Categorie archief: Schrijven

750

Dit is mijn 750ste blogpost. 750 is een mooi rond getal. Het is ook deelbaar door veel “mooie” getallen: 1, 2, 3, 5, 6, 10, 15, 25, 50, 75, 100, 125, 150 en 250. Net geen priemgetal dus. Ok, het is ook deelbaar door alle andere getallen, behalve door nul – delen door nul is flauwe kul – maar dan hou je een rest over.

Mensen houden van ronde getallen, behalve als het om prijzen gaat. Een laptop van €499 klinkt veel goedkoper dan een laptop van €500 terwijl het toch echt maar één euro scheelt. Mensen laten zich snel door getallen beïnvloeden. Een voorbeeld daarvan is een beroemd geworden experiment dat in de zeventiger jaren door twee Amerikaanse professoren werd uitgevoerd.

Ze vroegen een grote groep mensen in te schatten hoeveel procent van de Afrikaanse landen op dat moment lid was van de Verenigde Naties. Maar voordat ze deze vraag mochten beantwoorden, moesten ze eerst een balletje pakken uit een emmer met 100 ballen, genummerd van 1 tot en met 100, en het getrokken nummer hardop zeggen. Daarna moesten ze de vraag over het percentage landen dat lid was beantwoorden.

Het bleek dat de groep mensen die een laag nummer hadden getrokken (een getal tussen de 0 en 20) het percentage Afrikaanse landen dat lid was van de Verenigde Naties gemiddeld zo’n twintig procent lager inschatte dan de mensen die een hoog getal (een getal tussen de 80 en 100) hadden getrokken. Raar maar waar.

Kunt u wat met deze kennis? Jazeker. Als u in onderhandeling bent met een verkoper van een tweedehandsauto, vraag dan vlak voor de vraag wat de auto moet kosten dus nooit hoeveel kilometer de auto heeft gereden, maar vraag hoeveel versnellingen de auto heeft.

Terug nu naar mijn 750 blogposts. Worden deze veel gelezen? Niet echt. Gemiddeld had ik in 2018 209 unieke bezoekers per maand. (Hierbij tel ik dan alleen de bezoekers die langer dan 2 minuten per bezoek op mijn site bleven. Dit om bots en ander gespuis uit te sluiten.) Veel groei zit er niet in. Zie deze grafiek.

000000 b

In de grafiek is een piek te zien en wel in oktober 2017. In die maand kreeg ik opeens twee keer zoveel bezoekers als normaal. Dat kwam door één specifieke blogpost die over Piet Mondriaan en De Stijl ging.

Ik beschreef in deze post een bezoek aan één van de vele tentoonstellingen die dat jaar naar aanleiding van ‘100 jaar De Stijl’ in Den Haag werden georganiseerd. Blijkbaar waren veel mensen in die tijd op zoek naar informatie over deze Mondriaan en De Stijl-tentoonstelling. De blogpost trok in 2017 liefst 5750 lezers. Vandaag de dag wordt de blogpost nauwelijks meer gelezen. In 2019 bijvoorbeeld tot nu toe nog maar zestien keer.

Zie hieronder een top 10 van de blogposts en pagina’s die in 2018 het vaakst bezocht zijn, aangevuld met de vaakst gelezen blogposts van mijn site van andere jaren.

000000 aDe groen gekleurde vakjes geven de blogpost / pagina aan die dat jaar het vaakst gelezen werd.

Het meest gelezen onderdeel in 2018 van mijn site is een portret uit mijn serie over de mensen achter de computer en wel het portret over Archimedes.  (Mochten er fouten in staan, dan zullen vermoedelijk hele generaties schoolkinderen deze vergissingen opnemen in hun werkstukken over Archimedes.)

Naast de blogpost over Mondriaan en de Stijl is er nog één blogpost met een opvallend aantal bezoekers en wel ééntje over ouderdom. Ik plaatste die blogpost al in februari 2016 maar pas in 2017 werd hij veel gelezen. Misschien kwam dat omdat dat jaar de Italiaanse Emma Morano overleed. Zij was op dat moment 117 jaar oud en daarmee de oudste mens ter wereld. Zij kwam ook voor in die blogpost over ouderdom.

Structureel is een blogpost over de vraag waardoor het wasgoed bij het wassen in het dekbedovertrek kruipt mijn meest gelezen blogpost. Vermoedelijk zijn mensen die oplossingen voor dit probleem zoeken mijn lezers dus.

Tot slot, naast blogposts schrijf ik ook nog over andere zaken op mijn site, zoals over de mensen achter de computer, over Vermeer en over Sequoiabomen, 63 pagina’s in totaal. Samen met die 750 blogposts heb ik dus 813 keer iets geplaatst.

813 is ook een mooi getal, al moet je daar wel even aan wennen.

000000 c

813, een Amerikaanse speelfilm uit 1920; waarschijnlijk zijn alle exemplaren verloren gegaan.

Denkend aan Holland

De bekendste dichtregel van Nederland luidt waarschijnlijk: “Denkend aan Holland zie ik breede rivieren traag door oneindig laagland gaan, rijen ondenkbaar ijle populieren als hoge pluimen aan den einder staan;”

Ze zijn afkomstig uit het gedicht ‘Herinnering aan Holland ’ van Hendrik Marsman.

00000 gedicht1

Hendrik Marsman publiceerde het gedicht in 1936. Hij was toen 36 jaar oud. Marsman verbleef vaak en lang in het buitenland. Vermoedelijk heeft hij het gedicht in Frankrijk geschreven.

Toen de Tweede Wereldoorlog uitbrak, bevond hij zich samen met zijn vrouw ook in Frankrijk. Hij besloot om samen met een twintigtal andere vluchtelingen met een boot van Bordeaux naar Engeland af te reizen, maar zou er niet aankomen.

00000 Marsman 00000 mevrouw MarsmanHendrik Marsman en zijn vrouw Rien Marsman-Barendregt.

Op 21 juni 1940 werd het schip, de Berenice, in de golf van Biskaje (vermoedelijk) getorpedeerd door de Duitse onderzeeër U65. (Sommige bronnen houden het echter op een ontploffing in de machinekamer.) Alleen de acht personen die zich aan dek bevonden, waaronder Marsman’s vrouw Rien Marsman-Barendregt, zouden de ramp overleven.

Marsman bevond zich benedendeks en stierf op veertigjarige leeftijd. Op de site van het Literatuurmuseum staat een uitgebreid verhaal over het overlijden van Marsman. Ik citeer even een paar regels.

Alleen wie zich op dat moment bovendeks bevindt heeft een kans de ramp te overleven. Voor slechts acht van de 47 opvarenden is dat het geval: de kapitein, zes bemanningsleden en – als enige van de vluchtelingen – Rien Marsman. Haar redding heeft ze te danken aan twee nogal triviale omstandigheden: als enige passagier draagt ze permanent een zwemvest aan boord, en ook bevindt ze zich als enige passagier op het bovendek, waar ze bezig is het ontbijt klaar te maken.

Volgens Riens eigen verhaal is ze door de explosie in zee geslingerd en heeft ze zich drijvende kunnen houden aan een stuk wrakhout. Ze wordt opgepikt door een schip dat vanaf Bordeaux met de Berenice in konvooi voer. Daarmee bereikt ze Engeland, waar een maandenlang verblijf in ziekenhuizen volgt. Rien heeft dermate zware verwondingen aan haar voet opgelopen dat ze meermalen moet worden geopereerd

Tijdens de oorlog raakte ze bevriend met Koningin Wilhelmina. Rien Marsman-Barendregt zou in 1948 onder de titel ‘Haar werk ging door’, een boek over het verblijf van prinses Juliana in Canada schrijven. Ze stierf in 1953 op 56-jarige leeftijd.

