Categorie archief: Dagelijks leven

Chocola

Begin deze maand was ik in een supermarkt in Frankrijk op zoek naar een pak hagelslag of vlokken. Vergeten mee te nemen tijdens onze “kampeervakantie” (in een Eurocamp stacaravan). Nergens te vinden natuurlijk. Alleen Nederlanders en Belgen schijnen chocola op brood te eten, dus twee weken lang geen hagelslag of vlokken op mijn stokbroodje.

Even tussendoor, wist u dat er een ‘Warenwetbesluit Cacao en chocolade’ is, waarin is vastgelegd (artikel 11. lid 1 en 2) hoeveel cacao er minstens in chocolade moet zitten om het chocolade te mogen noemen? “De aanduiding chocolade mag uitsluitend en moet worden gebezigd voor chocolade met in totaal ten minste 35% droge cacaobestanddelen, inclusief ten minste 18% cacaoboter en ten minste 14% vetvrije droge cacaobestanddelen.”

Als het over hagelslag of vlokken gaat, dan mogen de percentages iets lager zijn: “De aanduiding chocolade mag in combinatie met de woorden hagelslag of vlokken gebruikt worden voor zover de waar wordt aangeboden in de vorm van korrels of vlokken; en de chocolade in totaal ten minste 32% droge cacaobestanddelen bevat, inclusief ten minste 12% cacaoboter en ten minste 14% vetvrije droge cacaobestanddelen.”

Voor hagelslag met een lager percentage cacao mag de term chocoladehagelslag niet gebezigd worden. Zie je bijvoorbeeld in de winkel een pak waarop staat ‘cacaofantasie’ weet dan dat het geen chocoladehagelslag is en er een lager percentage cacao (en een hoger percentage suiker) inzit.

Zijn de Nederlanders met de Belgen wereldkampioen hagelslag eten, voor chocola geldt dit echter niet. Volgens een bericht op de site van Nestlé zijn dat de Zwitsers. Die schijnen liefst 11,4 kg chocolade per persoon per jaar te eten. Daarmee blijven ze ruim 2 kg voor op de nummers twee en drie (de Duitsers en de Engelsen). De Nederlanders staan wereldwijd op plaats dertien en houden het bij een bescheiden 4,5 kg chocolade per persoon per jaar (maar dat is wel exclusief de hagelslag.)

Waarom schrijf ik nu over chocolade? Vanwege dit beeld wat Marianne en ik van de week zagen toen we een reep chocola bij Albert Heijn wilden kopen.

00000 choc 1

Dit is een foto van een deel (!) van het chocolade-aanbod bij Albert Heijn. Vroeger kon je kiezen uit een reep melk, een reep puur en soms nog een reep wit. Tegenwoordig mag je blij zijn als je zulke repen überhaupt nog kan vinden. De meest gekke smaakcombinaties worden bedacht. Neem deze twee repen.

00000 choc 2

Heeft u enig idee hoe viooltjes smaken? Nee, natuurlijk niet. Waarom stop je dat dan in een chocoladereep samen met bosbessen? En wat moet ik in Godsnaam verwachten van een chocoladereep waarin ‘szechuan peper rijstcrisps’ zit? (Szechuan is een provincie in het zuidwesten van China, bekend om zijn keuken; ik zeg het maar even voor het geval u het niet wist.)

Al die nieuwe chocola – sorry  voor de woordspeling – ik kan er geen chocola van maken.

A.U.B. Niet parkeren

Van de week liepen de dochter en ik een rondje door de buurt toen we aan de rand van de wijk deze parkeerplek zagen. Er stond een bordje bij.

0 p

00 pp

Een tamelijk ongewoon bordje om bij een parkeerplaats aan te treffen.  Eerst leggen we een parkeerplaats aan, vervolgens zetten we er een bordje ‘A.U.B. Niet Parkeren’ bij. Dat moet efficiënter kunnen zou je zeggen.

Ik maakte er met mijn mobiel wat foto’s van. Terwijl ik daar mee bezig was, kwam uit één van de huizen verderop een man aanlopen.  De man – zijn vrouw stond binnen achter het raam te kijken; “Ze fotografen je auto!” -zei dat hij nieuwsgierig was waarom we zijn auto fotografeerden.  Nu had ik eigenlijk moeten zeggen dat ik voor een Oost-Europese boevenbende auto’s fotografeerde zodat die op bestelling konden worden gestolen, maar ik vertelde dat ik niet zijn auto fotografeerde maar de parkeerplaats er naast met het bordje.

