zal zo’n virus toch ook zien?

Maar om op deze sombere dagen toch iets vrolijks te laten zien, bekijk deze knikkerwedstrijd eens die ik op twitter tegen kwam. Hij is echt fantastisch Of zo de maker van het filmpje zelf zegt “Marble 1 racing is intense!’ 

00 blue markble 2

(Op het plaatsje klikken om naar het twitterbericht gaan. Niet vergeten om het geluid bij het bericht aan te zetten, zodat je het wedstrijdverslag kan horen.)

Hij heeft inmiddels 747.000 ‘likes’ en is 225.000 keer geretweet! Je moet ook even naar wat van de ‘comments’ onder de tweet kijken (niet alle 13.000, dat is wat veel van het goede.)

 

Spoiler alert

Een spoiler alert is een waarschuwing, vooral gebruikt in recensies van films en boeken, waarmee wordt gewaarschuwd dat verderop in de recensie een deel van de plot wordt verklapt. Mensen die de film nog willen zien of het boek nog niet hebben gelezen, kunnen dan beter niet verder lezen als ze nog niet willen weten hoe het afloopt. Het woord ‘spoiler’ is afkomstig van het Engelse werkwoord ‘to spoil’ wat verwennen of bederven betekent, in dit geval uiteraard in die laatste betekenis .

Een voorbeeldje. Stel het plaatselijk sufferdje schrijft in een recensie van de première – er moeten nog een aantal voorstellingen volgen –  van het toneelstuk  “Wie vermoordde boer Biet?‘ gespeeld door de plaatselijke amateurtoneelvereniging TOP (dat staat voor Tot Ons Plezier) het volgende: “Vooral geroemd moet worden het spel van slager Kees Dijk van Slagerij Dijk die zijn rol van de moordende boerenknecht Knuppels zo levensecht speelt, dat je in het echte leven nauwelijks zijn slagerij meer binnen durft te gaan”,  dan zou een spoiler alert wel op zijn plaats zijn geweest.

0000000 0spoiler2Van links naar rechts: Kees Dijk van Slagerij Dijk als de boerenknecht Knuppels, Rika de Boer van naaigereiwinkel ‘Het  Stoffenpaleis’ als de hulp in de huishouding Saar en Frans Drommels van sigarenwinkel ‘Het Rokertje’ als boer Biet. Foto Herbert Behrens, Anefo; Nationaal Archief.

Ook in films zitten soms “verborgen” aanwijzingen die iets over de film verklappen. Zo was het vroeger vaak zo, vooral in westerns, dat de mensen in de lichte kleding “de goeden” waren en de mensen in donkere kleding de schurken (uiteraard gold dit niet voor de ‘Men in Black’ films met Will Smith en Tommy Lee Jones.)

Dinsdag onthulde filmregisseur Rian Johnson op het YouTube kanaal van Vanity Fair in een video ter promotie van zijn film ‘Knives Out’  dat het feit of iemand een iPhone zichtbaar in zijn hand heeft, aangeeft of de personage goed of slecht is.

0000000 0spoiler 0Regisseur Rian Johnson over zijn film. Op het plaatje drukken om naar het filmpje op YouTube te gaan.

Spoiler Alert: Wie niet wil weten dat iemand die een iPhone in een film in zijn hand heeft ‘goed’ is, moet nu niet verder lezen.

Ik citeer even een stukje van nu.nl : “Johnson, regisseur van onder andere The Last Jedi, sprak met Vanity Fair over zijn recente film Knives Out en vertelde dat Apple hele specifieke voorwaarden stelt aan het gebruik van Apple-producten in speelfilms. “Ik weet niet of ik dit moet vertellen of niet”, begint hij. “Apple laat je iPhones gebruiken in films, maar slechteriken mogen deze niet in beeld vasthouden.”

Hij zegt dat deze kennis misdaadfilms kan verpesten, omdat kijkers aan de hand van de telefoons van personages kunnen achterhalen wie de slechterik is in de film. “Elke filmmaker met een geheime slechterik in zijn film wil me op dit moment van kant maken”, zegt Johnson.”

0000000 0spoiler 2

Op 2.59 min van de video vertelt hij over de eis die Apple stelt aan het gebruik van iPhones in een film. Apple wil niet geassocieerd worden met schurken. Jamie Lee Curtis is in deze film dus ‘goed’.

Ik ben ook ‘goed’. Ik schrijf dat hier maar even om te voorkomen dat ik een schrijven van Apple krijg waarin staat dat ik niet meer over een iPhone mag schrijven.