Ik moest gisteren opeens aan het gedicht van Marsman denken toen ik al fietsend in onze gemeente een bedrijf bezig zag met het omzagen van een ‘rij ondenkbaar ijle populieren’.

00000 pop 1

00000 pop 3

00000 pop 2

Het is maar goed dat Marsman niet heden ten dage in onze gemeente leefde. Dan zou het gedicht er ongetwijfeld heel anders uit hebben gezien.

00000 gedicht2

Recensies

In 2009 verscheen bij Uitgeverij Atlas mijn vierde boek ‘Een kleine geschiedenis van het voetballen’. Voor het eerst kreeg ik een negatieve recensie.  Tot dan aan toe had ik voor mijn boeken alleen maar positieve recensies gekregen. De negatieve recensie was van Gerry van der List van Elsevier.  Hij vond het voorwoord van Bert Wagendorp leuk, maar dan had je het leuke ook wel gehad, daar kwam het zo ongeveer op neer.

Bij Atlas waren ze niet onder de indruk van zijn recensie. Een slechte kritiek van Van der List was juist een goed teken vonden ze. “Geen enkel vernieuwend inzicht, geen enkele prikkelende these, geen enkele verrassende theorie”. Dat schreef Van der List; niet over mijn boek, maar over ‘De eeuw van mijn vader’ van Geert Mak. Dat boek verkocht een paar honderdduizend exemplaren en werd boek van het jaar.

Ik kreeg ook positieve recensies.  Van de Volkskrant kreeg het vier sterren en de Belgische internetsite ‘Sportliteratuur’ gaf het zelfs een plaatsje op hun lijst van de 25 beste sportboeken van de laatste vijf jaar.  (“Het boek is een goed gedocumenteerde kluif, maar één die niet gaat vervelen door de vele sappige randverhalen en de lichte schrijfstijl van de auteur.”) Ja, ja!

Mark Twain zou zeggen: “Ik houd van kritiek, maar ik moet het er wel mee eens zijn.”

Ook mijn neefje gaf op Bol.com  net zoals bij mijn vorige boeken zijn gebruikelijke positieve recensie. Deze keer schreef hij: “Wederom een goeie uitleg over voetballen en zeker voor de echte liefhebber een aanrader! Maar hij vulde echter ook de onderwerpen ‘Pluspunten’ en ‘Minpunten in. Bij de ‘Pluspunten’ schreef hij “Heldere uitleg” (dat was heel goed), maar vervolgens ging hij ook nog  iets bij de ‘Minpunten’ invullen! “Alleen voor voetballiefhebbers” schreef hij. Was hij nou helemaal gek geworden?

Maar goed, hier moest ik aan denken toen ik gisteren op de site van de New York Times een artikel las waarin ze met de nodige zelfspot terug keken op een aantal negatieve recensies van boeken die wereldberoemd zouden worden. Zo waren ze in in 1860 niet zo overtuigd van de argumenten die Charles Darwin opvoerde in  ‘On the Origin of Species’.

000 recensies

Nog een paar voorbeelden van historische recensies van de New York Times.

000 NYT!

000 nyt 2

000 nyt 4

000 nyt 3

000 nyt 5

000 nyt6

En zo hebben ze nog een aantal recensies uit het verleden opgeduikeld. Dus bent u bang om ergens kritiek op te krijgen, denk dan aan de wijze woorden van Aristoteles die ooit – ruim 2300 jaar geleden –  gezegd schijnt te hebben:

Er is maar één manier om kritiek te vermijden: niets doen, niets zeggen en niets zijn.

Forrest Trump

Als je zoveel tweet als Donald Trump is het logisch dat je af en toe een spelfout maakt. Het beroemdste voorbeeld hiervan is zijn ‘Covfefe’ tweet uit 2017.

0 Covfefe

Hoewel, waarschijnlijk betreft het hier geen spelfout maar viel hij in slaap bovenop zijn mobiel.

Een maandje geleden verkondigde hij dat er ‘NO COLLUSION’ was. (Trump houdt er wel van om af en toe wat HOOFDLETTERS te gebruiken.) Er was geen enkel bewijs voor de collusion twitterde Trump. No ‘Smocking Gun’. In eerste instantie denk je nog aan een typefout, maar gezien het feit dat hij het woord twee keer fout spelde, kan het ook heel goed zijn dat hij niet wist hoe je Smoking Gun moest schrijven.

0 forrest trump2

Trump verbeterde deze fout niet en liet de tweet zo staan.

Dat deed hij niet met een tweet die hij eergisteren plaatste. Daarin had hij het over ‘forrest’ in plaats van ‘forest’. Al snel werd de tweet weggehaald en vervangen door een tweet met de juiste spelling van het woord ‘forest’. Maar het was al te laat. Afbeeldingen van de tweet met het fout gespelde woord zwierven al over het internet, waarbij zo’n beetje iedereen dezelfde grap bedacht: Forrest Trump.

0 forrest trump3

0 firrest

Nu was dit een spelfoutje zonder veel grote gevolgen (behalve wellicht voor het ego van de president).

Veel kostbaarder (18,5 miljoen dollar) was een typefout die een programmeur van de NASA in 1962 maakte. Het was de bedoeling dat de sonde Mariner-1 naar Venus zou vliegen. In een reeks van software-instructies vergat de programmeur ergens een ‘-‘ te typen (andere bronnen spreken van een vergeten komma), waardoor de raket die de sonde de ruimte in moest schieten, een instructie verkeerd uitvoerde. De raket raakte hierdoor onbestuurbaar en moest vijf minuten na de lancering tot ontploffing worden gebracht.

0 spelfoutje

1962: de Mariner-1 gaat met een typefoutje aan boord omhoog.

 

Bekende Go Ahead fans

Behalve dat ik op dit blog schrijf, plaats ik af en toe ook wel eens een tweet op Twitter. Niet vaak overigens. Ik voorspel soms de uitslag van wedstrijden van mijn favoriete club Go Ahead Eagles (ik voorspel altijd dat ze met 5-1 winnen; tot nu toe zat ik altijd mis) of als Donald Trump weer eens iets stoms twittert, dan reageer ik soms op hem met een citaat zoals “Any man can make mistakes, but only an idiot persists in his error” (Cicero) of “It is better to keep your mouth closed and let people think you are a fool than to open it and remove all doubt.” (Mark Twain)

Ik had eind december dan ook niet veel volgers: acht stuks, waaronder de oudste dochter, de echtgenoot van mijn nichtje, enkele Go ahead fans en een hotel in Rome (die mij ging volgen nadat ik een foto van een meeuw in Rome had getwitterd).

Hoog tijd om eens wat meer volgers te genereren vond ik. Ik heb eens naar Donald Trump (57 miljoen volgers) gekeken hoe hij dat doet. Het concept is simpel. Je zoekt een doelgroep, twittert berichten die de doelgroep graag hoort – het doet er niet toe of die waar zijn of niet –  en voila, de volgers stromen toe. Geweldige man, geweldige president (u ziet, ik ben al aan het oefenen op fake news).

Als doelgroep koos ik voor Go Ahead fans. Daar kan ik mij mee identificeren. Het plan was om foto’s van bekende mensen te tweeten en hen dan tot Go Ahead fans te bestempelen. Als eerste plaatste ik op 28 december een foto van de aankomst op Schiphol van Audrey Hepburn en haar echtgenoot Mel Ferrer die bij die gelegenheid ergens verbaasd naar zaten te kijken. Daarbij verzon ik het volgende bijschrijft:

“30 oktober 1966 Go Ahead – Ajax 2-3. Go ahead fans Audrey Hepburn en Mel Ferrer zien tot hun ontsteltenis op een groot tv-scherm hoe doelman Nico van Zoghel van #Kowet, nadat hij eerder in de wedstrijd wel een penalty benutte, in de 89e minuut een strafschop mist

1 tweet

Dit is een typisch voorbeeld van een fake news tweet. Een deel klopt (dat van die gemiste strafschop en de datum van de wedstrijd) maar de rest uiteraard niet, althans zover ik weet.