De man, hij was er op bezoek, wist de achtergrond, van het bordje. Het was geplaatst op verzoek van de buurman van degene waar hij op bezoek was. Die had aan de andere kant van de weg zijn garage. Deze stond pal op de weg.  Het probleem was nu dat als hij zijn auto uit de garage wilde rijden en er stond een auto op de parkeerplaats geparkeerd, hij zijn auto nauwelijks uit de garage kon krijgen.

00 garageLinks de garage, rechts de parkeerplaats.

De man had de gemeente daarom gevraagd of de parkeerplaats niet weg gehaald kon worden. Dat kon niet, maar de gemeente wilde er wel een bordje ‘A.U.B. Niet Parkeren’ bij zetten.  Dus als u ook elders bij een parkeerplaats een dergelijk bordje ziet, wellicht zit er dan een soortgelijk verhaal als dit achter.

Vreemde steden

Ik keek van de week op een kaart en zag toen op de plaats waar ik Kopenhagen verwachtte een stad met de naam København.

0 kopenhaven

Huh? Wat was dat nou weer? Het bleek dat de Denen  hun hoofdstad heel anders noemen dan dat wij doen.  Heel hinderlijk. Ze zijn niet de enigen in Europa die dat doen. De Italianen noemen Rome Roma, de Engelsen Londen London en de Fransen Parijs Paris. Zoiets brengt me altijd van de wis, herstel van de wijs.

Maar ach, was het niet Mark Twain die ooit eens na een bezoek aan Frankrijk zei: “Aardige mensen, jammer alleen dat ze hun eigen taal zo slecht spreken.

 

De vrouw in het rood

In de Volkskrant van gisteren stond een artikel over de campagne die het Hunebedcentrum is begonnen tegen het beklimmen van de hunebedden. Het stuk begint als volgt:

“Het houten bord dat het beklimmen van het grootste hunebed van Nederland per direct verbiedt is nog maar net onthuld, of meteen gaat het al mis. Alsof haar leven ervan afhangt, begint een vrouw in het rood ouders erop aan te spreken dat ze hun kinderen van de prehistorische grafkamer af moeten halen. En wel nu.

 Die boodschap valt niet in goede aarde. ‘Hoe moet ik weten dat het verboden is?’, vraagt de moeder van een jongetje dat D27, het absolute kroonjuweel onder de hunebedden en met zijn 23 meter tevens topstuk van de Canonmusea van Nederland, tot klimrek heeft uitgeroepen. ‘Toen wij hier aankwamen, was dat bord helemaal nog niet onthuld.’

 ‘Ik ben al vier dagen mensen aan het waarschuwen dat dit verboden is’, werpt de vrouw in het rood tegen. En de vaders en moeders kunnen toch zeker zelf ook wel bedenken dat dit 5.300 tot 5.400 jaar oude stuk culturele erfgoed niet als speeltoestel is bedoeld? De vrouw laat het woord ‘dom’ vallen. Dat had ze beter niet kunnen doen. De sfeer is hard op weg grimmig te worden.

 ‘Dus u vindt mij dom?’, vraagt de moeder. De familie breidt zich uit, een schoonmoeder verschijnt ten tonele: ‘Als het verboden is, hang er dan een ketting omheen.’ Ook de vader van het jongetje vindt het verbod nergens op slaan: ‘Wat een onzin, er leeft geen Hun meer.’ En ook al zijn de hunebedden in werkelijkheid niet het resultaat van een staaltje noeste arbeid van de Hunnen maar van het trechterbekervolk, adviseert hij zijn zoon toch maar om de stenen te laten voor wat het is. ‘Want sinds 10 minuten mag je niet meer op het hunebed.’

 De vrouw in het rood druipt af. Escalatie van de hunebedruzie lijkt net op tijd voorkomen.”

De krant heeft er twee foto’s bijgeplaatst, een foto van het hunebed en, qua privacy opmerkelijk, ook een foto van de vrouw in het rood.

0hunnebed 2JPG

Ik moet zeggen, die vrouw in het rood heeft iets bekends. Waar ken ik haar toch van?