Abbey Road – 3

Rondom kerst 1986 bezochten Marianne en ik Londen. We wilden een keertje de sfeer rond kerst in Londen meemaken. Londen was in feeststemming. De winkels waren allemaal feestelijk versierd. Met een dubbeldekker reden we ’s avonds door het centrum van Londen en waren als kinderen zo blij toen bleek dat bovenin de bus de voorste rij vrij was. We zaten met onze neusjes tegen het raam gedrukt om alle verlichte etalages van de winkels goed te kunnen bekijken.

harrods

In Londen bekeken we niet alleen de kerstwinkels, we beklommen ook de Tower Bridge en bezochten een tentoonstelling in de Tower waar je de kroonjuwelen kon zien – we stonden er in een ellenlange rij; en hoewel een el maar zo’n 69 cm lang is, mag u van mij aannemen dat de rij veel langer dan dat was. Toen we eindelijk dachten dat we er waren, bleek er om de hoek nog zo’n rij te zijn.

rij

Ook reisden we met een bus heen en weer naar Portsmouth, waar op dat moment een Japanse correspondentievriendin van mij woonde – ik begon in mijn studententijd met haar te schrijven toen ze nog in Osaka woonde. Ze was een half jaar eerder met een Engelsman getrouwd. Toen we bij hen thuis waren, vroeg ik bij een kopje thee in mijn beste Engels “How was your marriage?”, waarop  hij haar een heel venijnige blik gaf (“wat heb je ze geschreven?”)

Ik bedoelde slechts te vragen hoe hun huwelijksdag was geweest, maar ja, mijn Engels – later bleek dat ze op dat moment al zo ongeveer in scheiding lagen. Niet veel later gingen ze dan ook uit elkaar. Een aantal jaar na haar scheiding ontmoette ze een Amerikaan en trouwde met hem. Ze verhuisde naar Seattle aan de westkust van Amerika. Ook daar hebben we haar tijdens een rondreis door Amerika een keertje opgezocht, maar bij die gelegenheid heb ik maar niet gevraagd hoe het met haar huwelijk ging. Ik neem aan goed, want ze wonen na twintig jaar nog steeds samen.

Het geplande culturele hoogtepunt van ons Londen-tripje moest een bezoek aan de zebra van Abbey Road worden. Dat had ik althans bedacht. Nu moet ik eerlijk zeggen dat dit niet bovenaan op het lijstje van Marianne stond, tenzij je haar lijstje zou omdraaien. Maar ze moest er wel aan geloven.

Op een druilerige morgen namen we de metro die ons in de buurt van Abbey Road zou brengen. Toen we uit het metrostation stapten, bleek het te regenen. Goed voor de plantjes, maar niet voor Marianne haar humeur. Helemaal niet toen het hard ging regenen. Aangekomen bij de zebra bleken we de enige aanwezigen te zijn. “Only mad dogs and Englishmen go out in the midday sun, only Dutch in the rain”. We konden dus niemand vragen om een foto van ons tweeën op de zebra te maken.

“Ik loop dan wel alleen over het zebrapad en dan moet jij een foto van mij maken. Dan doe ik dat daarna bij jou” stelde ik voor. “Ja, ik ben niet gek, ik kijk wel uit” antwoordde ze “Met die regen gaat mijn toestel naar z’n mallemoer. Dat doe ik niet hoor.“ Marianne sprak op een toon waaruit op viel te maken dat hier geen discussie over mogelijk was. Ik mocht nog wel een keertje – “Snel!” – van haar heen en weer over de zebra lopen – “Goed gedaan.” riep ze toen ik klaar was –  en toen liepen we met gezwinde pas weer door de regen terug naar de metrohalte. “Nou, dat was leuk.” zei ze toen we de ondergrondse weer binnen stapten.

Omdat ik geen foto had van mij lopende over het zebrapad, moest ik natuurlijk nog een keertje terug naar Abbey Road. Al snel, nou ja snel, 23 jaar later, deed die mogelijkheid zich voor. In 2009 bezochten we Londen weer. Deze keer samen met onze toen 16 en 14 jaar oude dochters. Voor het bezoek aan Londen had ik om goed voorbereid te zijn een speciale reisgids gekocht, ‘Het Londen van the Beatles’, geschreven door Piet Schreuders, Mark Lewisohn en Adam Smith. In deze mooie gids, althans dat vind ik, staan liefst 467 Beatleslocaties aangegeven die je in en om Londen kan bekijken.

londen van de beatles. 4

De eerste locatie, 57 Green St, Mayfair, London, die we bezochten was een flat waar de Beatles met zijn vieren hadden gewoond, toen ze net vanuit Liverpool naar Londen waren verhuisd. (Marianne en de dochters hadden alleen met een bezoek aan dit huis ingestemd, omdat het op maar vijf minuten lopen van het warenhuis Selfridges in Oxford Street lag.)