De tweet leverde geen enkele reactie op. Dit in tegenstelling tot de tweet van de dag erna. Hierop was Mohammed Ali te zien die als toerist door Volendam liep. Ik liet hem echter als Go Ahead fan op weg zijn naar Volendam – Go Ahead.

2 tweet

Iemand merkte op dat Go Ahead Eagles en Volendam in 1976 helemaal niet in dezelfde klasse speelden – Go Ahead Eagles speelde dat jaar in de Eredivisie en Volendam in de eerste divisie –  maar ik antwoordde: “Dat is een detail. Het gaat om de grote lijnen. Wie is er geen fan van Go Ahead Eagles.”

Met Volendam had ik ook mijn ideale “tegenstander” voor Go Ahead gevonden. Daar kon ik rustig over twitteren dat Go Ahead er met 5-1 van had gewonnen. Maar eerst plaatste ik nog een tweet waarbij ik de rij waarin minister-president Drees stond voor de verkiezingen veranderde in een rij voor ADO – Go Ahead. Na het plaatsen van deze tweet kreeg ik er twee volgers bij (allebei Go Ahead fans gezien hun profiel).

tweet 4

Kijk, het concept werkte en enthousiast begon ik in hoog tempo allerlei tweets over bekende fans van Go Ahead te plaatsten. Het was niet moeilijk die tweets te bedenken. Gewoon even een oude rechtenvrije foto in het Nationaal Archief of in de Wikipedia zoeken en daarbij een onderschrift verzinnen. Fake news verzinnen is echt heel makkelijk (en dit is geen fake news). Het enige lastige punt was dat ik me moest beperken tot 280 tekens (het maximum van Twitter). Zie hier een selectie van de tweets die ik plaatste.

tweet 5 tweet 7

tweet 8

tweet 9

tweet 10

tweet 11

tweet 12

tweet 13

tweet 15

tweet 14

Begin januari had ik er weer twee volgers bij en stond ik op twaalf stuks (waarvan de meeste Go Ahead fans zijn; die mogen graag lezen dat wij met 5-1 (gaan) winnen.) Maar echt opschieten deed het niet (al klinkt het procentueel gezien wel goed: een 50% toename) en dus ben ik maar met mijn fake news tweets over bekende Go Ahead fans opgehouden.

Mijn laatste tweet over een bekende Go Ahead fan betrof  president Abraham Lincoln: Hij is de man van het citaat: “Don’t believe everything you read on the Internet.” Zo is het maar net.

tweet 16

p.s. In 2018 heeft volgens de factcheckers van de Washington Post President Trump meer dan 5.600 keer iets verteld dat op gespannen voet stond met de waarheid, om het eens voorzichtig te zeggen. Ten opzichte van de 1.989 ‘false and misleading claims’ uit 2017 was dat een forse stijging.

Eindejaarsoverzicht

Het jaar zit er weer bijna op. Dit is mijn laatste blogpost van dit jaar. Ik heb in 2018, inclusief deze blogpost, 227 blogposts geplaatst, zeven verhalen toegevoegd aan mijn serie over de vijftig mensen achter de computer – dat schiet niet  erg op – en drie keer over een vermist schilderij van Vermeer geschreven (dat schiet helemaal niet op). Nu wordt deze site gehost bij Neostrada en die stellen een controlepanel ter beschikking waardoor ik kan zien hoe vaak deze site wordt bezocht en welke pagina’s het meest bekeken worden.

000000 grafiek per maand

Tijd dus voor een jaaroverzicht. Dit jaar had ik gemiddeld zo’n 2.600 unieke bezoekers per maand. Daar zitten echter heel veel “robots, worms, or replies with special HTTP status codes” tussen. Zo heb ik bijvoorbeeld heel veel bezoekers uit Rusland en China. Gezien het feit dat ik in het Nederlands schrijf, is dat tamelijk opmerkelijk.

000000 grafiek landen

Ik kan in mijn ‘statistics’ programma zien hoe lang bezoekers gemiddeld op mijn site blijven. Liefst  90% van mijn bezoekers (dat zullen vooral die robots zijn) is binnen 30 seconden al weer weg en nog eens 2% vertrekt binnen twee minuten.

Kijk ik alleen naar de bezoekers die langer dan twee minuten op mijn site blijven, dan had ik dit jaar gemiddeld zo’n 208 unieke bezoekers per maand. Dat is iets minder dan in 2017. Toen waren het er 221. (In 2016 had ik gemiddeld 82 unieke bezoekers per maand.) Gemiddeld bekeken de bezoekers twee pagina’s per bezoek.

De lichte daling van het aantal unieke bezoekers ten opzichte van 2017 komt vooral doordat ik vorig jaar één blogpost had, eentje over Mondriaan, die mede vanwege het Mondriaan-jaar toen heel veel bezoekers trok (5750 stuks). Dit jaar trok het meest gelezen item (een stuk over Archimedes) “slechts” 1368 bezoekers.

Grafisch ziet de ontwikkeling van het gecorrigeerde aantal unieke bezoekers per maand vanaf september 2015 tot heden er als volgt uit.

000000 grafiek

De meest gelezen items op mijn site in 2018 (met tussen haakjes hun plaats in de top 10 van vorig jaar) waren:

  1. (-) De Mensen achter de Computer: Archimedes: 1368 keer
  2. (-) Hyper realistische beelden (over een tentoonstelling in de Kunsthal): 1192 keer
  3. (4) De sequoia-bomen op YouTube: 1109 keer
  4. (9) Naar mijn mening (over een taalkundige kwestie): 911 keer
  5. (3) Waardoor kruipt het wasgoed bij het wassen in het dekbedovertrek?: 815 keer
  6. (-) Stayin Alive (over hoe je hartmassage moet geven): 593 keer
  7. (2) Over ouderdom (3) (over honderd-plussers): 590 keer;
  8. (-) De Mensen achter de Computer: Ada Lovelace: 540 keer
  9. (5) De Sequoia Gigantea: Hoofdstuk 9: over hoe je zelf een Sequoia kan kweken: 532 keer
  10. (-) De Mensen achter de Computer: John Napier: 352 keer

In  2017 was zoals gemeld een blogpost over ‘Mondriaan en De Stijl’ met 5750 stuks veruit het meest gelezen item. Dat 2017 het Mondriaan-jaar was, en er in Den Haag een grote Mondriaan-tentoonstelling was, zal daar mede de oorzaak van zijn. In 2018 werd deze blogpost nog maar 84 keer gelezen. ‘Het oor van Van Gogh (2)’, over welk oor hij nou afsneed, was in zowel in 2017 als in 2018 met een elfde plaats de runner-up.

De nummer 1, 2 en 6 van de top 10  van de meest gelezen items in  2018 zijn dit jaar geplaatst, logisch dus dat niet in de top 10 van 2017 voorkomen. Het lijkt er op, mede gezien de nieuwe nummer 1, dat er dit jaar wat meer belangstelling is voor oude wetenschappers uit de serie ‘de mensen achter de computer‘.

Voor wat betreft de dag en het uur geldt dat mijn site het vaakst op een donderdag wordt bezocht. Qua tijdstip wordt mijn site het meest in de ochtend gelezen.