Warm en koud

Tegenwoordig heb je in Nederland regelmatig grote temperatuursverschillen. Dan is het bijvoorbeeld in Limburg vijf graden warmer dan op de Waddeneilanden.

Soms heb je zelfs ook plaatselijk grote verschillen. Gisteren zagen we daar een opmerkelijk voorbeeld van. We liepen door ons winkelcentrum. Bij Blokker hing dit plakkaat op het raam.

0warn

Maar even verderop bij een andere winkel was het blijkbaar  een stuk minder warm. Daar hing dit papier:

0koud

Nu zat er wel drie minuten wandeltijd tussen deze twee winkels. Dus het kan zijn dat er in die tijd een spectaculaire weeromslag heeft plaats gevonden . Zoiets komt voor. In 2005 heb ik in mijn allereerste column van het Nutteloze Kennisparadijs voor de Volkskrant een dergelijk fenomeen beschreven. Het betrof hier een weeromslag in Spearfish, een Amerikaans dorp, dat ligt in de Black Hills in South Dakota. Het stadje telt zo’n 8.600 inwoners. Ik citeer nu even een stukje uit deze column.

“[…] De gemiddelde temperatuur in januari in Spearfish bedraagt vier graden onder nul, maar er is sprake van een grote variatie. Stel, je bent weerman in Spearfish en je moet op 22 januari 1943 om 07.30 uur het weer presenteren. Je kijkt nog snel even op de thermometer en je ziet dat het buiten twintig graden vriest. Je houdt gedurende een minuut of twee je praatje, geeft je voorspelling en daarna kijk je weer op de thermometer. Je ziet dat deze nu zeven graden boven nul aangeeft. Daar sta je dan als weerman.

Deze stijging van de temperatuur van 27 graden in twee minuten tijd geldt als wereldrecord. De stijging werd veroorzaakt door een plotselinge föhnwind uit de Black Hills, die warme lucht aanvoerde. Deze wind, ook wel de snow-eater genoemd, zorgde er voor dat de temperatuur vervolgens langzaam door steeg naar 15 graden Celsius. Maar toen de wind ging liggen, zakte de temperatuur weer even hard terug naar 15 graden onder het vriespunt.

Een weerman in Spearfish heeft het niet gemakkelijk.”

De winkeliers in ons winkelcentrum ook niet.

Ondertussen in Zoetermeer

Bericht van de twitter-pagina van de politie van Zoetermeer

zoetermeer

De man is natuurlijk niet zonder reden gearresteerd. Misschien heeft hij spijt en wilde hij schoon schip maken.  Sorry, te flauw.

Mocht het komen tot een taakstraf dan heeft hij deze alvast uitgevoerd.

 

Ondertussen in Ommen

Bericht van de facebookpagina van de Politie Ommen;

politie

“Vanmiddag kregen wij een nogal opzienbarende melding van onze meldkamer. Volgens de meldkamer zou er een olifant door de tuin van de melder lopen en ook al aan het eten zijn van zijn perenboom. De melder gaf desgevraagd aan dat het geen grapje betrof..

Onderweg naar het adres van de melder –in het buitengebied van Ommen- vroegen wij ons al af hoe wij in hemelsnaam een olifant zouden moeten vangen. Dit was voor ons ook de eerste keer. Na enige minuten kwamen wij ter plaatse bij de woning van de melder en zagen wij meteen al grote bulten ontlasting op de oprit liggen. We zagen direct dat deze ontlasting daadwerkelijk wel eens afkomstig van een olifant kon zijn.

Bij de woning troffen wij de behoorlijk geschrokken bewoners, die ons vertelden dat de eigenaar van de olifant het beest zojuist had opgehaald en was vertrokken via een bospad.
Nadat wij dit bospad enkele honderden meters hadden gevolgd, troffen wij inderdaad de olifant aan, inclusief zijn eigenaar.

Het bleek dat de eigenaar een circusmedewerker was, die dagelijks enkele keren met de olifant ging wandelen in het bos. Op een onbewaakt moment, zag de olifant kans om een tuin in te lopen. Volgens de eigenaar doet het dier dit normaal gesproken nooit. De olifant hoorde bij een circus, welke deze dagen op een camping in de omgeving is neergestreken.