Ter plekke aangekomen, bestudeerde ik mijn boekje, keek omhoog, wees naar het dak en sprak toen de magische woorden: “Kijk daar helemaal bovenin, het is niet zo goed te zien vanaf beneden af, maar daar bovenin dus hebben de Beatles  in een appartement gewoond!” We staarden allemaal omhoog. Er was niks te zien.

green streetGreen Street 57 zoals te zien is op Google Street View

“Boeiend hoor, gaan we nu naar Selfridges?” sprak de oudste dochter. “Heel mooi pap” zei de jongste. “Hoeveel van die locaties staan er nog in dat boekje van jou?” vroeg Marianne. “Nog 466” zei ik. Ik voelde aankomen dat we ze niet allemaal zouden gaan bezoeken.

Ik mocht er nog één kiezen. Dat werd uiteraard de zebra bij Abbey Road. Toen we er aankwamen, regende het net, zoals 23 jaar eerder. Had ik weer, maar geloof of het niet, deze keer wilde Marianne wel wat foto’s nemen terwijl we over het zebrapad liepen. Voor degene die dit echt niet wil geloven, zie hier.

abbey road 0

De hoes van Abbey Road heeft uiteraard ook een achterkant. Hierop is een stenen straatnaambordje van Abbey Road te zien. Veel toeristen willen dan ook  graag ook met dit bordje op de foto, maar dat kan helaas niet meer. Het bordje was bevestigd aan een muur die stond op de hoek van Abbey Road en Alexandra Road. Die straat en de omliggende gebouwen bestaan niet meer. Ze zijn begin jaren zeventig gesloopt om plaats te maken voor een groot appartementencomplex. Ook is het zo dat de stenen Abbey Road straatnaambordjes zijn vervangen door onbreekbare metalen bordjes, mede omdat souvenirjagers steeds de stenen letters mee namen.

bordDe metalen bordjes in de omgeving staan helemaal vol gekliederd.

Wat de meeste toeristen echter niet weten – en ik dankzij mijn boekje wel –  is dat er toch nog één stenen Abbey Road straatnaambordje is (situatie 2009). Daarvoor moest je 800 meter richting Kilbur lopen. Op de hoek van een parkje bij de kruising van Abbey Road en Boundary Road bevond zich volgens mijn boekje het laatste  stenen Abbey Road bordje. Daar moest ik dus heen. De dames volgden mij en sjokten braaf bijna een kilometer achter mij aan. Het bordje bleek er inderdaad nog te zijn. Direct op de foto dus gezet voordat het weg gehaald zou worden. Zie hier het resultaat.

abbey road bordMarianne – linksonder niet te zien – hoefde niet zo nodig met het bordje op de foto.

Enthousiast zei ik na deze fotoshoot: “Ik weet nog veel meer leuke Beatles-locaties” en hield mijn boekje omhoog, maar de dames – allen fans van de Harry Potter boeken –  hadden andere plannen. Met gezwinde spoed begaven we ons daarom naar King’s Cross Station om daar een foto te maken van een karretje dat je zogenaamd door een muur kon duwen. Echt? Ja, echt. Ach, iedere generatie zijn eigen iconen. Zie hier hoe wij alle vier genoten van deze fotomogelijkheid.

treinstation

Enfin, ik moet maar weer eens naar Londen. Nog 465 Beatles locaties te gaan.

Johan Derksen

Gisteren had ik het met u over Mart Smeets. Vandaag wil ik het met u hebben over een andere bekende tv-persoonlijkheid: Johan Derksen. In tegenstelling tot Mart Smeets heb ik die wel vaker in levende lijve gezien. Echter niet in zijn rol als analist bij praatprogramma’s over voetbal maar als voetballer. Kunt u nagaan hoe oud ik ben.

Meer dan vijftig jaar geleden maakte Johan Derksen twee jaar lang deel uit van het jeugdteam van Go Ahead. Die speelden leuk voetbal en de jeugdploeg van Go Ahead behoorde in die tijd tot de beste teams van Nederland. Dat kwam mede omdat allerlei talentvolle jeugdspelers, afkomstig uit het hele land, naar Deventer werden gehaald waar ze een plaatsje kregen in het fameuze jeugdinternaat. Go Ahead was daarmee in die tijd uniek in Nederland. Ook Johan Derksen heeft hier twee jaar in gewoond.

Omdat wij fan van Go Ahead waren, bezochten mijn vader, mijn broertje en ik in de tweede helft van de jaren zestig niet alleen alle thuiswedstrijden van het eerste van Go Ahead maar ook die op zaterdagmiddag van de jeugdploeg. Wij zagen daardoor ook regelmatig Johan Derksen als voetballer in actie. Hij speelde aanvankelijk als linksbuiten maar toen Bert van Marwijk in de ploeg kwam werd Johan Derksen linksback. Hij was niet echt een topper maar een nuttige kracht zoals dat tegenwoordig zo heet.