000000 grafiek per weekdag

000000 grafiek per uur

Tot slot: 73% van mijn bezoekers gebruikt Windows als operating system, 7% Linux, 6% Macintosch, 4% iOS en van de overige 10% bezoekers kon mijn meetsysteempje niet vertellen welk operating system ze gebruikten.

De meest gebruikte browser was Google Chrome (38%), gevolgd door MS Internet Explorer (19%), Firefox (17%), Mozilla en Safari (beide 7%) plus nog wat kleintjes.

Niet dat ik ook maar iets met al die informatie doe. Voor wat dat betreft loop ik nog op klompen.

000000 Zaanse Schans 2010

Maar goed, ik wens tot besluit in ieder geval alle bezoekers van deze site een mooi en gezond 2019 toe.

The Sound of Music

Rondom kerst zie je heel vaak de Sound of Music voorbij komen. Vanavond zijn bij voorbeeld de belevenissen van de familie Von Trapp te zien op Net 5. In de tijd dat ik nog het nutteloze kennisparadijs voor de Volkskrant schreef, heb ik ook een aantal keer over deze zingende familie geschreven.

In de column getiteld ‘Ballonvaart met grote gevolgen’, een column vol met nutteloze kennis, komt kapitein Von Trapp aan het einde van de column ook even opdraven.

“In 1873 zagen de verbaasde bemanningsleden van de Engelse visserboot Grand Charge hoe vlak voor de kust van Noorwegen een luchtballon in zee plonsde. Aan boord bevonden zich Jules Duruof en zijn vrouw Caroline. Drie dagen eerder waren deze vanuit Calais opgestegen in een poging om per luchtballon het Kanaal vanuit Frankrijk naar Engeland over te steken. Boven zee bleek de wind anders te staan dan gedacht en drie dagen lang waaiden ze over de Noordzee richting Noorwegen.

De Duruof’s werden gered en terug in Frankrijk kregen ze een heldenontvangst. Duruof was populair. Drie jaar eerder was hij bekend geworden als ‘De Aëronaut van Parijs’. In 1870 brak de Frans – Duitse oorlog uit. In september was Parijs helemaal omsingeld door de Duitsers. Niemand kon de stad in of uit. Omdat de stad helemaal was afgesloten kon ook de post niet op een normale manier Parijs verlaten. Wel met een bijzonder transportmiddel: de luchtballon.

Julus Duruof was de eerste aëronaut die het luchtruim koos. Samen met 125 kg post steeg hij in de vroege ochtend van 23 september 1870 op vanaf Montmartre. De slaperige Duitsers zagen tot hun verbazing een ballon over hun linies heen vliegen, te hoog voor hun geschut. Boven het vijandelijke kamp strooide Duruof kwistig met zijn visitekaartje. Honderd kilometer verderop zette hij de ballon veilig aan de grond. De post werd via de normale weg verder bezorgd.

Nadat op deze wijze drie succesvolle ballonvluchten vanuit Parijs waren gemaakt, ging met de vierde vlucht de Franse minister van binnenlandse zaken, Leon Gambetta, mee, Hij wou zich bij de rest van de Franse regering voegen die zich in Tours bevond. De ballon vloog echter te laag, binnen het bereik van de Duitse geweren. Eén kogel schampte de hand van Gambetta maar uiteindelijk passeerde ook hij veilig en wel de Duitse linies. Na een moeizame landing, de mand belandde in een grote boom, voegde hij zich bij de rest van de Franse regering en nam het voortouw in de strijd tegen de Duitsers. Nadat de oorlog was afgelopen stond Gambetta aan de wieg van de Derde Franse Republiek.

Vanwege deze verdiensten werd na zijn overlijden een Frans oorlogsschip naar hem genoemd. Deze Gambetta, een kruiser, voer niet onder een gelukkig gesternte. Tijdens de Eerste Wereldoorlog werd ze op 27 april 1915 in de Middellandse Zee door een torpedo getroffen. Die was afgevuurd door de Oostenrijkse onderzeeboot U5. Binnen tien minuten zonk de Gambetta, 684 bemanningsleden kwamen om het leven.

De kapitein van de Oostenrijkse onderzeeër was een zekere Georg von Trapp. Deze had in dienst van de Oostenrijkse marine al veel gevaar doorstaan, zoals een typhoon in de Straat van Formosa en de Boksersopstand in China van 1900. Het tot zinken brengen van de Gambetta werd in Oostenrijk luid bejubeld. Georg von Trapp werd een oorlogsheld. Hij kreeg de baronstitel en in Oostenrijk kon men ansichtkaarten met zijn foto en de U5 erop kopen.

Georg von Trapp was in 1911 getrouwd met de Engelse Agathe Whitehead, kleindochter van Robert Whitehead, de uitvinder van de torpedo. Samen kregen ze zeven kinderen. In 1922 overleed zij op 32-jarige leeftijd aan de gevolgen van roodvonk. Later zou Georg von Trapp bekend worden als de zingende kapitein (‘a captain with seven children’) uit de legendarische film ’The Sound of Music’.

00000 1945 Von TrappDe man staande op deze onderzeeboot is de werkelijk kapitein von Trapp.

Ook in een column over filmfoutjes komt de Sound of Music voor. Zie hieronder deze column met aan het begin en aan het einde filmfoutjes uit de Sound of Music.

“De film ‘The Sound of Music’ uit 1965 is gebaseerd op de levensgeschiedenis van de familie Von Trapp. De film eindigt met de scène waarin de hoofdpersonen, de kapitein, Maria en de zeven kinderen van de kapitein uit zijn eerste huwelijk, lopend over een berg, Oostenrijk ontvluchten voor de Duitsers. Dat een film ‘based on a true story’ is, wil nog niet zeggen dat elke scène exact de werkelijkheid weergeeft. Op het moment van hun vlucht hadden de kapitein en Maria (in het echt heette zij Gustl) namelijk samen ook nog twee kinderen en was zij zwanger van haar derde. Dit gegeven paste echter niet in het verhaal en deze kinderen komen in de film niet voor.”

00000 1945 Von Trapp 2 00000 1945 Von Trapp 3

De werkelijke kapitein Von Trapp en de werkelijke Maria von Trapp

Onjuistheden in films die gebaseerd zijn op waar gebeurde verhalen of een historische gebeurtenis komen vaker voor. Soms gebeurt het per ongeluk. In de film ‘Troy’ is voor de oplettende kijker bij één van de scènes heel even, in een hoekje van het beeld, een verkeersvliegtuig te zien dat hoog over vliegt. Geen wonder dat de Trojanen schrokken en het paard naar binnen haalden.

Soms gebeurt het uit slordigheid. Zowel in ‘Ben Hur’ als in de ‘Tien Geboden’ komt de klassieke fout voor dat één van de acteurs een horloge draagt. In de film ‘Gladiator’ zijn per ongeluk in een paardenstalscène de benen te zien van een filmmedewerker. Dat zou niet zo erg zijn ware het niet hij een spijkerbroek draagt.

In de film ’Alexander’ uit 2004 liet regisseur Oliver Stone de destijds 77-jarige Christopher Plummer – de kapitein uit the Sound of Music – de rol van Aristoteles spelen. Hele generaties scholieren zullen nu in hun op deze film gebaseerde werkstukken schrijven dat Alexander de Grote werd bijgestaan door de wijze oude Aristoteles. Wijs was hij wel maar niet oud. In werkelijkheid was Aristoteles veertig toen hij zich met de opvoeding van Alexander ging bemoeien.

Soms ontstaan filmfouten doordat de scènes niet in dezelfde volgorde worden opgenomen als waarin ze in de film te zien zijn. Zo komt er in de film ‘Spider-Man’ een scène voor waarin de held twee schurken door een raam gooit, vervolgens het gevecht aan gaat met nog twee schurken en als ook dat gewonnen is, komt het raam weer eventjes in beeld. Helemaal heel.