De eigenaar van het dier baalde stevig van het incident en is vervolgens samen met ons teruggegaan naar de geschrokken bewoners. Hier heeft de eigenaar de ontlasting op de oprit en in de tuin opgeruimd en de bewoners financieel gecompenseerd voor de geleden schade.

Als klap op de vuurpijl mochten wij als Politie ook nog even met de ‘boosdoener’ op de foto. Hier hebben wij meteen gebruik van gemaakt, alleen al om te voorkomen dat niemand ons gelooft 

olifant

Als of Dan

Forum voor Democratie leider Thierry Baudet heeft gemeend de mensheid een plezier te doen door een naaktfoto van hemzelf op Instragram te plaatsen. (Geen angst; ik plaats de foto hier niet.)

Dat lokte uiteraard de nodige reacties uit, zowel van voor- als van tegenstanders van Baudet. Zo ontstond er bijvoorbeeld op de twitter-pagina van de Telegraaf een hele discussie over de foto. Daar waren de nodige aanhangers van Thierry Baudet te vinden, zoals ene Erna Bons.  Zij twitterde: “Natuurlijk zie ik 1000 x liever Thierry Baudet dan een zwetend/rukkend griezeltje met verrekijker vanuit zijn Penthouse

Althans, dat had zij waarschijnlijk willen twitteren, maar helaas voor haar wist ze niet goed wanneer ze ‘dan’ en wanneer ze ‘als’ moest gebruiken en toen typte ze: “Natuurlijk zie ik 1000 x liever Thierry Baudet als een zwetend/rukkend griezeltje met verrekijker vanuit zijn Penthouse

Tja, en nu staat er echt heel iets anders. Ene Yorienvdh merkte terecht op:

baudet 2

Daarom voor iedereen die moeite heeft met het gebruik van als en dan, zie deze pagina van de site van OnzeTaal:

baudet 3

Pipo de Clown (2)

Jaren niet aan Pipo de Clown gedacht en wat gebeurt er de dag nadat ik over hem heb geschreven? Ik zet de tv aan voor de Tour de France en zie daar Pipo de Clown.

Niet op de fiets maar op de zender die in beeld verscheen toen ik de tv aanzette. Ik was iets te vroeg. De tour was nog niet begonnen. Het betrof een nieuw gemaakte serie voor de jeugd met een nieuwe Pipo, een nieuwe Mamaloe en een nieuwe Kluk Kluk. Ook zong Pipo een nieuw liedje. Het ging over een vergeet-mij-nietje. Zie hier de clip op YouTube waarin Pipo het bloemetje toe zingt

pipo 2

Kijk even goed naar het bloemetje in zijn hand dat hij toezingt. Dat is beslist geen vergeet-mij-nietje. Het is overduidelijk een viooltje. Voor Pipo, een vergeet-me-nietje ziet er zo uit.

vergeet me nietje

De vergeet-me-nietjes waren natuurlijk wat lastiger te verkrijgen en geven ook niet zo’n mooi plaatje als je ze toe zingt.  Om met Pipo te spreken: Dag vogels, dag bloemen.

Taalfoutjes in de Volkskrant

Gisteren publiceerde de Volkskrant onder de kop ‘Tips om jezelf en je medemens koel te houden’ een artikel met een zevental tips om de huidige hittegolf te doorstaan.

  1. Drink voldoende
  2. Draag dunne kleding
  3. Zoek de schaduw op
  4. Smeer de huis in met zonnebrandcrème
  5. Beperk lichamelijke inspanning ’s middags
  6. Houd de woning koel
  7. Let extra op kwetsbare mensen

De vierde tip trok de meeste aandacht. Die bevatte een knoeperd van een taalfout.huis insmeren

“De Huis”. Ai, de Volkskrant toch! Of zoals iemand het in een ingezonden brief in de krant van vandaag opmerkt: “Hoe vaak moet ik het nog zeggen. Het is HET huis en niet DE huis.”

Overigens in de eerste zin van punt 4 (“Vertrouw daarbij niet teveel op waterbestendige zonnebrandcrème…”) staat het woordje ‘teveel’ aaneengeschreven. Je kan je afvragen of dit niet ‘te veel’ moet zijn? De algemene regel is dat je het los moet schrijven als te veel ‘meer dan nodig’ betekent en dat je het als ‘teveel aaneen moet schrijven als het een zelfstandig naamwoord is: het teveel of een teveel (in de betekenis van ‘het/een overschot’). Eerst dacht ik dat het hier ‘te veel‘ moest zijn, maar nu twijfel ik toch een beetje. Je zou de zin namelijk ook kunnen schrijven als “… een teveel aan water-bestendige zonnebrandcrème… “.