Zie hier hoe hij op een foto van de jeugdploeg van Go Ahead staat. De foto is genomen vlak voor een beslissingswedstrijd tegen Feyenoord om het kampioenschap van Nederland. (De foto is afkomstig van de site van de Stichting Niet te kraken, een stichting die zich bezig houdt met het verleden van Go Ahead Eagles)

0000000 jeugd2

Johan Derksen staat in bovenste rij. Hij is de derde persoon van rechts . De knielende speler helemaal rechtsonder is Bert van Marwijk, de latere eenmalige international en bondscoach. De speler met de bal, tweede van links, is Hans Bleijenberg. Tegen hem heb ik nog een keer gevoetbald in het kader van het Apeldoorns kampioenschap voor lagere scholen. We waren toen allebei de grote ster van onze schoolteams. Alleen scoorde hij in die wedstrijd vijf keer en ik nul keer, maar dat is een detail.

Op de site van de stichting Niet te Kraken staat een column van Johan Derksen uit 1989 over zijn tijd  in het jeugdhuis. Ik citeer even een stukje uit die column. (Voor wie de hele column van Johan Derksen wil lezen, zie hier.)

“Ik weet het allemaal zo goed, omdat ik zelf ooit twee jaar in het jeugdinternaat verbleef destijds, in de jaren zestig, gebeurden er al dingen waar de meute nu nog gechoqueerd op zou reageren. Ik deed mijn best niet op school en omdat mijn vader doodsangsten uitstond dat ik ooit als drummer van Cuby and the Blizzards zou eindigen, was hij dolblij dat er clubs in mijn inderdaad niet geringe voetbalcapaciteiten geïnteresseerd waren. Heerenveen, Veendam, GVAV, SC Drenthe en FC Twente vingen bot, want Go Ahead had een jeugdinternaat, daar zou het allemaal wel in orde komen.

Ik arriveerde op de Brinkgreverweg met Oeki Hoekema, Jan van Eijck en Ger Veerman. Op dat moment, ik heb het over 1966, was Pleun Strik al uit het jeugdinternaat geschopt, omdat hij met een meisje op zijn kamer was betrapt. Mevrouw van Putten, zij runde het jeugdinternaat, was een schat van een mens, maar zij maakte de fout om ter gelegenheid van haar verjaardag een glas wijn en een pilsje te serveren.

De van NOAD afkomstige Tiny Broers kon een kratje bier aan, maar Oeki Hoekema kotste alles onder en Hermans Tiesselink, een begenadigde rechtsbuiten uit Almelo, toonde na zijn zoveelste pils aan alle toevallige passanten zijn geslachtsdeel. Toen mevrouw van Putten eindelijk de situatie weer onder controle had was Johnny Weyland zoek. De robuuste centrale verdediger, hij speelde later nog bij Vitesse, stond spiernaakt vastgebonden in de kast op de overloop. Ik zie mevrouw van Putten nog aan de touwen sjorren, want werkelijk alle lichaamsdelen waren vastgebonden.” 

Nu lijkt het of Johan Derksen in die tijd een wildebras was, maar dat is niet zo. Hij kon ook een keurige jongen zijn. Tijdens het zoeken naar informatie voor een verhaal voor Hard Gras over het  jeugdhuis van Go Ahead omstreeks 1970 kwam ik een seizoensgidsje voor het seizoen 1967- 1968 tegen.  In deze gids stond ook een klein portret van Johan Derksen

0000000 seizoensgidsEen keurige jongen toch? Verkoper in een heren / damesmodezaak!

In 1968 verkocht Go Ahead Johan Derksen aan Cambuur. Go Ahead ontving voor hem 30.000 gulden.

Een loszittend vliegtuigwiel

De meeste vliegtuigen hebben een landingsgestel. “Niet alle vliegtuigen?” zult u misschien verbaasd vragen. Nee, watervliegtuigen hebben geen landingsgestel maar drijvers. De naam landingsgestel is overigens strikt genomen niet volledig.  De wielen worden ook gebruikt om op te stijgen.  Soms gaat het daarbij mis. Op Internet staan beelden van een vliegtuig van Air Canada dat vrijdag een wiel verloor tijdens het opstijgen vanaf Montreal Airport.

Ik had op CNN dit weekend al beelden van het voorval gezien gemaakt door een passagier die toevallig filmde hoe het vliegtuig een wiel verloor. Hij plaatste het filmpje direct online  – moderne tijden – met de opmerking: “Ik zit momenteel in een vliegtuig dat zojuist een wiel verloor. 2020 begint goed.”

Op Nu.nl zijn nu ook (andere) beelden van het verliezen van het wiel te zien.

00000 thuisbrengertje(Door op het plaatje te klikken kom je bij het filmpje.)