Ook vergist de scenarioschrijver zich wel eens in de datum van een bepaalde gebeurtenis. De film ‘Titanic’ (over de scheepsramp uit 1912) zit vol met dat soort foutjes. Zo dreigt hoofdpersoon Rose (Kate Winslet) in het begin van de film in het water te springen. Om haar te kalmeren vertelt de andere hoofdpersoon Jack (Leonardo DiCaprio) over het koude water van Lake Wissota. Dat is opmerkelijk want het meer ontstond pas in 1918 dankzij een stuwdam in de Chippewa River.

Verderop in de film vertelt Rose over theorieën, die Sigmund Freud pas in 1920 zou publiceren en worden er in de film filtersigaretten gerookt. Die bestonden in 1912 nog niet. Het digitale horloge dat een van de passagiers in de reddingsboten draagt evenmin. Aan het einde van de film ziet Rose het verlichte Vrijheidsbeeld, met een goudkleurige fakkel. Het Vrijheidsbeeld was in 1912 niet verlicht en de fakkel was toen grijs. Pas in 1986 werd de vlam goudkleurig geschilderd.

Nog even over de slotscène van de Sound of Music, in de film loopt de familie Von Trapp over de bergen bij Salzburg om zo de Duitsers te ontvluchten. Dat zou niet verstandig geweest zijn. De enige begaanbare bergpas vanuit Salzburg komt namelijk in Duitsland uit. In werkelijkheid nam het gezin dan ook de trein naar Italië.”

Kijk, krijgt u zomaar twee columns voor de prijs van één. U moet maar denken, het is bijna kerstmis.  Het is de kerstgedachte om iets extra’s voor anderen te doen.

 

 

 

De bordjes van Decathlon

Zaterdag was ik met Marianne en de jongste dochter in de Decathlon in Rotterdam. Dat is een Franse sportwinkelketen die ook een zestiental vestigingen in Nederland heeft. De dames hadden nieuwe sportkleding nodig. Ik niet, mijn sportkleding is nog lang niet versleten.

Omdat het uitzoeken van kleding bij de dames iets is wat een zorgvuldig proces vereist, had ik uitgebreid de tijd om door de zaak te lopen en de bordjes bij de verschillende sportattributen te bestuderen. Daar waren er heel veel van, want het was een grote zaak. Voor haast elke doelgroep had Decathlon wel een product.

Uit de categorie wandelschoenen voor heren:

000000-d1aWandelschoenen geschikt voor: ‘heren die 2 tot 3 keer per week en/of drie kwartier tot 1 uur aan een stuk sportief wandelen bij droog weer’.

Uit de categorie ski-onderbroeken voor dames:

000000-d4Dames skionderbroeken: ontworpen voor skiesters en snowboardsters op zoek naar een heel warme en technische driekwart skionderbroek.”

Dat “warme” snap ik, dat “driekwart” ook, maar dat ‘technische’? Sinds wanneer zijn onderbroeken technisch? De mijne in ieder geval niet.

Ik moet trouwens zeggen dat Decathlon voor wat betreft de informatiebordjes er zich niet met een Jantje van Leiden vanaf had gemaakt. Bij elk product stond naast een beschrijving waarin stond aangegeven voor wie het product geschikt was ook wat de belangrijkste eigenschappen van het product waren.

000000-d1 (“Stijfheid: De flex van 95 kan dalen tot 85 voor meer vergevings-gezindheid.”; “Heel gemakkelijk aan te trekken dankzij de bi-injectie schaal”; “Goed isolerend om de warmte vast te houden”)

Ik moet eerlijk zeggen dat ik van het bovenstaande niet alles goed begreep (de warmte wel maar de rest niet – die stijfkoppige skiër moet wat meer vergevingsgezind zijn?), maar ik ben dan ook geen gevorderde skiër die op zoek is naar stijve schoenen voor een goede krachtoverbrenging.

000000-d skiGeschikt voor skiërs die achterwaarts skiën met de ski’s in een hoek van negentig graden

Soms moest ik wel even nadenken wat ze bedoelden te zeggen. Neem deze jas, die is: “Gemakkelijk op te vouwen in de linkerzak

000000-d5Gemakkelijk op te vouwen in de linkerzak dankzij een rits met dubbele runner

Heel even dacht ik dat als je met zijn tweeën was en je droeg allebei zo’n jas, dat de ene dan zijn jas uit kon doen, deze vervolgens kon opvouwen en dan bij de ander in de linkerzak kon stoppen. “Waarom zou je dat willen doen?” vroeg ik me af. Totdat ik me realiseerde dat die linkerzak bedoeld was als opbergsysteem voor de jas zelf. (Waar laat je trouwens daarna die linkerzak?)

Uiteraard heb ik de bordjes ook even gecontroleerd op taalfouten. Ik moet zeggen dat ik weinig spelfouten zag.

000000-d0

Uiteraard moet hier ‘verspreidt’ staan en niet ‘verspreid’. Je zegt ook niet ‘je loop’. Maar veel meer spelfouten zag ik niet. Wel her en der krom Nederlands en verkeerde voorzetsels. Dat kwam waarschijnlijk doordat de zinnen vertaald of te veel ingekort waren.

Ook viel het me op dat een hoop spullen waren ontworpen door mensen die zich echt in de klanten konden verplaatsen. Zo hadden ze het onder andere over:

  • Ons team van fervente hikers …
  • Onze ontwerpers die ook zelf skiën …
  • Onze team van ontwikkelaars, stuk voor stuk ouders van jonge skiërtjes …
  • Onze ontwerpers die zelf aan gym doen …

000000-d 00

Tot zover deze blogpost over de bordjes van Decathlon, geschreven door een schrijver die zelf ook blogposts schrijft.

De plank mis slaan

Vanochtend keek ik op de site van het AD en zag daar deze twee berichten pal naast elkaar staan. Blijkbaar had de koppenmaker van de krant de uitdrukking ‘geld op de plank liggen’ in zijn hoofd. Zowel de verpleeghuizen als de universiteiten lieten het op de plank liggen.

000 plank

De vraag is natuurlijk op welke plank moeten zij kijken? Het antwoord luidt: op de bovenste plank. Immers daar ligt het goede. Ik citeer nu even een stukje van de site van Onze Taal uit 2011:

Als gezegd wordt dat iets van de bovenste plank is, is het zeer goed, het beste in zijn soort. En als van iemand wordt gezegd dat hij van de bovenste plank is, wil dat zeggen dat het een prima persoon is. Het Groot Uitdrukkingenwoordenboek van Van Dale (2006) vermeldt dat van de bovenste plank ook weleens ironisch wordt gebruikt, zoals in ‘Dat plastic speelgoed dat haast niets kost, is echt rotzooi van de bovenste plank’ (‘heel erge rotzooi’).

 Deze uitdrukking gaat terug op het algemene principe dat spullen die je niet dagelijks gebruikt, niet voor het grijpen hoeven te liggen en dus op de bovenste plank worden bewaard. Dat geldt zeker voor de mooie spullen, die immers alleen bij feestelijke gelegenheden worden gebruikt. Bovendien zijn we er zuinig op, en op de bovenste plank staan ze het veiligst. De gedachte dat de spullen op de bovenste plank het mooist zijn, leidde ertoe dat van de bovenste plank de betekenis ‘het beste’ kreeg.”