Maar goed daar ga ik mij niet druk over maken. Veel te warm voor. Eerst maar eens naar de Gamma om een 50 liter blik zonne-brandcrème te kopen om het huis in te smeren. Of zou 50 liter te veel zijn? (Het is in ieder geval niet teveel; taalkundig gezien uiteraard).

Daarna wellicht naar Scheveningen.

hittegolf27 juni 1976; Scheveningen tijdens een hittegolf; fotograaf Rob Mieremet; Nationaal Archief

Hoewel, misschien is dat niet zo’n goed idee. Overduidelijk ‘te veel’ mensen.

 

 

 

Een fietstochtje (2)

Ook gisteren was het mooi weer – u ziet dat u bij deze blogpost er ook nog eens een gratis weerman bij krijgt – en besloten Marianne en ik om te gaan fietsen. Thuis smeerden we wat boterhammetjes voor onderweg en stopten deze in een oud overblijftrommetje van de kinderen – ach, hoe schattig. Ook namen we de nodige hoeveelheden water en twee appeltjes mee.

We hadden niet echt een route in gedachten, maar omdat het best wel hard waaide, besloten we om eerst maar eens tegen de wind in te fietsen zodat we op de terugweg, als we wat vermoeider zouden zijn, de wind mee zouden hebben. We besloten daarom richting Delft te gaan. Terwijl we een stukje langs de A12 fietsten, zagen we hoe daar iemand bezig was het gras in het talud te maaien.

0000000000000 00 talud

Zou zo iemand niet bang zijn dat zijn machine omslaat?

Om half één besloten we langs een watertje in het Delftse Hout te gaan lunchen. Daar kwam ik er achter dat ik het boterham-trommeltje op het aanrecht had laten staan.

0000000000000 00 delftse hout 2

Oeps, gelukkig was er een uitspanning in de buurt en konden we daar lunchen. Het ging wel ten koste van de erfenis voor de kinderen. Die is nu twintig euro lager. Op een tafel stond een schenkkan waar je gratis water uit kon tappen. Dat was een aardig gebaar voor de gasten. Wat ik wat minder vond, was dat er in de kan een goudvis zwom. Dat is toch niet hygiënisch zei ik tegen Marianne, maar die beweerde dat ik dat niet goed zag.

0000000000000 00 goudvisZeg eens eerlijk, hier zwemt toch een goudvis in?

Anyway, we vervolgden even later onze tocht en via Delfgauw (wind tegen), Oude Leede (wind tegen), De Zweth (wind tegen), Negenhuizen (wind tegen), Schipluiden (wind tegen) en Het Woudt (wind tegen) reden we via Delft (eindelijk wind mee) weer terug naar huis.

Marianne nam onderweg nog de nodige foto’s. Ik zal u de meeste besparen op de volgende drie foto’s na.

0000000000000 00 boom0

Allereerst deze boom. Blijkbaar was hier sprake van een tak die er spijt van had dat hij zich van de stam had afgescheiden en weer terug was gegroeid naar de boom. Wonderlijk

En in Het Woudt zagen we dit  kerkje dat zijn oorsprong vindt in de veertiende eeuw.

0000000000000 00 kerk2

Niet alle onderdelen stammen overigens uit die tijd en zijn er later aan toegevoegd. Kijkt u maar eens goed naar de klok. Die lijkt geïntegreerd in de kerk te zitten, maar als je de kerk van opzij ziet en in zoomt, dan zie je dat de klok er in 1913 los opgezet is.

0000000000000 00 klok

Maar goed, het blijft een schattig kerkje.

Uiteindelijk hebben we zo’n 56 kilometer gefietst waarvan zeker 46 km met wind tegen. Hoe kan dat?

Een fietstochtje

Gisteren was het mooi weer, hoog tijd voor weer eens een fietstochtje. Een flesje water voor de dorst mee, een appeltje voor de dorst mee en me ingesmeerd met zonnebrandspul, wat altijd een vakantiegevoel geeft.