De piloot keerde direct om en het vliegtuig landde gelukkig veilig. Het had nog genoeg wielen over. (Zo telt bijvoorbeeld alleen al het hoofdonderstel van een Airbus-A380-800 20 wielen.)

00000 wielenFoto Adrian Pingstone; Wikipedia

Maar toch, je zal maar in een vliegtuig zitten, je kijkt door het raampje naar buiten en ziet dat het vliegtuig een wiel verliest.

Enfin, mocht u in een vliegtuig belanden dat een wiel verliest en het vliegtuig heeft slechts drie of vier wielen en heeft dus wel een nieuw wiel nodig, zo verwisselt u volgens de ANWB een wiel.

00000 wiel

De eerste zes punten van dit lijstje  – over hoe u het wiel er af haalt – kunt u overslaan.

Voorspel de uitslag

Omdat ik verstand heb van voetbal, ben ik fan van Go Ahead Eagles – Kowet zoals wij echte fans zeggen. Nu voorspel ik regelmatig op twitter de uitslag van de wedstrijden van mijn ploegje. Ik maak eerst een uitgebreide analyse van de tegenstander, onze vorm, wie er fluit en de hoogte van het gras en voorspel dan altijd een 5-1 overwinning voor ons.

Ik heb het nog nooit goed gehad. Eén keertje won dit Kowet dit seizoen met 5-1. Dat was in een oefenwedstrijd tegen een amateurclub. Helaas was ik toen net vergeten om een voorspelling te geven.

Afgelopen dinsdag speelden we tegen Twente uit voor de beker. Ik zat er met mijn 5-1 deze keer dichtbij – we wonnen met 5-2. In deze wedstrijd gebeurde iets opmerkelijks. Navratil, dat is een aanvaller van ons, brak door en legde in het strafschopgebied van Twente  de bal terug op Van der Venne – die speelt ook bij ons.

Voordat deze überhaupt kon schieten, begon Navratil alvast te juichen. Nu schieten wij meestal de ballen naast en anders wel over, dus dit was een behoorlijke gok, maar hij had het goed gezien, Van der Venne scoorde. Ik ben dus niet de enige bij Go Ahead die goed kan voorspellen.

0 go ahead 2Navratil is het mannetje met de armen al in de lucht. Van der Venne staat op het punt van schieten.

Vanavond spelen we tegen Jong Utrecht uit. Zij hebben hun laatste tien thuiswedstrijden niet verloren. Kowet heeft de laatste tien uitwedstrijden niet verloren en dit seizoen hebben we al tien keer  gelijk gespeeld. Niet moeilijk dus om de uitslag te voorspellen: dat wordt 5-1 voor ons.

Update:  We wonnen met 3-0, oké geen 5-1 dus.

 

 

Ons nichtje in Afrika

-1-

Ergens in de eerste helft van de jaren negentig fietsten we met ons nichtje achterop een rondje door onze gemeente. Ons nichtje was nog op de leeftijd dat ze een passerende cabriolet betitelde als een auto zonder deksel. Opeens begon er achter ons iemand luid en fanatiek te bellen. (Vroeger was het voor iedereen direct duidelijk dat ik hiermee het bellen met een fietsbel bedoel, tegenwoordig moet je dat erbij zeggen.)

fietsbel

Zeer solide fietsbel uit 1913

We keken achterom om te zien wie er zo ongeduldig was. Het was een grote forse man met een woest uitziende baard en lang haar. Een type hells angel, ware het niet dat hij op een fiets reed en niet op een motor. Maar het leek ons geen type om ruzie mee te maken. We maakten wat ruimte. Ook het nichtje keek achterom. Ze keek de man aan en sprak toen op verontwaardigde toon de legendarische woorden: “, zit jij zo te bellen?” De man lachte en haalde ons in.

Sindsdien hebben we altijd de neiging om als er achter ons iemand met zijn fietsbel belt, ons om te draaien en te zeggen: “, zit jij zo te bellen?”

-2-

We zijn nu zo’n vijfentwintig jaar verder. Ons nichtje is uitgegroeid tot een volwassen jonge vrouw die als tropenarts – dat heet tegenwoordig ‘arts internationale gezondheidszorg en tropengeneeskunde’ – werkzaam is in Tanzania. Vorig jaar werkte ze in het kader van haar opleiding een half jaar in Sierra Leone. Daar werkte ze onder andere nauw samen met een jonge Nederlandse arts. Ook maakte ze met hem een aantal uitstapjes door het land.

Van de week verscheen er het bericht dat een Nederlandse tropenarts was overleden aan de gevolgen van Lassa, opgelopen in Sierra Leone. (Zie dit bericht in de Volkskrant). Marianne belde  met haar zus om te vragen of haar dochter de man misschien kende. Dat was het geval. Sterker nog, het betrof de arts waarmee ze in Sierra Leone samenwerkte. Ze was helemaal ontdaan.