000 ezel1948; Een Druus met een met lange planken beladen ezel op een landweg in Galilea; foto Willem van de Poll; Nationaal Archief

Er zijn veel uitdrukkingen met het woord ‘plank’. Ik heb er even op gezocht. Sommige uitdrukkingen kende ik, maar van anderen had ik nog nooit gehoord. Een paar voorbeelden”

  • Brood op de plank hebben (voldoende inkomen hebben)
  • Zo stijf als een plank zijn (erg stijf zijn)
  • Plankenkoorts hebben (zenuwachtig zijn voor een presentatie / voorstelling)
  • Op de planken staan (een voorstelling geven)
  • Plankgas geven (erg hard rijden)
  • Van de plank vallen (ongewenst de aandacht krijgen; De uitdrukking vindt zijn oorsprong in de scheepvaart. Wie van de loopplank in het water valt, kan op de nodige aandacht rekenen.)
  • Twee erwtjes op een plank (een vrouw met kleine borsten; in sommige dialecten wordt wel eens van een vrouw met grote borsten gezegd ‘ze heeft brood op de plank’).
  • Een geeltje van de plank nemen (een oude preek herhalen)
  • Op de plank blijven liggen (er wordt niets mee gedaan)
  • Van dik hout zaagt men planken (deze uitdrukking heeft maar liefst drie betekenissen. Vroeger betekende het vooral ‘heel gemakkelijk geld uitgeven”; Ook wordt er wel mee aangegeven dat er hard wordt gewerkt, maar niet erg netjes; tegenwoordig wordt het meestal in de betekenis ‘flink tekeergaan zonder van tevoren na te denken’ gebruikt.)
  • Hij kan door een eiken plank zien als er een gat in zit (iemand die doet alsof hij een wonderdokter is)
  • Hij is van de bedplank (hij is op de dag af negen maanden na het huwelijk van zijn ouders geboren)
  • Tussen zes planken liggen (dood zijn; de Fransen zeggen overigens ‘Finir entre quatre planches’; die doen het dus met twee plankjes minder.)

Tot slot, vindt u dit geen leuke en interessante  blogpost, tja, dan heb ik ……   inderdaad, geen goede blogpost geschreven.

BNR en de Zwarte Lijst

Gisteren ging om twee uur de telefoon. Een redacteur van BNR Nieuwsradio aan de lijn. Of ik in de uitzending van vier uur iets kon zeggen over de Titanic 2. Sinds het overlijden van Edward P. de Groot – hij schreef meerdere boeken over de Titanic – word ik (in 2012 schreef ik ook een boek over de Titanic) door een aantal radiostations als de deskundige in Nederland op het gebied van de Titanic beschouwd.

000 titanic

Ik ben in de loop van de tijd dan ook al een aantal keer, als de Titanic weer ergens mee in het nieuws kwam, door verschillende radiostations gebeld om mijn deskundig commentaar te geven, onder andere door Mattie en Wietze van Qmusic in de tijd dat ze nog samen waren (dat was een ontzettend leuk en vrolijk gesprek) en door de Belgische Radio 1 (in dat gesprek lieten ze ook een ooggetuigenverslag horen  van een iemand die aan boord van de Titanic had gezeten. Het was in het plat Vlaams; ik verstond er geen woord van.)

De Titanic 2 is een Japans project. Ze bouwen een replica van het schip, alleen wat veiliger en moderner. Ik weet nauwelijks iets van het project af, maar dat was voor de redacteur geen bezwaar. Ik kon wel wat vertellen over de oorspronkelijke Titanic dacht hij. Ja dat kon ik wel maar daar had ik geen zin in. BNR staat namelijk op mijn zwarte lijst.

Ik ben wel eens bij BNR in de uitzending geweest, onder andere een keer als deskundige op het gebied van vrijdag de dertiende – ik ben deskundige op vele gebieden. Over dit optreden schreef ik een keer:

“[…] Het gesprek begon met vragen over bijgelovigheid. Ik vertelde de anekdote over Niels Bohr, in 1922 winnaar van de Nobelprijs voor natuurkunde. Bohr had boven de deur van zijn werkkamer een hoefijzer hangen. Op een dag vroeg een student: “Maar professor, een eminent geleerde als u gelooft toch niet in de werking van een hoefijzer?” Waarop Bohr antwoordde: “Nee natuurlijk niet, maar men heeft mij verzekerd dat, ook al geloof je er niet in, het toch werkt.” Ik vond het een leuke anekdote maar de presentator vertrok geen spier.

 Zijn volgende vraag ging over Triskaidekaphobia dat angst voor het getal 13 betekent. “Triskaidekaphobia, dat is een mooi Scrabblewoord, vindt u niet?” “Nee, ik ben bang dat ik u ongelijk moet geven, het telt 17 letters en het Scrabblebord is niet groter dan 15 bij 15, dus het past niet.” antwoordde ik. Het kwam niet meer goed tussen ons.” […]

De reden dat BNR op mijn zwarte lijst terecht is gekomen is gelegen in die keer dat ze mij in Amsterdam hadden uitgenodigd om iets te vertellen over één van mijn voetbalboeken. Ik reisde af naar de studio van BNR in Amsterdam. Maar toen ik daar aankwam, bleek dat ze ook een andere auteur hadden uitgenodigd om iets over zijn voetbalboek te vertellen. Een misverstand tussen twee redacteuren.

Voor mij was toen geen plaats in de uitzending. Ok, kan gebeuren, ik kreeg excuses, maar toen ik vroeg om een reiskostenvergoeding voor mijn vergeefse reis kreeg ik te horen dat ze dat niet gaven. Was voor rekening van de auteur vonden ze. Tja, ik had er even niet aan gedacht dat de ‘B’ van BNR voor Business stond. Ik besloot ter plekke om ze op mijn zwarte lijst te zetten. Ze staan daar overigens als enige op. “It is lonely at the top”.

Dus BNR, willen jullie in de toekomst gebruik kunnen maken van mij als deskundige, dan zullen jullie  toch echt eerst alsnog die 20 euro reiskostenvergoeding voor mijn vergeefse reis moeten betalen.

Plaksnor

De Heineken-ontvoerder Frans Meijer is eergisteren in Amsterdam door een politieagent neergeschoten. De politie had een melding gekregen over twee personen die zich verdacht gedroegen. Toen een motoragent polshoogte ging nemen, renden twee personen er vandoor. Toen de agent een vuurwapen zag, schoot hij.  Een hoogst opmerkelijk detail uit de berichtgeving was dat beide mannen – de andere man bleek de zoon van Frans Meijer te zijn –  allebei een zwarte plaksnor droegen.

Tja, als ik aan boeven met een plaksnor denk, dan moet ik altijd direct aan de schurken Snuf en Snuitje uit de Pipo de Clown tv-serie denken. Die droegen ook  plaksnorren.

PlaksnorFoto: Beeld en Geluidwiki – Gallery: Pipo de clown

Ook het AD vond het detail van de plaksnor opmerkelijk en plaatste het in de kop van het artikel.

AD kop

Alleen taaltechnisch gezien was de woordvolgorde van de kop niet helemaal juist. Je zou het nu ook kunnen lezen dat de Heinekenontvoerder niet met een pistool maar met een zwarte plaksnor was neergeschoten. Ik was niet de enige die dit zag. Zie bijvoorbeeld deze tweet.

tweet snor

Leuk, maar ach taalfoutjes, laat ik daar zelf maar niet te veel over zeggen, want anders worden er een hoop blogposts van mij aangehaald en moet ik straks, om op  straat niet herkend te worden,  ook een zwarte plaksnor opdoen.