Nu verwacht u natuurlijk hier een uitgebreid verslag met allerlei schitterende natuurfoto’s, maar ik had alleen mijn mobieltje en geen fototoestel bij me en u zult het dus met de onderstaande sfeerrapportage moeten doen. Bedenk daarbij dat de zon de hele tijd op mijn schermpje scheen en ik dus niet veel zag. Ik drukte dus vooral op goed geluk af. Mocht u het idee hebben dat de horizon soms niet altijd recht staat, bedenk dan dat de aarde rond is. Dit allemaal gezegd hebbende, zie hier mijn fotorapportage.

Uit de serie: Bomen die er wel eens beter uitgezien hebben: een boom die er wel eens beter heeft uitgezien.

0000000000000 00 boom1

Uit de serie bomen die net wat hoger zijn dan andere bomen: een boom die net wat hoger is dan andere bomen.

0000000000000 00 boom2

Uit de serie bomen die hergebruikt worden: een boom met een nest er op.

0000000000000 00 boom3

Uit de serie waar kan je een lantaarnpaal ook nog voor gebruiken: een lantaarnpaal als zitplaats voor vier vogels.

0000000000000 00 vogel

Even eerder kwam ik overigens langs een vogelhut bij een waterplas bij Leidschendam. Een vogelhut is geen hut voor vogels maar een hut waar mensen vogels e.d. kunnen bestuderen die bij de plas zitten. Er zaten twee mensen in de hut die over de plas tuurden. Het grappige was dat boven op de hut – dat konden de mensen in de hut niet zien – een aantal vogels zaten. Misschien waren dat wel juist de vogels waar de vogelaars naar op zoek waren.

Na een tijdje had ik behoefte aan een pauze om mijn appeltje voor de dorst te eten. Midden tussen de weilanden liep een fietspad met halverwege een schaduwrijk plekje waar een bankje en twee picknicktafels stonden.

0000000000000 00 fiets

Ik stuurde via de familie-WhatsApp het volgende korte gedicht:

Denkend aan Holland / zie ik een bankje staan /  waar een vermoeide fietser / zo op plaats gaat nemen / Zijn fietst / staat al op de standaard.

Het gedicht was aan de familie niet besteed. Terwijl ik mijn appeltje zat op te eten, kwam er een oude vrouw in een rolstoel aan rijden, even later gevolgd door een wat ouder echtpaar op elektrische fietsen, die direct allemaal een gezellige praatje begonnen.  Dit is mijn voorland dacht ik. Opeens realiseerde ik me dat dit niet mijn voorland was maar al mijn huidige land. Ik at mijn appeltje op en vervolgde mijn weg.

Uit de serie: legale graffiti-fietstunneltjes: het tunneltje waar men zich aan de regels houdt.

0000000000000 00 grafittitunnel

De graffiti-kunstenaars hielden zich keurig aan het gebod ‘Hier geen graffiti’. Ik vermoed dat ze vroeger ook altijd binnen de lijntjes kleurden.

Uit de serie gebodsborden voor padden: het oversteekbord.

0000000000000 00 padden

U moet voor de gein eens een keer even voor zeven uur komen. Dan staan er honderden padden te wachten totdat ze mogen oversteken.

Uit de serie: industrieel verval: de gesloten fabriek met een olifantslurf.

0000000000000 00 fabrek 0000000000000 00 fabrek2

Op de terugweg naar huis had ik geen water meer voor de dorst, ook geen appeltje meer voor de dorst, maar nog wel dorst. Verkeerde planning dus. Bezweet bereikte ik uiteindelijk huis. Thuis dronk ik direct twee bekers karnemelk achter elkaar op. Merkwaardigerwijze drink ik dat alleen maar als het warm is.

Tot zover mijn fietstochtje.

Drie sportevenementen

Dit weekend waren er drie grote sportgebeurtenissen. In Moskou was er de finale van het WK voetbal. In Wimbledon waren er de tennisfinales en in Scheveningen werd er op het strand een  beachvolleybal toernooi gehouden. Bij dit laatste toernooi deed onze jongste dochter mee.