Jaarlijks worden er in West-Afrika zo’n honderd- tot driehonderdduizend mensen besmet met het lassa-virus. Zo’n 1 procent overlijdt aan de gevolgen er van. De kans dat je er aan overlijdt is dus klein, maar het gebeurt wel en soms is het geen statistisch cijfertje maar een bevlogen arts met dikke pech.

 

100 km

De maximumsnelheid overdag gaat terug naar 100 km. Goed plan, beter voor het milieu, beter voor de veiligheid en beter voor de doorstroming op de weg. De ideale snelheid op een snelweg voor de doorstroming schijnt volgens een artikel op nu.nl 95 km per uur te zijn:

De ideale snelheid is 95 kilometer per uur. Dan is de wegbenutting optimaal. Als je langzamer gaat rijden, gebruik je de wegcapaciteit niet optimaal. Als je sneller rijdt, zorgt het voor meer opstoppingen, omdat je automatisch meer afstand neemt als je harder gaat en er dus minder auto’s op de weg passen.”

De VVD is er niet blij mee. Het officiële standpunt op hun site – zie hier – luidt:

We willen dat je op iedere weg zo hard kunt rijden als veilig en mogelijk is. Wij willen dat mensen op veel meer wegen 130 mogen rijden. Dat rijdt een stuk prettiger en zorgt ervoor dat het verkeer beter doorstroomt. Ook ’s nachts kan de maximumsnelheid vaker naar 130. Auto’s worden steeds stiller, dus de geluidsoverlast neemt af. Snelheidscontroles zijn er voor de verkeersveiligheid. Niet om de schatkist te spekken of milieudoelstellingen te halen.”

VVD

Vooral die laatste zin, dat de snelheidscontroles niet bedoeld zijn om milieudoelstellingen te halen, is opmerkelijk. Ben benieuwd hoe lang die zin gezien de huidige discussies op hun site blijft staan.

Uit de tijd dat er nog echte auto’s op de weg reden:verkeersbordEen verkeersbord uit 1966 dat toen bij een afrit bij Schiphol stond. Fotograaf onbekend; foto Anefo / Nationaal Archief

 

Een razendsnelle reactie

Op Nu.nl zag ik vandaag dit filmpje.  Te zien is hoe een jongen in de Amerikaanse stad Oakland op het spoor valt, vlak voor een aanstormende trein. Maar voordat de trein hem overrijdt, trekt een man hem terug op het perron. Ik moet zeggen dat ik, geloof ik, nog nooit iemand zo snel heb zien reageren. Had ik daar gestaan, dan was de jongen beslist verongelukt.

spoort

Op de foto klikken om bij het bericht en het filmpje op nu.nl te komen.

Mooi is ook de reactie van de redder als hij als later wordt geïnterviewd. Hij wordt helemaal emotioneel en zegt dan “Dat is wat we horen te doen.

de held

Petje af voor deze man.

De oerknal

Ik weet waar 13,8 miljard jaar geleden de oerknal heeft plaats gevonden. In Den Haag, en om helemaal precies te zijn, op het Maanplein in Den Haag.

Is dat even ‘Breaking News!’ of niet. Hoe ik dat weet? Simpel. De oerknal heeft precies in het middelpunt van ons universum plaats gevonden. Dat moet wel, want anders dijt het universum niet in alle richtingen even hard uit. De vraag die dan resteert luidt: ‘Waar bevindt zich het middelpunt van het universum zich nu?’ Het antwoord luidt op het Maanplein in Den Haag (zie de foto onder)

centre of the universe

Deze borden staan momenteel op het Maanplein in Den Haag.  Op de achtergrond zijn enkele oud-kantoren van KPN te zien. Vroeger zat hier het hoofdkantoor van KPN. De medewerkers van het hoofdkantoor zaten er verspreid over meerdere gebouwen.

Maar door de grootheidswaanzin van toenmalig bestuursvoorzitter Wim Dik, die allerlei veel te dure bedrijven in heel Europa en zelfs ver daar buiten kocht, kwam KPN vanaf 2001 zwaar in de problemen. Het ging bezuinigen en duizenden personeelsleden verloren hun baan. (Zelf verloor ik in 2013 bij de dertiende – zoiets brengt ongeluk-  jaarlijkse ontslagronde mijn baan.)

Het gevolg was dat er op Maanplein veel kantoren leeg kwamen te staan en het hoofdkantoor werd naar Rotterdam verplaatst, waar KPN naast de Erasmusbrug een groot kantoor bezit. Ik geloof dat KPN nu nog maar één gebouw op het Maanplein in gebruik heeft.