Plaksnor 2

(“Martin van Neck, voor al uw photoshoppen“)

Spreekwoorden verhaspelen

Wellicht heeft u zich afgevraagd waarom er sinds vorige maand drie weken lang geen nieuwe blogposts op deze site stonden. Dat kwam omdat we er even tussen uit waren. Twee weken naar Frankrijk, waarvan een kleine week naar de Loire en een kleine week naar Bretagne. Voor wie wil weten wat we daar gedaan hebben, zie hier het reisverslag. En zie hier mij een steentje van 120.000 kg optillen.

menhir

Terug in Nederland zag ik vandaag dat we toch wat langer zijn weggebleven dan gedacht, want bij Albert Heijn was er al een schap met Sinterklassiekers – let u even op de woordspeling; hij is van AH. Maar goed, we pakken de draad weer op en gaan verder met de blogposts.

We beginnen met een aflevering over verhaspelde spreekwoorden. Zo zei Boudewijn Revis, wethouder in Den Haag, onlangs “Je kunt geen ei breken zonder het te breken”. Waarschijnlijk wilde hij zeggen:  “Je kan geen omelet maken zonder eieren te breken”.

Vooral op tv komt het verhaspelen steeds vaker voor. Komt ook omdat je veel talkshows met deskundigen hebt. Hans Kraay jr in Voetbal Inside: “Dooie honden bijten niet”. Dick Advocaat in een programma met Johan Derksen: “Nou niet dat we nou bij elkaar over de deur kwamen”. Fatimo Moreira de Melo: Dan ben je opnieuw het ei aan het uitvinden”. En een voor mij onbekende deskundige liet zich bij ‘Tijd voor Max’ “met een ooitje in het riet sturen.” Ik geloof niet dat ik hoef te weten wie deze deskundige is. Ik ga hem toch niet inhuren.

Is het nou erg dat verhaspelen? Ja, want spreekwoorden door elkaar halen is als het paard achter de hoorns van de koe spannen en dat wil je niet. Het goed formuleren van een spreekwoord is echt niet zo moeilijk. Een blind paard kan de was doen, maar toch gaat het  vaak fout.

Sommige uitdrukkingen worden zo vaak fout gebezigd dat je soms zelfs gaat twijfelen wat de goede  uitdrukking is. Is het “Door het bos de bomen niet meer zien” of “Door de bomen het bos niet meer zien”? Het goede antwoord luidt: het laatste. De betekenis van door de bomen het bos niet meer zien is: ‘door te veel op details (de bomen) te letten, verlies je het geheel (het bos) uit het oog’. Alleen als je wilt zeggen dat je door te veel naar het geheel te kijken, je de details niet meer ziet, dan moet je uitdrukking andersom zeggen.

Ik zou hier nog wel  meer voorbeelden kunnen geven, maar ik hou het voor gezien. Je moet een open deur niet dicht doen.

 

Een kleindochter voor Poetin

Ik zag op internet een berichtje staan met als kop dat Poetin een kleindochter had gekregen. Dat zou heel goed kunnen. Poetin heeft twee dochters, waarvan er eentje is getrouwd met een Nederlander.

Zij en haar Nederlandse echtgenoot hebben zelfs een tijdje in Nederland in Voorschoten gewoond, een dorp iets verderop bij ons. Ze hadden daar de bovenste twee verdiepingen gekocht van een luxueus appartementencomplex, maar verbleven er zelden. Wel zou Poetin er een keer privé op bezoek zijn geweest en volgens geruchten zelfs met zijn dochter in de plaatselijke AH zijn gesignaleerd. “Spaart u ook de WK-voetbalplaatjes meneer?”

000 poetin2013; Poetin bespreekt met zijn Nederlandse schoonzoon de weekaanbiedingen van Albert Heijn;

Herstel, hier zijn helaas wat onderschriften verwisseld. Op bovenstaande foto is niet Poetin met zijn Nederlandse schoonzoon te zien, maar spreekt Poetin tijdens een bezoek aan Nederland in april 2013 in het Scheepvaartmuseum in Amsterdam met Minister-President Mark Rutte.

Overigens, pikant tintje, het appartement is gelegen in de Krimwijk in Voorschoten. Dus mocht Poetin een keertje tegen een ondergeschikte hebben gezegd: “Ik wil graag volgende maand naar de Krim, regel dat even.” dan kan dat tot een historisch misverstand hebben geleid. Na de ramp met de MH17 verhuisden Poetin’s dochter en haar man weer naar Moskou en zetten ze het appartement te koop (zie hier de foto’s) voor 2,6 miljoen euro.

Toen ik het artikel las, bleek het echter niet om een kleindochter van de Russische president te gaan, maar om een kleindochter van een dressuurpaard met de naam Poetin. Ach, dat paard kende ik van naam! Ik heb voor de Volkskrant vanaf januari 2005 twee jaar lang de rubriek ‘Het Nutteloze Kennisparadijs geschreven. De tweede aflevering van deze rubriek ging over allerlei beroemde paarden. Hij begon als volgt:

In 2003 werd op een veiling 2,5 miljoen euro geboden voor Poetin. Het betrof hier niet de Russische president maar een dressuurpaard. De Nederlandse kopers hopen met Poetin ooit eens Olympisch kampioen dressuur te worden. Rekening houdend met de prijs van paardenrookvlees (€ 6,40 per kg) en met het gemiddelde gewicht van een volwassen dier (Shetlander 250 kg, Arabier 500 kg, trekpaard 1200 kg) lijkt 2,5 miljoen euro veel.

Nooit geweten hoe het met Poetin (het paard ) is afgelopen, maar het artikel gaf opheldering. Het was niet best. De eigenaren waren twee jaar later in de financiële problemen gekomen en moesten, op last van de ING-Bank, het paard in 2005 tijdens een executieveiling  gedwongen verkopen. Het dier bracht nog maar 9 ton op.

Maar daarbij hield de ellende nog niet op. Enkele maanden later werd er bij Poetin een ernstige hoefbevangenheid, een zeer pijnlijke paardenziekte, geconstateerd en moesten de nieuwe eigenaren Poetin (het paard) laten inslapen. Wat volgde was een jarenlange  juridische strijd of de ziekte bij de verkoop wel of niet bekend was. Uiteindelijk werd de koper in het ongelijk gesteld. Olympisch kampioen is Poetin  dus nooit geweest.

Het dier had overigens voordat de ziekte werd geconstateerd één nakomeling verwekt en deze merrie heeft nu dus ook een veulen. Tot zover het trieste levensverhaal van Poetin (het paard).

Voor de liefhebbers: hieronder de hele paarden-column uit de Volkskrant van januari 2005.

Poetin en het Przewalskipaard

“In 2003 werd op een veiling 2,5 miljoen euro geboden voor Poetin. Het betrof hier niet de Russische president maar een dressuurpaard. De Nederlandse kopers hopen met Poetin ooit eens Olympisch kampioen dressuur te worden. Rekening houdend met de prijs van paardenrookvlees (€ 6,40 per kg) en met het gemiddelde gewicht van een volwassen dier (Shetlander 250 kg, Arabier 500 kg, trekpaard 1200 kg) lijkt 2,5 miljoen euro veel.

Racepaarden kosten soms nog veel meer. Het record staat op 60 miljoen dollar. Dit werd in 2000 betaald door een Iers consortium voor Fusaichi Pegasus, in dat jaar winnaar van de Kentucky Derby. Het paard werd als dekhengst ingezet. Een geslaagde bevruchting kostte 200.000 dollar, per jaar lukten er ongeveer 100. Fusaichi Pegasus was eigendom van Japanse miljonair Sekiguchi. Twee jaar eerder had hij vier miljoen dollar voor het toen eenjarige paard betaald. Een goede koop dus.

Niet elke dure aankoop van een jong paard is een succes. In 1983 werd voor de eenjarige hengst Snaafi Dancer 10.2 miljoen dollar neergelegd. Het paard zou niet één keer op een racebaan verschijnen en tot overmaat van ramp bleek hij later ook nog eens onvruchtbaar te zijn. De Engelse koning Richard III was degene die in de geschiedenis het meeste bood voor een paard. “A horse! A horse! My kingdom for a horse!”