De dochter vroeg ons of we kwamen kijken. ’s Morgens – ze speelde toen volgens een WhatsApp berichtje op veld 44 – haalden we het niet om op tijd te komen om haar te kunnen zien spelen en zonder onze steun verloor ze  drie van de vier wedstrijden, waardoor ze ’s middags, afgezakt naar veld 57, in een  verliezers-poule mocht spelen. Dankzij onze steun ging dit beter en wonnen ze twee van de drie wedstrijden.

0000000000000 0 volleyball

Op een gegeven moment moest ze tegen een team waar zo te zien iemand uit het Nederlands beachvolleybalteam in zat, althans hij droeg een oranje Nederlands beachvolleybalteamshirt. Gezien zijn spel had ik wat twijfels of hij daadwerkelijk in het Nederlands team zat, maar zijn enthousiasme maakte veel goed.

Er was nog iets opvallends. Hij was ongelooflijk sportief. Op een gegeven moment sloeg één van zijn tegenstanders een mooie bal in de hoek. Terwijl hij nog een wanhopige poging deed om de bal met een duik  te halen, riep hij al, terwijl hij nog in de lucht zweefde,  “Mooie bal!”. Ook bij veel andere ballen complimenteerde hij steeds de tegenstander. Kijk, dat was nog eens een sportieve  speler.

Ook de twee toeschouwers van de wedstrijd – het was niet uitverkocht – konden zijn enthousiasme waarderen.

 

cirkels

Nog even terug komen op het blog van gisteren over pijlen in Amerika die vanuit de lucht zichtbaar zijn. Je hebt in Amerika ook grote cirkels die je van uit de lucht kan zien liggen. Zie bijvoorbeeld deze cirkels waar Marianne mij op wees. Ze liggen vlakbij Boise, Idaho.

0000000000000 rondjes

Wat zien we hier?

  • Boeren die een  groot bordspel in de natuur spelen?
  • Een door aliens achtergelaten boodschap?
  • Moderne kunst?
  • Moderne landbouw versus oude landbouw?

Het laatste antwoord is goed. De cirkels zijn het gevolg van het het gebruik van moderne irrigatietechnieken. Het water wordt over het droge land geïrrigeerd, veelal door een machine die het water in een rondje spuit. De boeren zaaien hun aanplant daarom dan ook in een rondje. Je kan ook zien waar in eerdere jaren iets stond en dit jaar niks.

En tot slot, aan de rechthoeken (waar de cirkels in staan) kan je zien hoe vroeger, voor de moderne irrigatietechniek,  het land in stukken werd verdeeld om het te bewerken.

En de boer, hij ploegde voort.

 

 

Een scholier en een wild zwijn

Een paar weken geleden fietsten wij door de bossen in de omgeving van Apeldoorn richting Uddel. Opeens werden we ingehaald door muziek. Die muziek bleek te komen uit een geluidsinstallatie die een scholier onder de snelbinders van zijn fiets had zitten.

De jongen haalde ons in. Niet alleen stond zijn muziek hard, hij fietste ook hard. Al snel was hij weer uit zicht en uit het gehoor. Maar een kilometer verderop zagen we hem opeens aan de kant van het fietspad staan. De muziek stond uit, dus dachten we dat hij even een cd of zoiets moest wisselen, maar dat was niet het geval.

Toen we namelijk bij hem waren, sprak hij ons aan. “Meneer, mevrouw”  sprak hij keurig beleefd. “Wilt u misschien een wild zwijn zien?”  Hij wees naar de overkant van de weg. Daar scharrelde tussen de struiken een wild zwijn. “Goh” zei ik “Hoe zag je dat beest?” Het beest was moeilijk te zien.

000000000000 1

Oh, ik fiets altijd als ik uit school kom hier langs. Haast om de dag zie ik wel ergens een wild zwijn lopen. Ik kijk altijd om me heen.” Terwijl Marianne en ik afstapten om het beest nader te bestuderen, stapte hij weer op de fiets. De muziek liet hij uit. Net toen ik bedacht had  om wat dichterbij te lopen om een betere foto te kunnen nemen– “Doe nou niet” roept Marianne in zo’n geval altijd –  kwam er een grote vrachtauto aanrijden. Het beest schrok en zette het op een lopen. Hij bleek ongelooflijk hard te kunnen rennen. Gelukkig niet onze kant op maar de andere richting uit. Binnen no-time was hij uit zicht. Net zoals onze scholier.