De eigenaar van de lege kantoren besloot daarop om een deel van de kantoren om te bouwen tot woningen en adverteert nu dat deze woningen (en de overgebleven lege kantoren) zich bevinden in ‘the centre of  the universe‘. Geen idee, hoe hij dat weet, maar dat houdt dus wel mooi in dat de oerknal heeft plaats gevonden op het Maanplein in Den Haag.

nasa MaanpleinHet alsmaar in de loop van de tijd uitdijende universum. Helemaal onderin het Maanplein in Den Haag. Tekening van de NASA d.d. 2 april 2001 (toevallig ook het jaar dat KPN met de bezuinigingen begon.)

Weer terug

Zo een tijdje weg geweest hier. Eerst vier weken naar Amerika op vakantie. Wie wil weten wat we daar allemaal gedaan hebben, kan dit hier nalezen.

Daarna druk, druk, druk geweest. Dochters verhuisden allebei – er moest geschilderd en verhuisd worden – en ik moest me ook nog eens actief bemoeien met de zaken op het Go Ahead supportersforum. Het gaat niet goed met onze club. We spelen voornamelijk gelijk.

Daarnaast had ik bedacht om mijn verhalenserie over ‘de mensen achter de computer‘ weer eens op te pakken. Dat schiet maar niet  op, dus heb ik me maar aan het uitzoeken en het schrijven van wat portretten gezet. Dat kost best veel tijd want wat er in staat moet natuurlijk wel kloppen.

Ik heb  twee portretten toegevoegd aan de serie:

Vooral dit laatste portret kostte de nodige uitzoektijd. Het begint als volgt:

Heeft u enig idee wat u hier ziet?

15 al jazeri klok

Het antwoord luidt: een klok. Ik kom er verderop op terug. Hij is ontworpen door al-Jazari, een Islamitische geleerde die leefde van 1136 tot 1206. De tekening is afkomstig uit al-Jazari’s ‘Boek van de kennis van ingenieuze mechanische apparaten’, waarin hij allerlei wonderlijke apparaten beschreef. Het door hem zelf geïllustreerde boek, met beschrijvingen van vijftig apparaten, die hij in dienst van drie opeenvolgende Artuqid-heersers van de Turkmeense dynastie had gebouwd, verscheen enkele maanden voor zijn dood in 1206.

Wie de rest van het verhaal wil lezen, zie het betreffende portret.

Maar goed ik ben dus weer terug. Wel is het zo dat ik nog een hoop portretten te schrijven heb en ook nog het Tweede Straatje van Vermeer moet opsporen. Dus de regelmaat waar ik hier op dit blog zal schrijven, zal wel wat verminderen. Voor wie ondertussen toch niet kan wachten om iets van mij te lezen, kan naar de boekhandel lopen en daar Hard Gras nr 128 kopen.

hard grad 128

Hierin is een verhaal van mij opgenomen over Ken Aston, wie  kent hem niet. (Het is de Engelse scheidsrechter die zo’n vijftig jaar geleden de gele en rode kaarten bedacht.) Ik zie nu pas dat mijn naam niet op de voorkant wordt vermeld. Uitgever en eindredactie – dat zijn die drie heren die je op de foto ziet – toch, zo verkoop je dit ‘voetbaltijdschrift voor lezers’ natuurlijk nooit!

 

Goed en slecht nieuws

Goed en slechts nieuws voor de lezers van dit blog (in twee varianten.)

Variant 1 (voor de lezers die dit blog helemaal niks vinden): Het goede nieuws is dat ik er vier weken tussen uit ga, het slechte nieuws is dat ik daarna weer terug kom.

Variant 2 (voor die enkele lezer die dit blog wel leuk vindt.): Het slechte nieuws is dat er ik er weken tussen uit ga, het goede nieuws is dat ik daarna weer terug kom.

 

Een mislukt garagebezoek

Op de openbare weg ziet je nooit een Formule-1 auto rijden. Dat komt omdat ze niet door de APK-keuring komen. Zo rijden ze meestal met zo goed als profielloze banden, die ook nog eens heel snel slijten. Gaat een normale autoband zo’n 15.000 km mee, een formule 1 band gemiddeld maar 90 km. Daarom zie je tijdens een race de coureurs minstens één keer de pits op zoeken om de banden te laten verwisselen.

Ze moeten overigens sowieso tijdens de race minstens één keer de banden laten verwisselen want één van de regels is, is dat je tijdens de race minimaal twee verschillende types banden moet hebben gebruikt. Die regel is ingevoerd om een race spannender te maken.

Je hebt dit jaar vijf verschillende types banden: drie profielloze types banden (harde, zachte en superzachte; hoe zachter hoe je sneller kan rijden maar ook hoe sneller ze slijten) en twee banden met een profiel voor het geval het regent of de baan nat is: de full wets (de echte regenbanden) en de zogenaamde intermediates.