Dat paarden veel geld waard zijn, weet de misdaad ook. In 1983 werd in Ierland de winnaar van de Epsom Derby van 1981, Shergar, ontvoerd. Er werd een losgeld geëist van 1,5 miljoen Engelse ponden. Volgens de geruchten zat de IRA achter de kidnapping. Het geld werd niet betaald. Van Shergar werd nooit meer iets vernomen.

Een zeer interessant paard was ook Incitatus, het paard van de Romeinse keizer Caligula. Op feestjes van zijn baas fungeerde hij regelmatig als gastheer en Caligula benoemde hem zelfs tot consul, de hoogste politieke functie ooit door een paard bekleed.

Marengo, het paard waar Napoleon altijd opreed, is ook een beroemd paard. Na de slag bij Waterloo werd Napoleon verbannen naar St Helena maar Marengo mocht niet mee. Marengo werd door de Engelsen meegenomen als oorlogsbuit en door het hele land tentoongesteld.

Een zeer befaamd Amerikaans paard was Comanche. In 1876 viel generaal George Custer bij Little Bighorn met 250 man tweeduizend indianen aan die onder leiding stonden van Crazy Horse en Sitting Bull. Een niet zo verstandig plan. Het leger werd dan ook in de pan gehakt. Comanche was de enige overlevende. Hij gold sindsdien als legermascotte en werd niet meer bereden. Comanche mocht altijd vrij rondlopen in de Amerikaanse forten, waar hij zich rijkelijk tegoed deed aan de bloembedden van de officiersvrouwen. Na zijn dood werd Comanche opgezet. Hij staat nu in het Museum of Natural History in Lawrence, Kansas.

000 comancheComanche; foto library of Congress: USA

Tot slot nog dit curieuze feit. In China zijn Wang, Chen en Li de drie meest voorkomende namen. In 1879 rapporteerde echter niet één van die miljoenen Wang’s, Chen’s of Li’s over dat onbekende paard, dat men aantrof in Mongolië en in noord China. Gelukkig voor alle dicteemakers ter wereld werd dat gedaan door de Russische kolonel Nikolaj Michajlowicz Przewalski. Het paard werd nu naar hem vernoemd.

Nummer 500

Heeft u enig idee wat voor afbeeldingen dit zijn?

50

500

Het zijn allemaal afbeeldingen die ergens op mijn site staan. Waarom laat ik die hier zien? Omdat het vandaag blogpost nummer 500 is. Dat zag ik bij toeval, maar daar moet natuurlijk wel enige aandacht aan besteed worden.

Ik begon in september 2015 met bloggen  – je bent een ‘early adopter’ of niet – en heb er ongeveer 2,5 jaar over gedaan om het aantal van 500 blogposts te bereiken. Waarover schreef ik? Als ik  naar de categorie-indeling kijk, dan heb ik het vaakst ‘het dagelijks leven’ als onderwerp “getagd”, gevolgd door ‘jeugdherinneringen’ – ik word oud – en op de derde plaats ‘kunst’. Dat laatste had ik zelf niet gedacht, maar dat komt omdat ik het begrip ‘kunst’ wat ruim hanteer.

Mijn meest gelezen blogpost was er een ééntje over Mondriaan gevolgd door eentje over ouderdom – dat zegt wel iets over mijn lezerspubliek – met op de derde plaats een blogpost over hoe het kan dat altijd alle was in een dekbedovertrek kruipt, iets wat ik gisteren overigens wederom zag gebeuren.

Wordt mijn blog een beetje gelezen? Niet echt veel. Volgens mijn ‘controlepanel’ trekt mijn site gemiddeld zo’n 2200 unieke bezoekers per maand. Heel veel van die bezoekers zijn echter afkomstig uit Rusland en China. Dat zijn allemaal robots. Ik kan ook zien hoe lang mensen gemiddeld op mijn site verblijven. Kijk ik dan naar de mensen die twee minuten of langer op mijn site blijven – daarmee elimineer ik de robots – dan daalt het gemiddelde aantal unieke bezoekers per maand flink en wel naar 227 stuks.

Krijg ik ook wel eens reacties? Ja, soms. Aanvankelijk heel veel, maar dat bleken vooral Russische sites met de woorden ‘sex’ en ‘porn’ in hun naam te zijn. Daar kreeg ik zoveel last van dat ik de reactietermijn om te kunnen reageren op een blogpost heb teruggeschroefd naar drie dagen. Ook worden alle reacties met twee of meer links in de naam tegenwoordig automatisch in de ‘trash’ gegooid. Van de serieuze reacties  is Inostrata degene die het vaakst reageert. Ze heeft ook een eigen (bak)site  over “glutenvrij brood en gebak, aparte koek, filosofisch en archeologisch gebak”, een site die ik kan aanbevelen en niet alleen omdat ze de nicht van mijn vrouw is.

Reageren kan ook per mail. Op mijn site staat onder het kopje ‘contact’ een hotmailadres . Via dat adres krijg ik af en toe ook wel eens opmerkingen c.q. vragen. Zo vroeg iemand van een kaaswinkel of ze een foto van koeien (gemaakt door Marianne) voor haar facebookpagina mocht gebruiken. Dat mocht uiteraard.  Ook kreeg ik een vraag van iemand die net zoals het Rijksmuseum het Straatje van Vermeer bezat. (Op mijn site staat ook een verslag van mijn “speurtocht”  naar het Tweede Straatje van Vermeer). Hij vermoedde dat hij een (tweede) origineel van het schilderij bezat. Hij stuurde foto’s mee en vroeg of ik daar iets over kon zeggen. Dat kon ik natuurlijk niet. Het leek me een kopie maar ik heb hem aangeraden om een echte expert te raadplegen als hij het zeker wilde weten.

Iemand anders liet weten dat hij voor 200 euro een eerstedag-enveloppe had gekocht met de handtekening van de schaker Bobby Fischer. Het was een soortgelijke  enveloppe als die waar ik een keer over had geschreven. (zie hieronder mijn enveloppe; die zag er wat beter uit dan de zijne)

eneveloppe

Hij liet de enveloppe veilen op Ebay. Dat vond ik wel interessant. Twee weken later liet hij weten dat de enveloppe 540 euro had opgebracht. Aangezien ik ooit 15 euro voor mijn enveloppe heb betaald – ik dacht met vooruitziende blik dat die handtekeningen misschien nog wel eens keer wat waard konden worden –  bezit ik dus nog een appeltje voor de dorst.

Tot zover deze terugblik. Op naar nummer 501!

 

 

 

Een writer’s block

Toen ik vanochtend achter de pc ging zitten om deze blogpost te schrijven, kon ik geen enkel onderwerp verzinnen. Hoe hard ik ook nadacht: niets, niente, nada. Oftewel, ik zat met een writer’s block.

Ai, wat nu? Ik besloot om hier maar eerlijk te melden dat ik met een writer’s block zat en dat u vandaag dus niet op een blogpost hoefde te rekenen. Een illustratie bij deze mededeling wist ik wel direct te verzinnen: een leeg schrijfblok.

Maar terwijl ik dit typ, realiseer ik me dat ik dus toch wel een onderwerp heb en ik dus geen writer’s block heb. Dat brengt me tot de filosofische vraag: kan je eigenlijk wel schrijven dat je een writer’s block hebt zonder dat je de waarheid geweld aan doet? Ik dacht er een tijdje over na maar kwam er niet uit. Daarom in de geest van René Margritte:

schrijfblok

En voor de Engelstalige lezers van dit blog:

schrijfblok engels