000000 f1Een Red Bull auto uit 2011 met zo goed als profielloze banden; foto Morio; Wikipedia

000000 looDe formule 1 auto van Willem-Alexander uit begin jaren zeventig met regenbanden. De auto is persoonlijk gebouwd door Prins Claus en is nu te zien in de stallen van paleis Het Loo in Apeldoorn

De banden – ze wegen ongeveer 10 kg per stuk – moeten een neerwaartse druk van duizend kilo en krachten tot 5g kunnen weerstaan. Dat zijn de krachten die een raceauto op topsnelheid op de banden uitoefenen. Dat is één van de redenen dat de banden zo snel slijten.

Het wisselen van de banden tijdens een pitsstop gaat razendsnel. Tijdens de Grand Prix van Duitsland slaagden de monteurs van Red Bull er in om tijdens één van zijn vier pitstops in 1,8 seconden alle vier de banden van de auto van Max Verstappen te verwisselen.  Dat was een nieuw record. Bij de Mercedes van Lewis Hamilton ging het daarentegen echter helemaal mis.

Vlak voor de ingang van de pitsstraat raakte Lewis Hamilton van de baan af en beschadigde daarbij zijn auto . Hij kon nog net de pitsstraat in rijden, maar daar stonden ze bij Mercedes niet voor hem klaar. Ze hadden niet op een pitstop gerekend. Wat volgde was een slapstickachtig gebeuren met door elkaar hollende monteurs die overal op zoek gingen naar banden (en ook nog eens de beschadigde neus moesten vervangen).

Bij elkaar duurde deze pitsstop van Hamilton meer dan 50 seconden, waardoor hij van de eerste naar de vijfde plaats terugzakte. (Later in de race ging er nog veel meer mis, waardoor hij uiteindelijk als negende eindigde. Max Verstappen won de race.)

Op YouTube zijn filmpjes te zien van deze voor Hamilton rampzalige pitsstop. Iemand heeft er het muziekje van Benny Hill onder gezet, waardoor het er nog veel komischer uit ziet. Zie hieronder. (Zit u op kantoor, dan kan u beter even het geluid uitzetten, want anders denken uw collega’s dat u naar Benny Hill zit te kijken.)

000000 hamilton

Die meneer linksvoor met pet is overigens geen monteur maar iemand van het Mercedes-team die in de paniek ook een handje ging helpen. Hij is zwaar in overtreding want het is verplicht voor de monteurs (net zoals het voor de coureurs verplicht is) om brandwerende kleding te dragen.

Al met al een rampzalig bezoek aan de pits voor Hamilton. Maar het kan nog erger – baas boven baas. In juni  moest onze Ford Focus voor de jaarlijkse onderhoudsbeurt naar de garage.

Vroeger gingen we daarvoor naar de Ford-garage in onze gemeente waar we de auto hebben gekocht, maar die garage is er niet meer. We moeten nu naar de grote Ford-garage op de Binckhorst in Den Haag. We maakten een afspraak en om half acht ’s morgens gingen we op weg. We wilden er een beetje vroeg zijn.

Het industrieterrein de Binckhorst in Den Haag is momenteel een puinhoop. Dat komt door de aanleg van de Rotterdamse Baan, een nieuwe toegangsweg naar Den Haag waarvoor onder andere een 1800 meter lange tunnel is geboord. Er zijn door de weg-werkzaamheden allerlei omleidingen en wij werden via allerlei sluipwegen naar de achterkant van de Ford garage geleid. Daar zagen we een bord wat naar de receptie verwees. We parkeerden de auto voor de deur en liepen naar binnen.

Voor ons was slechts één iemand, maar helaas bleek die over een Fred Flinstone auto te bezitten en hij was wel een kwartier bezig om te beschrijven wat er allemaal aan zijn  auto moest gebeuren. Toen waren wij eindelijk aan de beurt.

We komen voor de onderhoudsbeurt zeiden we en noemden onze naam. De man keek in de computer maar kon onze naam niet vinden. “De afspraak is voor vandaag?” vroeg hij. Ja, dat wisten we zeker. Hij vroeg wat het kentekennummer was, maar dat hielp niet. Ook dat kon hij niet vinden. “Waar heeft u de auto staan?” vroeg hij. Misschien hadden we het kentekennummer fout. Ik dacht het niet, maar ik wees naar de auto buiten. De man keek. “Is het die Ford Focus?” “Ja” bevestigden we. “Kan het misschien zijn dat u een afspraak heeft bij de Ford garage? Die is hier naast. Wij zijn de Opel-garage”

We bleken bij de verkeerde garage te staan. We hadden nog als zwak excuus dat de achterkanten van al die werkplaatsen op elkaar lijken  – hoe de voorkant van de Ford-garage er uit ziet wisten wij wel –  maar toch, erg slim was het niet.

Alsof Hamilton tijdens de race stopt voor de pitsbox van Verstappen.